Componisten/werken

Johann Wilhelm Wilms renaissance:

een signalement

 

© René Bouman, juni 2022

 

Volgens de biograaf Ernst A. Klusen behoort Johann Wilhelm Wilms (1772 - 1847) samen met Anton Eberl en Andreas Romberg tot de groep van componisten waarvan de instrumentale muziek aan het begin van de negentiende eeuw om de gunst van het publiek streed. Op dat moment van de geschiedenis was nog niet voorzienbaar dat Beethoven die strijd zou winnen.*

Het Zeitschrift für die elegante Welt schrijft in 1808: Sinfonieen von dem großen Charakter, von der kunstreichen Anlage und Ausführung, von dem Reichthum an origineller romantischer Dichtung, und von der schönen Zusammenstimmung aller ihrer Theile zu einem interessanten, Geist und Herz erhebenden Ganzen, wie die von Haydn, Mozart, Beethoven, Romberg, Eberl, sind ohne Zweifel die ersten Zierden unserer Konzerte. Even verderop lezen we dat aan deze rij de componist Johann Wilhelm Wilms mag worden toegevoegd. Zijn symfonieën genieten grote belangstelling. Het tijdschrift voor de ‘elegante Welt’ dat vanaf 1801 regelmatig verscheen richtte zich op de ‘Wohlhabenheit’ van het lezerspubliek. Wat betreft cultuur was men slechts met het allerbeste tevreden, zowel wat betreft literatuur, als luxe en mode. De tegenstelling tussen het ‘schone’ en het ‘nuttige’ werd nadrukkelijk als ‘unzeitiger Schulrigorismus’ verworpen.

Leidsman van dit gedachtegoed was Friedrich Schiller. Hoe vaak niet werd zijn lijfspreuk geciteerd: Der Mensch, der mit seinem Leben spielt, ist nicht blos glücklicher für sich, sondern auch geselliger, heiterer, unschädlicher. Dat was de situatie rond 1800.

Het heeft er alles van weg dat de componist Johann Wilhelm Wilms perfect paste in het plaatje van zelfgenoegzaamheid. Zijn levendige maar vooral onbezorgd klinkende muziek lijkt dat beeld te versterken.

Toch woont hij dan al negen jaar in Amsterdam. De stad waar veel rondreizende musici zich presenteerden fascineerde hem. Daar waren beslist meer carrièremogelijkheden dan in zijn geboortedorp Witzhelden. Hij krijgt een baantje als tweede fluitist bij een orkest, maar korte tijd later breekt hij door als klaviervirtuoos in Felix Meritis. Hij behoort tot de groep artiesten die in 1796 het gezelschap Eruditio Musica opricht. Dit orkest telde spoedig zo’n 70 leden. Wilms geldt al snel als waardevol pianist en dirigent naast C.A. Fodor. Hij werd gekozen om als lid toe te treden tot het Koninklijk Instituut van Wetenschappen, Letterkunde en Schoone Kunsten. In de strijd om onder het juk van Napoleon uit te komen kwam ook de dichtkunst tot bloei. Hendrik Tollens prees in zijn poëzie de zegeningen van het huiselijk leven en riep op tot trouw aan God en het Vaderland. Zijn nationalistische tekst Wien Neêrlands bloed is door Wilms op muziek gezet. Mogelijk was er twijfel bij de combinatie van tekst en muziek. Wilms stuurde daarom nog een tweede bijdrage in voor de prijsvraag van het nieuwe volkslied: Wij leven vrij, wij leven blij. Misschien is dat wel meer het karakter van de componist.

De commissie onder voorzitterschap van Jan Hendrik van Kinsbergen moest op het einde van de selectie een keuze maken uit twee inzendingen. Die bleken beide van Wilms; maar dat wist niemand. De vroegere zeeofficier en vuurvreter Kinsbergen was na de Franse tijd een rijk en aanzienlijk man die wegens trouw en vaderlandsliefde gevraagd werd voor de schone taak om uitsluitsel te geven. Het werd dus Wien Neêrlands bloed, het lied dat van 1816 tot 1932 het officiële Nederlandse volkslied was. De tweede keus, Wij leven vrij, wij leven blij, werd minstens zo bekend.

Na 1823 leidde Wilms een meer teruggetrokken leven en raakte zijn naam langzaam in de vergetelheid.

Inmiddels heeft het er alles van weg dat Wilms meer en meer in de belangstelling komt. In de Duitse muziekliteratuur is sprake van een “Wilms-renaissance”. Er waren al enkele cd-opnamen van symfonieën en een pianoconcert. Verschillende uitgeverijen zijn begonnen met de uitgave van zijn composities.

Bij muziekuitgeverij Ries & Erler in Berlijn zijn de uitgaven verkrijgbaar van de Symfonieën in C, op. 9, in c, op. 23 en in D, op. 52. Eveneens de Ouvertures in D en en Es, en de Concertouvertures in E en Es. Ook het Klarinetconcert in Bes, op. 40 verscheen inmiddels in druk. Voor huiselijk gebruik is er veel pianomateriaal verkrijgbaar. Bijzonder zijn de uitgaven voor piano vierhandig zoals de Sonates op. 7 en op. 31, en niet te vergeten de Variationen über Liebes Mädchen hör mir zu, lass dir doch was sagen. Dan zijn er de Vioolsonates in E, op. 11 en in Bes, op. 29. Klapstuk blijft natuurlijk zijn opus 43, de Slag bij Waterloo. Ook nog altijd tweedehands verkrijgbaar.

Bij de Keulse uitgeverij Dohr zijn vooral vroege werken van Wilms uitgegeven. Om er enkele te noemen: Ariette: Einmal in meinem achten Jahr, lied met variaties uit 1797, een pianosonate in Bes (1793) en niet te vergeten de variaties over Paisiello’s Nel cor piu non mi sento; ook bekend natuurlijk door de variaties die Silcher en Beethoven hierop maakten. Vanuit deze uitgeverij groeide ook de belangstelling voor de instrumenten uit de tijd van Johann Wilhelm Wilms. In de gemeente Bergheim is het pianomuseum Haus Eller gevestigd waar een flinke verzameling antieke piano’s gekoesterd wordt. Natuurlijk is er inmiddels een opname met werk van Johann Wilhelm Wilms op een vleugel uit het begin van de negentiende eeuw.

In de opbouw van de composities van Wilms zien we de sonatevorm duidelijk terug. Na de langzamere introductie volgt de expositie met hoofd en neventhema. Materiaal uit de expositie wordt gebruikt in de doorwerking. Ten slotte is er de reprise waarin het materiaal uit de expositie herkenbaar maar uitgebreider aan bod komt. Het eerste deel van de sonate kan dan eindigen in een coda. Wilms volgt deze receptuur nauwgezet zonder dat de compositie al te voorspelbaar wordt. Zijn klaviermuziek is geestrijk en levendig. Ook in de openingsdelen van de symfonieën past hij deze werkwijze toe.

Carel Christaan Antony Last: Johann Wilhelm Wilms

In Duitsland en vooral in zijn geboortedorp Witzhelden (tussen Solingen en Leverkusen) is op 30 maart herdacht dat Johann Wilhelm Wilms daar 250 jaar geleden werd geboren. Op diverse concertprogramma’s verschijnt de komende tijd de naam van de componist. Voldoende aanleiding lijkt me om ook in gastland Nederland deze musicus te eren.

_______________
(*) Klusen, Ernst A.: Johann Wilhelm Wilms und das Amsterdamer Musikleben, Buren, 1975.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links