CD-recensie
© Siebe Riedstra, januari 2021 |
In 2020 vierde Brugge de honderdvijftigste verjaardag van componist Joseph Ryelandt. Hij werd er geboren in 1870, bracht er zijn hele leven door en overleed er in 1965. De Vlaamse musicoloog en schrijver David Vergauwen publiceerde naar aanleiding van de feestelijkheden zijn biografie, die hier door Gerard van der Leeuw enthousiast werd besproken. Vergauwen was ook verantwoordelijk voor de toelichting bij de cd die het label Et'cetera eveneens in 2020 uitbracht. We lezen in die boekbespreking dat Ryelandt pas op zijn vierenvijftigste een gesalarieerde positie aannam, en Vergauwen legt uit hoe dat kwam. Baron Joseph Ryelandt was door het fortuin dat zijn grootvader vergaarde vanaf zijn geboorte een vermogend man. Een conservatorium bezoeken was beneden zijn stand, en zo ontving hij vier jaar lang privélessen bij Edgar Tinel, de directeur van het Lemmensinstituut. De eerste helft van zijn leven besteedde Ryelandt aan componeren, de opvoeding van zijn acht kinderen en de zorg voor zijn ziekelijke vrouw. Door de Eerste wereldoorlog en de daaropvolgende financiële crisis zag hij zich genoodzaakt om de positie van directeur van het Brugse conservatorium te aanvaarden. Met een onderbreking van twee jaar tijdens de tweede wereldoorlog bleef hij daar werkzaam tot zijn pensionering in 1945. Toen stopte hij ook met componeren. Op deze cd staan in chronologische volgorde vijf kamermuziekwerken die Ryelandt tussen 1895 en 1897 componeerde en onder aandrang van Tinel aanbood aan de muziekuitgever Breitkopf en Härtel. Die publiceerde de Cellosonate opus 22, de andere werken verschenen na verloop van tijd elders. Ryelandt had door zijn financiële armslag uiteraard geen problemen om zijn werk uitgegeven te krijgen, maar was voor het overige niet bepaald ambitieus. De invloeden van Wagner, Debussy en Fauré waarvan in de bespreking van de biografie met betrekking tot het latere oeuvre wordt gesproken zijn in deze vroege werken nog geheel afwezig. Hier valt een zekere verwantschap met het classisisme van Camille Saint-Saëns op. De werken worden stijlbewust uitgevoerd op historische instrumenten (waaronder een Pleyel vleugel uit 1895) door het Terra Nova Collective, in 2012 opgericht door de Belgische klarinettist Vlad Weverbergh (1977), die veel meer doet dan musiceren. Hij was een tijdje als soloklarinettist verbonden aan deFilharmonie, het orkest van Antwerpen, maar geeft de voorkeur aan een bestaan waarin hij zelf de beslissingen neemt. Het Terra Nova Collective musiceert op tijdeigen instrumenten, is flexibel van samenstelling (van kamermuziek tot orkest) en heeft op het label Et'cetera al een flink aantal cd's uitgebracht. Het eindresultaat is ronduit voorbeeldig. Er had nog meer op de cd gekund en het boekje valt zomaar uit de verpakking, maar dat is positieve kritiek. De uitstekende toelichting van Vergauwen is in drie talen, Engels, Frans en Nederlands (!) afgedrukt en uitvoeringen en opname laten geen wens onvervuld. Een waardevolle hommage aan deze grote zoon van de trotse stad Brugge. _______________ index |
|