CD-recensie
© Paul Korenhof, februari 2022 |
Mijn eerste indruk was dat ik zelden zo'n sfeerloze Madama Butterfly had gehoord, dus heb ik de cd's maar een paar dagen weggelegd om ze later nog eens goed te beluisteren. Het heeft niet mogen baten. Met dezelfde zangers is in het theater misschien een overtuigende uitvoering mogelijk en Melody Moore verdient beslist onze waardering. Weliswaar klinkt zij wat al te rijp voor een jong meisje, maar zij heeft zeker momenten waarop zij zou kunnen ontroeren. Maar dan moet de uitvoering als geheel wel meewerken en vooral meer gevoel opbrengen voor het typische Puccini-idioom. Bij zijn opname van La fanciulla del west (klik hier) signaleerde ik bij dirigent Lawrence Foster al de neiging de partituur in stukjes te knippen, maar bij Madama Butterfly, de opera van de 'piccole cose', doet hij dat nog meer. Talloze kleine deeltjes lijken afzonderlijk benaderd en dan weer dusdanig aan elkaar geplakt, dat je je, al dan niet door minieme pauzes, voortdurend bewust bent van de aansluitpunten. Daardoor ontstaat zelden of nooit zo'n typische vloeiende Puccini-lijn en waar die wel even op gang komt, mis ik het echte Puccini-rubato. Om de een of andere reden lijkt het daardoor vaak trager, alsof er geen vaart in zit, terwijl ik toch constateerde dat de uitvoering precies even lang duurt als een uitvoering die wel helemaal in stijl is. Iets dergelijks doet zich ook voor in de zang. Verstaanbaarheid is in een drama essentieel, maar deze opname vervalt in het andere uiterste. Het lijkt of de zangers er zo op getraind zijn ieder woord verstaanbaar neer te zetten, dat zij vaak niet toekomen aan echt zingen en het trekken van melodische lijnen. Soms is het zelfs alsof woorden gewoon op toonhoogte gesproken worden, iets waaraan zelfs de enige Italiaan in de cast zich bezondigt. Vreemd verkorte of verlengde klinkers lijken daardoor onvermijdelijk en vooral de toch al houterige en onpersoonlijke Sharpless van Lester Lynch klinkt daardoor wel heel erg onidiomatisch. Wel ging ik aan het slot even rechtop zitten, toen ik opeens een onverwachte stem hoorde. Het bleek dat voor de scène met Kate Pinkerton gebruik was gemaakt van de eerste versie waarin Kate het initiatief neemt als Butterfly vraagt wie die vreemde vrouw in de tuin is. Muzikaal is er geen verschil, maar de invulling is anders en maakt - aldus de toelichting - de Amerikaanse vrouw van Pinkerton humaner en meevoelender. Leuk voor Kate Pinkerton, maar overbodig. De opera gaat niet over haar en de latere versie heeft dramatisch beslist meer effect. Meestal heeft een componist met gevoel voor theater gelijk als hij een wijziging aanbrengt. Het is arrogant en eigenwijs om daaraan te willen tornen. index |
|