CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, januari 2013

 

   

Fauré: Requiem op. 48

Bach: Partita nr. 2 in d voor viool solo, BWV 1004

Grace Davidson (sopraan), William Gaunt (bariton), Gordan Nikolic (viool)

Tenebrae & London Symphony Orchestra Chamber Ensemble o.l.v. Nigel Short

LSO Live LSO0728 68’ (sacd)

Live-opname: 7 mei 2012,
St. Giles’, Cripplegate, Londen

 


Deze cd gaat in de allereerste plaats over Gordan Nikolic, concertmeester van het London Symphony Orchestra. Hij is ook concertmeester van het Nederlands Philharmonisch Orkest en in die functie tevens artistiek leider van het Nederlands Kamerorkest. In Amsterdam zowel als in Londen initieert hij boeiende concertprogramma’s. Dit is een van zijn Londense successen, live vastgelegd op het eigen label van het orkest.

Aan de basis ligt een simpele gedachte: de toonsoort d-mineur wordt gedeeld door het Requiem van Gabriel Fauré en de Partita voor viool solo BWV 1004 van Johann Sebastian Bach. Een flinterdun begin, maar wel een dat de samenwerking tussen viool solo en koor in beeld brengt. Dat komt door een publicatie van de musicologe Helga Thoene. Zij meende een verband te ontdekken tussen de plotselinge dood van Bachs eerste echtgenote Maria Barbara en de compositie van de Partita in d, met zijn kolossale slot, de Chaconne. Thoene hoort allerlei motivische overeenkomsten tussen bekende koraalmelodieën en thematische kernen van de vijf delen van de partita. De eerste die deze vondst over het voetlicht bracht was Christoph Poppen. Hij maakte voor het label ECM samen met het Hilliard Ensemble een cd onder de titel Morimur, waarin een en ander klinkend wordt gedemonstreerd en in een extra dik boekwerk uitvoerig toegelicht, inclusief overvloedige muziekvoorbeelden. Collega Maarten 't Hart was niet overtuigd (klik hier).

Poppen en de Hilliards presenteerden Bach en verder niets. Gezongen koralen wisselen af met instrumentale solo’s. De verrassing schuilt in de Chaconne, want daar heeft Thoene op toepasselijke momenten fragmenten van koralen – met bijbehorende tekst – geïnterpoleerd. Op ECM krijgen we de originele versie van de Chaconne te horen naast de geïnterpoleerde, bij Nikolic ontbreekt daarvoor de ruimte. Maar Nikolic kiest voor een ongelofelijke verrassing: de overgang, in een halve seconde, van Bach naar Fauré’s Requiem. In hetzelfde en dus schokkende d-mineur – niks Chor- of Kammerton, de afwijkende stemmingen die in Bachs tijd gebruikt werden. Heerlijk ook dat de inzet van Fauré’s Requiem gedomineerd wordt door een zestienvoets orgelpedaal. Geen twijfel mogelijk, hier horen we de bescheiden eerste versie, ontworpen voor kerkelijk gebruik.

Dit is een cd die bij veel mensen de nodige vraagtekens zal oproepen. Het is ook de cd van Gordan Nikolic. Wie deze bevlogen muzikant aan het werk heeft gezien weet dat hij van top tot teen muziek ademt, en lijf en leden inzet om dat op de hem omringende muzikanten over te brengen. Een unieke verschijning die hier een droomprogramma heeft verwezenlijkt dat in één concert is vastgelegd. Zo moet het ook beluisterd worden – als een eenmalige ervaring waarin je van de ene verbazing in de andere valt. Niet in de laatste plaats door de medewerking van Nigel North met zijn kamerkoor Tenaebrae en de beide uitstekende koorsolisten. En wie speeelt die schitterende vioolsolo in het Sanctus? Juist, Gordan Nikolic.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links