CD-recensie
© Siebe Riedstra, mei 2022 |
Wie het over de 'nieuwe spiritualiteit' in het Nederlandse muziekleven wil hebben, kan niet om Joep Franssens heen. Geboren in 1955 in Groningen, en als leerling van Klaas de Vries in 1988 afgestudeerd aan het Rotterdams Conservatorium. Hij nam direct het kloeke besluit om zich uitsluitend op het componeren te concentreren, en het eerste opvallende resultaat van die beslissing verscheen tien jaar later. In 1997 vierde Donemus het vijftigjarig bestaan, dat opgeluisterd gevierd werd met het uitbrengen van een serie cd's. De tweede uitgave was in zijn geheel gewijd aan Franssens, met drie titels die als knuppels in het hoenderhok fungeerden: Echo's (1983), Phasing (1985) en Sanctus (1996). Sanctus is geen vocale zetting van de mistekst, maar een volwassen orkestwerk dat demonstreert dat de lessen bij Klaas de Vries plaats hadden gemaakt voor onverholen bewondering voor de symfonische rock van popgroepen als Yes en Pink Floyd. De reacties onder de wat strenger georiënteerde collega's waren niet mals, maar de tijdgeest zat mee en het publiek was er klaar voor. De grote omslag kwam in 1994 met het kolossale koorwerk Harmony of the Spheres, internationaal onder de aandacht gebracht door het Nederlands Kamerkoor en dirigent Tonu Kaljuste. Het is Franssens meest gespeelde partituur geworden, die inmiddels wereldwijd meer dan honderd keer op de lessenaars heeft gestaan. Ralph van Raat, sterleerling van Ton Hartsuiker, begon zijn carrière met een ware kruistocht voor het hardcore moderne repertoire. Met een fabelachtige techniek en een ijzersterk geheugen is hij in staat om de meest ingewikkelde partituren uit het hoofd te presenteren. Bovendien beschikt hij over de gave van het woord, en zijn enthousiasme voor wat hij speelt is aanstekelijk. Hoewel hij net als Joep Franssens opgroeide als muzikale omnivoor, inclusief popmuziek, had hij voor de minimal music aanvankelijk geen belangstelling. Dat veranderde toen hij kennismaakte met Steve Reich, en in het verlengde daarvan Philip Glass. Algauw speelde hij ook de pianowerken van Joep Franssens, werd goede maatjes, en suggereerde een pianoconcert. Nu is een pianoconcert volgens Franssens zo'n beetje het enige genre dat niet past bij zijn muzikale werkwijze. De confrontatie die aan de wortels van het concerteren ligt is hem ten enen male vreemd, en dus hield hij de boot af. Van Raat gaf echter niet op, en op een dag ging bij Franssens een licht op toen hij de klavierconcerten van Bach beluisterde. Hij vond de inspiratie echter niet in het virtuoze aspect van Bachs componeren, maar in de rustgevende sfeer en de warme chromatiek van de langzame delen. Het resultaat was een pianoconcert met de beschrijvende titel Journey Under Brilliant Skies, in 2015 in première gebracht bij het Orkest van het Noorden. Volgens Ralph van Raat een 'dwarse, radicale en authentieke zoektocht naar een hemels fraai geluid'. Drie langzame delen met een totale lengte van bijna veertig minuten, waarbij de piano en het orkest inderdaad nergens de confrontatie aangaan, maar elkaar aanvullen en versterken. De quasi-geïmproviseerde akkoordreeksen vinden hun onmiskenbare oorsprong in de Matthäus-Passion, niet bij Rachmaninov. Franssens is blijven schaven aan zijn pianoconcert, met als resultaat de versie 2020, die in september van dat jaar in première ging bij Phion, het Orkest van Overijssel en Gelderland (zou nou niemand op het idee gekomen zijn dat Phion ook gewoon kan staan voor Philharmonie Oost Nederland?). De orkestbezetting werd daarbij door Franssens duchtig gereduceerd tot een kamerorkest. De lengte, het improviserende karakter en de bachiaanse koralen zijn gebleven. Dezelfde sfeer ademt ook een pianowerk uit 2019, de Drie Etudes, die doen vermoeden dat ze eveneens al improviserend zijn ontstaan. Zowel in deze Etudes als in het Pianoconcert valt op dat de chromatische spanning die door Bach zo meesterlijk in zijn koralen wordt toegepast, hier een hoofdrol speelt. Heel anders gaat het toe in de cyclus Old Songs, New Songs uit 1988, inmiddels alweer meer dan drie decennia oud. In het boekje (de toelichtende tekst - ook NL - werd door Ralph van Raat geschreven) wordt en passant vermeld 'voor twee piano's'. Die tweede pianopartij kan bij concertuitvoeringen van te voren worden opgenomen, bij een studio-opname als deze maakt dat uiteraard geen verschil. Al luisterend ontstaat er wel een diep respect voor de manier waarop Van Raat deze ritmische uitdaging met zichzelf aangaat. Wie de muziek van Joep Franssens nog moet leren kennen kan uitstekend terecht bij een cd die in 2008 eveneens op het label Et'cetera verscheen, met daarop het orkestwerk Roaring Rotterdam uit 1997, het eerste deel van Harmony of the Spheres uit 1994 en het Magnificat uit 1999 op een tekst van Fernando Pessoa (KTC 1321). Drie werken waarin de essentie van Franssens componeren prachtig tot klinken komt. Voor de ingewijden in het oeuvre van een vastberaden eigenheimer in het Nederlandse muziekbedrijf verdient deze nieuwe bijdrage door Ralph van Raat, Phion en zijn chef-dirigent Otto Tausk een allerhartelijkste aanbeveling. ______________ index |
|