|
CD-recensie
© Aart van der Wal, december 2017
|
In Flanders' Fields 98
Swerts: A Symphony of Trees (An Hommage to Ivor Gurney and Ypres)
Lee Bisset (sopraan), Thomas Blondelle (tenor), Kinderkoor Canteclaer, Collegium de Dunis, Con Cuore, deChorale, Iepers Kamerkoor, Kortrijks Vocaal Ensemble, Laidos, Qui Vive, Roeselaars Kamerkoor, Jeugdkoor Rondinella, Voices!, Symfonieorkest Vlaanderen
Dirigent: David Angus
Phaedra PH 92098 • 1.25' • (2 cd's)
Live-opname: 15 en 16 september 2017, Sint Maartenskathedraal, Ieper (B)
| |
 |
My subject is war
and the pity of war.
The poetry is in the pity.
Wilfred Owen
Het is het indringende motto van Brittens 'War Requiem' (waarvan de teksten zijn ontleend aan de Latijnse dodenmis en gedichten van de gesneuvelde Britse soldaat Wilfred Owen), maar het is ook het 'hoofdthema' van een ander 'War Requiem', zij het dat dit - hoewel er zeker enige overeenkomsten zijn - op een andere leest is geschoeid: 'A Symphony of Trees' van de Belgische componist Piet Swerts (1960, Tongeren), van wie ik al eerder een aantal pianowerken besprak. Ik kenschetste hem daarin als de grootmeester van de metamorfose. Hij laat zijn motieven en thema's fascinerende gedaanteverwisselingen ondergaan, gebruikt transities als 'doorgang' naar nieuwe vergezichten (die bij nadere beschouwing gestoeld zijn en blijven op het door hem gekozen basismodel) en bovendien een oorspronkelijk denker blijkt in de omgang met de zo vaak beproefde variatievorm. Met een verlichte Franse toets en slechts bescheiden middelen worden kleurrijke waaiers opgetrokken. Zijn muziek mag bovendien zeer toegankelijk worden genoemd, zonder daarbij echter te vervallen in postmodernistische stereotiepen.
|
 |
|
Piet Swerts |
Klokslag acht
Elementen daarvan zijn terug te vinden in Swerts' 'Symphony of Trees', als indringende muzikale herinnering aan wat zich in 1917 in en rond Passendale afspeelde. Nu, precies een eeuw later, lijkt het slechts nog van betekenis in de geschiedenisboeken, maar in België ligt dat bepaald anders. Want daar worden de gruwelijke gebeurtenissen die honderdduizenden soldaten aan zowel Duitse als geallieerde zijde het leven kostte, nog steeds met veel egards en gevoel voor decorum herdacht. En niet alleen jaarlijks, maar zelfs dagelijks, zoals in het naburige Ieper, waar 's avonds klokslag acht al sinds 1928 de 'Last Post' wordt geblazen onder de Menenpoort. Op dit gedenkteken met zijn naar Romeins model vervaardigde triomfboog, zijn de namen van 54.896 vermiste Britse soldaten gebeiteld. Dat wil zeggen de namen van hen op 16 augustus 1917 als vermist golden. Want er zijn ook nog de namen van de 34.957 Britten die daarna, tot het einde van die bloedige oorlog, werden vermist. Die zijn aangebracht op de grote panelen van het Britse oorlogskerkhof in Passendale, het Tyne Cot Cemetery. In Flanders' Fields met zijn later tot symbool verheven 'poppies' (klaprozen) woedde een oorlog die zijn weerga (nog) niet kende en alleen nog op Europese schaal overtroffen zou worden door die oorlog die niet zoveel later uitbrak: de Tweede Wereldoorlog. Twee oorlogen die het Avondland voor eens voor altijd leken uit te wissen.
'In Flanders' Fields' is - niet toevallig - tevens de naam van de inmiddels tot indrukwekkende proporties uitgegroeide cd-serie van Phaedra, die geheel is gewijd aan het werk van Vlaamse componisten (en waarvan we een aantal op onze site hebben besproken). Het is bovendien de naam van het (interactieve) oorlogsmuseum dat is gevestigd in de voormalige lakenhal van Ieper. Maar bovenal is het natuurlijk de naam van dat beroemde gedicht van John McCrae:
In Flanders fields
In Flanders fields the poppies blow
Between the crosses, row on row,
That mark our place; and in the sky
The larks, still bravely singing, fly
Scarce heard amid the guns below.
We are the Dead. Short days ago
We lived, felt dawn, saw sunset glow,
Loved, and were loved, and now we lie
In Flanders fields.
Take up our quarrel with the foe:
To you from failing hands we throw
The torch; be yours to hold it high.
If ye break faith with us who die
We shall not sleep, though poppies grow
In Flanders fields.
John McCae was naast majoor en arts in het Canadese leger ook dichter. Hij schreef 'In Flanders' Fields' begin mei 1915 op een medische hulppost vlakbij Ieper. Op 8 december verscheen de definitieve versie van het gedicht. Op 28 januari 1918 sneuvelde McCae. Hij werd begraven op het kerkhof van Wimereux in Pas-de-Calais, Frankrijk.
|
 |
|
Ivor Gurney |
Geschonden huiswaarts
Piet Swerts vond zijn inspiratie vooral in de teksten van Ivor Gurney, die studeerde aan het Royal College of Music in Londen toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Hoewel hij door zijn ernstige bijziendheid in eerste instantie niet door de medische keuring kwam, lukte het hem toch om zich in 1917 met succes voor actieve dienst aan te melden, waarna hij bij een regiment van de Gloucesters werd ingedeeld en naar Frankrijk vertrok. Hij raakte tweemaal gewond, waarvan de tweede keer ernstig door een vijandelijke aanval met mosterdgas. Na de oorlog nam hij in Londen zijn studie weer op, met als docent niemand minder dan Ralph Vaughan Williams. Maar ook Gurney was een van de velen die het slagveld weliswaar hadden overleefd, maar hetzij lichamelijk of geestelijk (maar ook beide!) geschonden huiswaarts waren gekeerd. Bij Gurney overheerste een psychisch trauma dat hij niet meer de baas kon worden. Hij werd geplaagd door ernstige depressies en zijn gedrag werd geleidelijk aan steeds vreemder. Dat hij in 1917 toch willens en wetens het slagveld wilde opzoeken mag eens te meer verbazing wekken omdat hij niet alleen bijziend was, maar toen al geestelijk minder labiel.
|
 |
|
Graf in Twigworth
(foto Chris Goddard) |
Nalatenschap
Al ruim voor de oorlog had hij al herhaalde malen te kampen met een zenuwinzinking. In 1922 ging het niet meer en moest hij worden opgenomen in een psychiatrische kliniek. Hij zou tot zijn dood in 1937 slechts nog in verschillende klinieken verblijven, waar hij toch nog relatief veel liederen and gedichten schreef. Dankzij de inspanningen van twee andere componisten (Gerald Finzi en Howard Ferguson) en Gurneys beste vriendin Marion Scott (zij speelde viool, componeerde, dichtte en schreef muziekrecensies), kon zijn muzikale en lyrische nalatenschap keurig gearchiveerd voor het nageslacht bewaard blijven.
In Flanders
De oorlogsgedichten schreef Gurney in en tussen de loopgraven, waarna hij ze opstuurde naar Scott, die ze vervolgens uittypte. Vooral bekend werden 'Severn and Somme' (1917) en 'War's Embers' (1919). Maar ook nog later bleef het 'oorlogsthema' in zijn werk terugkomen, soms doorspekt met details omtrent zijn reis in de nachtzijde van zijn geest.
Niet alleen blijven zijn liederen en teksten in de belangstelling staan (ze worden regelmatig heruitgegeven), maar ook is er jaarlijks de uitnodiging om op 11 januari op klokslag elf uur een bekend lied van Gurney te zingen: 'In Flanders', op tekst van Frederick William Harvey (1915):
In Flanders
I'm homesick for my hills again -
To see above the Severn plain
Unscabbarded against the sky
The blue high blade of Cotswold lie;
The giant clouds go royally
By jagged Malvern with a train
Of shadows.
Where the land is low
Like a huge imprisoning O
I hear a heart that's sound and high,
I hear the heart within me cry:
"I'm homesick for my hills again -
Cotswold or Malvern, sun or rain!
My hills again!
|
 |
|
Piet Chielens |
Piet Chielens
Naast dichtteksten van Gurney heeft Swerts ook teksten gebruikt van Charlotte Mew ('The Farmer's Bride', 1916), A.E Housman (het bekende 'On Wenlock Edge' ut 'A Shropshire Lad', 1896), gedichten van Margaret Postgate Cole (1918) en Swerts' Vlaamse streekgenoot Piet Chielens (diens 'Kanaäns Land, voor Jean Giono'). Chielens - die al in zijn jonge jaren veel belangstelling voor de Eerste Wereldoorlog aan de dag legde - is tevens de coördinator van het reeds genoemde oorlogsmuseum in Ieper. Hij is ook de initiator van de 'vredesconcerten' die vanaf 1992 in Passendale plaatsvinden, en auteur van 'Poproute, fietsen achter het front' (1995). Zijn gedicht 'Kanaäns Land' droeg Chielens op aan Jean Giono, een Franse streekauteur uit de Provence. Deze dichter en schrijver schreef graag over de mensen en de natuur in zijn geboortestreek, met zijn hang naar het gewone leven op het platteland en zijn afkeer van de grote stad. Maar hij schreef ook over zijn ervaringen als soldaat in de Eerste Wereldoorlog. Waarmee tevens duidelijk is dat Swerts In dit groot opgezette werk heeft gekozen voor zowel oorlogsgedichten als 'Naturlaut' (een ander sprekend voorbeeld daarvan is uiteraard 'On Wenlock Edge').
Memory, let all slip
In het keurig verzorgde cd-boekje valt te lezen dat de macrovorm van 'A Symphony of Trees' voornamelijk wordt bepaald door twee elementen: de ruimte waarin het wordt uitgevoerd en het epicentrum van het door de componist en Piet Chielens vervaardigde libretto: 'Memory, let all slip', op tekst van Gurney (geschreven in het hospitaal van Bangour, oktober 1917). Het gedicht komt - in gevarieerde muzikale zetting en dito bezetting - in de symfonie viermaal terug:
Memory, let all slip save what is sweet
Of Ypres plains.
Keep only autumn sunlight and the fleet
Clouds after rains,
Blue sky and mellow distance softly blue;
These only hold
Lest I my panged grave must share with you.
Else dead. Else cold.
 |
Repetitie van 'A Symphony of Trees' in de Sint Maartenskathedraal in Ieper |
Herdenkingsconcert in Ieper
Het op deze beide cd's vastgelegde herdenkingsconcert vond plaats op 15 en 16 september van dit jaar (door Klara op 26 september via de radio uitgezonden) in de Sint Maartenskathedraal in Ieper, waarbij de ruimte werd geëxploiteerd als klankprojectie (een akoestisch fenomeen dat in een stereo-opname helaas onvoldoende kan worden weerspiegeld). In de toelichting valt te lezen dat 'uiteindelijk werd geopteerd voor een onconventionele U-opstelling van het orkest achteraan in de langste galerij, waarbij alle koren (en dat zijn er heel wat!) links en rechts het publiek omsluiten en tot vlakbij het orkest worden gepositioneerd. Kinderkoren zingen soms boven op het doksaal (of oksaal, de hoge scheidingswand tussen koor en schip, doorgaans in gebruik als galerij of tribune voor de koorzangers, AvdW) soms beneden. Hoog boven het orkest bevindt zich een grote, diepe nis van waaruit een trompettist de 'Last Post' op een sombere georkestreerde achtergrond citeert. Verwijzingen naar de natuur met onder meer het van ver klinkend hoorgeschal, resulteerden in een aparte opstelling van hoorn en pauken in dezelfde ruimte. Al deze posities werden in de finale samen benut en zo optimaal mogelijk gebruikt; een extra orgel werd in het orkest geplaatst, waardoor tijdens de finale beide orgels simultaan konden klinken. Synchronisatie bleek geen onoverkomelijk probleem en gaf bij de uiteindelijk uitvoering een wonderbaarlijk gevoel van ruimtelijke exploratie'. Het opus wordt door de componist zelf op YouTube nader toegelicht.
De uitvoering in de Sint Maartenskathedraal hing samen met de honderdjarige herdenking (een 'eeuwfeest' kan het uiteraard niet worden genoemd) van de grootste veldslag die ooit in België plaatsvond, tussen juni en november 1917 aan het front bij Ieper. Alleen al bij de zogeheten Derde Slag kwamen 175.000 mensen om het leven. Bijna vijftig jaar eerder, op 4 november 1967, vond in dezelfde kathedraal een uitvoering plaats van Brittens 'War Requiem' onder leiding van de componist.
 |
 |
De herdenkingsbomen in Ieper |
Herdenkingsbomen
Het is niet zomaar een naam: 'A Symphony of Trees',
maar grijpt terug naar de lente van 2015, toen in Ieper 138 herdenkingsbomen werden geplant. Ze markeren in het landschap de precieze locatie van de Ieperboog die in de Eerste Wereldoorlog de frontlijn bepaalde en vier jaar lang als een halve cirkel rond de stad lag. Het zijn iepen, een boomsoort die toen veel in deze streek voorkwam. Tijdens de hevige gevechten op een verschroeide aarde bleef vrijwel geen boom nog overeind, maar later werd een groot aantal opnieuw geplant. Tot ze aan het eind van vorige eeuw ten prooi vielen aan de iepenziekte. In 2015 werd als herdenkingsboom een resistente soort aangeplant: de ulmus parigi. Dat heeft een dubbele symboliek: dat van het verlies en van de wederopstanding (het is een soortgelijke symboliek die we overigens ook terugvinden in Swerts' 'A Symphony of Trees'). Iedere boom is voorzien van een metalen korf. De korven met een blauwe rand geven de geallieerde frontlijn aan, die met een rode rand de Duitse. De ruimte ertussen geldt - zoals ook toen - als niemandsland. Het is een van de vele littekens van een afschuwelijke oorlog die in België onafgebroken in herinnering is gebleven.
Indrukwekkend
Dat blijkt niet in de laatste plaats ook uit het kolossale werk van Swerts dat deze nog altijd open wond in de Europese geschiedenis in zijn volle omvang op muzikaal zeer indringende wijze in herinnering brengt. De uitvoering (het applaus is gelukkig zij het bescheiden meegesneden) is niet minder indrukwekkend: deze postume hommage die met grote intensiteit uit de luidsprekers komt kan niemand onberoerd laten. Of van deze productie ook een beeldopname is gemaakt kon ik niet achterhalen. In ieder geval heb ik er op het internet niets van terug kunnen vinden. Als dat echt zo is, is dat onbegrijpelijk.
|
|