CD-recensie

 

© Aart van der Wal, mei 2024

Enescu: Symfonie nr. 1 in Es, op. 13 (1905) - nr. 2 in A (1914) - nr. 3 in C, op. 21 (1918)* - Roemeense rapsodie nr. 1 in A & nr. 2 in D, op. 11

Choeur de Radio France* & Orchestre National de Radio France o.l.v. Cristian Macelaru
DG 4865505 • 2.42' • (3 cd's)
Opname: sept. 2022 & juni 2023, Auditorium de Radio France, Parijs

 

De Roemeense componist, violist, pianist, dirigent en docent George Enescu (Liveni, 1881 - Parijs, 1955) schreef drie symfonieën in een ware amalgaam van stijlen die evenwel sterk tot de verbeelding spreken. Natuurlijk, ondanks het feit dat Enescu langdurig in Frankrijk woonde zijn de sterke Roemeense invloeden evident, maar ook Brahms, Wagner, Schmitt, Richard Strauss, Franck, Dukas en Ravel komen voorbij - soms diep verscholen, soms zonder enige gêne. Dat diskwalificeert deze muziek evenwel niet, verre van dat zelfs. En zo uitzonderlijk is het bovendien niet, want het is zijn invloeden - bij de een vanzelfsprekend meer dan bij de ander - die we bij een menigte componist aantreffen.

Enescu zelf toonde zich behoorlijk kritisch ten aanzien van zijn eigen composities. Hij placht daarbij op te merken dat niet de lengte ervan belangrijk was, maar wel dat het een duidelijk waarneembare structuur diende te bevatten, een duidelijke lijn, met een voorkeur voor elkander overlappende melodieën. Dat blijkt ook uit zijn gepubliceerde drie symfonieën, die deze karakteristieke eigenschappen onbetwist met zich meedragen (al getuigt de Eerste symfonie deels wel van een rapsodische inslag). Dat maakt ze op zich nog niet gemakkelijk toegankelijk, maar uiterst ambitieus van opzet en uitwerking zijn ze daarentegen wel.

Zijn meest fascinerende werk op symfonisch gebied is ongetwijfeld de cyclisch opgezette Derde symfonie (met in de finale de toevoeging van een woordloos zingend gemengd koor) met haar opgestapelde, van venijn en drama vervulde, van een ongekende heftigheid getuigende chromatiek. Muziek ook die werkelijk door roeien en ruiten gaat. Geen wonder: de sporen van de Eerste Wereldoorlog zijn nog kersvers. De Roemeense dirigent Cristian Macelaru (al hoef je geen Roemeen te zijn om deze muziek het volle pond te geven) weet het Orchestre National de France tot grote hoogte op te zwepen zonder daarbij echter de lyrische momenten - want die zijn er gelukkig ook! - uit het oog te verliezen. Wat neerkomt op fraai uitgebalanceerde vertolkingen die zelfs briljant afsteken tegen de nogal bleke uitvoeringen door het BBC Philharmonic onder leiding van Gennadi Rozjdestvenski (Chandos, 1997). Zelfs Lawrence Foster en het filharmonisch orkest van Monte Carlo (hier besproken door Siebe Riedstra) wordt voorbij gestreefd. De van diep geworteld nationalisme getuigende beide Roemeense rapsodieën zorgen voor een krachtig en kleurrijk slot van dit fabuleuze album.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links