CD-recensie

 

© Aart van der Wal, juli 2010

 

 

Borodin: Strijkkwartet nr. 1 in A, op. 26.

Stravinsky: Concertino (voor strijkkwartet).

Miaskovski: Strijkkwartet nr. 13 in a, op. 86.

Borodin Quartet.

Onyx Classics 4051 • 68' •

www.onyxclassics.com

www.borodinquartet.com


Het Borodin Quartet behoort net als bijvoorbeeld het Amadeus tot de legenden, maar in het geval van het Borodin dan wel een springlevende legende, met de speltradities van weleer nog steeds ongeschonden in het vaandel. Een topensemble dus, dat in de loop der jaren een groot aantal ensembles van een vergelijkbare kwaliteit naast zich heeft moeten dulden. Want als er in de klassieke-muziekwereld in de laatste paar decennia sprake is geweest van een spectaculaire ontwikkeling dan is het wel die van het grote aantal strijkkwartetten, meestal bestaande uit jonge maar zeer begaafde musici, dat met fenomenaal spel de wereld heeft veroverd en waarvan de namen steeds weer opduiken op wervende affiches en aankondigingen wereldwijd. Dan zijn er de vele cd- en video-opnamen die de publiciteitsgolf nog eens dubbeldik onderstrepen, waarbij het steeds weer treffend is hoezeer pure kwaliteit toch altijd boven komt en - heel belangrijk! - blijft drijven.

Het Borodin Quartet, in 1945 en dus 65 jaar geleden in Moskou opgericht door vier studenten aan het conservatorium, heette toen nog Moskous Filharmonisch Kwartet. In 1955 vond een naamswijziging plaats en werd het van nu af aan het Borodin Kwartet. Het valt nu nog maar nauwelijks voor te stellen dat het Borodin nog heeft samengewerkt met Dmtri Sjostakovitsj, Svjatoslav Richter en Mstislav Rostropovitsj, naast andere groten als Yuri Bashmet, Natalia Gutman, Elisabeth Leonskaja en Elisso Virsaladze.

Het Borodin Quartet

Menigeen zal de live-optredens van het kwartet in het Amsterdamse Concertgebouw nog in herinnering hebben, met als een van de vele hoogtepunten hun weergaloze interpretatie van de Beethoven-kwartetten. Eerder, in november 2003, en nog net vóór zijn tachtigste, mocht het kwartetlid van het eerste uur, de cellist Valentin Berlinsky, het nog meemaken dat het Borodin Quartet in Amsterdam was neergestreken om daar in het Concertgebouw voor de eerste keer in zijn rijke bestaan uitsluitend Beethoven te spelen. Toen in november, waren dat maar liefst negen kwartetten, met de overige zeven voorbestemd voor het daarop volgende seizoen. Dan zijn er de studio-opnamen van Chandos, waarvan collega Maarten 't Hart in december 2007 Beethovens op. 127 en 130 besprak (klik hier voor de recensie).

Wie voor het eerst kennismaakt met het spel van het Borodin Quartet wordt misschien getroffen door het volkomen onopgesmukte karakter ervan. De klemtoon ligt duidelijk op de gedegen uitwerking van de klank- en vormarchitectuur, en minder op breed uitgesponnen dramatiek en lyriek. Door het spaarzame gebruik van het vibrato wordt het intellectuele aspect van de muziek nog eens benadrukt. Dit zijn geen musici die - in tegenstelling tot vele van hun collega's, maar ook landgenoten als Valery Gergiev en Mstislav Rostropovitsj - tijdens hun vertolking de remmen losgooien. Het technische arsenaal is enorm, met als sprekend voorbeeld het Scherzo (Prestissimo) van Borodins Eerste strijkkwartet. Iedere noot blijft werkelijk staan als een huis.

De grootste verdienste van het Borodin Quartet (Rubén Aharonian en Andrei Abramenkov, viool; Igor Naidin, altviool en Vladimir Blashin, cello) is misschien toch wel dat ondanks de wisselingen in de bezetting door de jaren heen de tradities daardoor niet opzij werden gezet. Dit in november 2009 fraai opgenomen programma in het Gnessin Muziekcollege in Moskou bewijst dat nog eens uitdrukkelijk.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links