CD-recensie
© Gerard van der Leeuw, juni 2023 |
Sinds het artikel ‘Johann Wilhelm Wilms renaissance. Een signalement’ van René Bouman (klik hier) zijn er heel wat nieuwe opnamen verschenen. Zo voltooide Ronald Brautigam op BIS zijn opnamen van de complete pianoconcerten en al heel recent verscheen er op Brilliant Classics een opname met de pianokwartetten en een pianotrio door het G.A.P. ensemble. Daarover een volgende keer. Nu een bespreking van de op 11 april jl. verschenen opname op Accent met twee van zijn Sinfonia's concertante en het Klarinetconcert. De Sinfonia concertante was in de periode tussen ca. 1770 en 1830 mateloos populair: we kennen in dit genre zo’n 500 werken van meer dan 150 componisten. Denk aan onder anderen Christian Cannabich (1731 1798), Johann Christian Bach (1735-1782), Peter von Winter (1754 1825), Ignaz Pleyel (1757-1831) en František Vincenc Kramář (1759 1831). In Frankrijk kun je denken aan de Italiaan Giuseppe Cambini (1746-1825), Jean-Baptiste ‘Citoyen‘ Davaux (1742-1822), François Devienne (1759-1803) en Joseph Bologne, chevalier de Saint-Georges (1745-1799). Een leuk curiosum is de Sinfonia concertante in Es-groot voor mandoline, trompet, contrabas, piano en orkest van Leopold Antonín Koželuh (1747-1818). Hoogtepunten in het genre zijn natuurlijk de Sinfonia concertante in Es-groot voor viool, altviool en orkest van Mozart (1779) en de Sinfonia concertante voor viool, cello, hobo en fagot in Bes-groot van Joseph Haydn (1792). Een tweede Sinfonia concertante van Mozart, die voor hobo, klarinet, fagot en hoorn blijft ondanks de mooie reconstructies een omstreden werk. Een Sinfonia concertante is, zoals de naam al aangeeft een kruising tussen een symfonie en een concert voor meerdere instrumenten. Met de symfonie heeft het de symfonische opzet van met name het eerste deel gemeen, met het concert de vrijwel zonder uitzonderingen driedelige vorm en het optreden van twee of meerdere solisten. Het is een populaire vorm, die meestal eindigt met een ‘uitsmijter’, vaak een Polonaise, of een variatievorm waarin de solisten één voor één een variatie voor hun rekening nemen. Alle tot nu toe bekende Sinfonie concertante staan in een majeur toonsoort. Zijn 'Concertante pour Flute, Clarinetto, Fagotto, Violon & Violoncelle Principale, avec grand Orchestre, composée pour la Societé Felix Meritis par J. W. Wilms', dateert uit 1814, toen Wilms 42 jaar oud was. Het werk valt alleen al op door de uiterst virtuoze cellopartij. In de woorden van de soliste Amarilis Dueñas Castán:
Maar ook de blaasinstrumenten komen niets tekort. Geen wonder: Wilms was immers naast pianist ook fluitist. De Sinfonia concertante in F-groot vertoont al een aantal vroeg romantische trekjes en begint (F-groot is ook de toonsoort van Beethovens 'Pastorale') pastoraal getint. Het stuk is geschreven voor ‘Oboe ou Clarinetto’. In deze opname gebruikt men een hobo. Tussen deze twee Sinfonia's concertante vinden we het mooie Klarinetconcert in Bes-groot op. 40. Het werk werd door de bekende klarinettist Dieter Klöcker (1936-2011), onvermoeibaar op zoek naar onbekend klarinetrepertoire, teruggevonden in de bibliotheek van het Praags conservatorium. Helaas overleed Klöcker voor hij een opname kon realiseren. In de woorden van de solist, de klarinettist Ernst Schlader:
De muziek van Wilms zou in ons land echt wel wat bekender mogen zijn. Dit is muziek op Europees niveau. Op NPO Radio Klassiek werd hij onlangs weer een ‘Duitser’ genoemd, terwijl hij toch genaturaliseerd Nederlander is en de componist van een lied dat bijna een eeuw lang het Nederlandse volkslied was. Om met Wilms te spreken:
Dit is een opname die iemand tot een gelukkig mens maakt. Niet __________________ index |
|