CD-recensie
© Aart van der Wal, augustus 2020 |
Alles is anders, zal ik maar zeggen. Een keurig boekje zit er niet bij, wel een groot vel dat zich net zo keurig laat uitvouwen met aan de ene kant het vereiste wetenswaardigs over dit nieuwe duo en 'digital data' waaronder de opnamegegevens, en aan de andere kant een nogal surrealistische toelichting op iedere gespeelde track. Maar dat is uiteraard slechts het 'randwerk', want het gaat uiteindelijk om de muziek van in dit geval negen componisten van wel heel verschillende pluimage. De toevoeging op de achterzijde van het doosje spreekt boekdelen: 'All compositions, arrangements and transcriptions commissioned by ART'uur'. De naamspelling wordt overigens niet consequent gehanteerd, wat me toch wel een belangrijke vereiste lijkt. Maar dit ter zijde. Bij ART'uur begint het in ieder geval: een nieuw, zeker buitenissig duo bestaande uit muzikaal gepokten en gemazelden, waarvan de een, Wim van Hasselt, een ware meester is op de trompet, piccolo trompet, posthoorn en flugelhorn (hij heeft al een aantal Channel Classics-albums achter zich, geeft les aan het conservatorium van Freiburg en coacht het European Union Youth Orchestra), en de ander, de Belg Koen Plaetinck, weet als geen ander wat slagwerk en tot muziek omgevormde elektronica inhoudt. Hun nobele doel van al dit moois: het publiek in muziek onderdompelen. Hun adagium: 'You will not need a manual. The beauty of music. Nothing less, nothing more?' Of het voor luisteraar ook zo simpel uitpakt? Alleen al de naam van Karlheinz Stockhausen op het programma doet menigeen al gruwen zonder dat er ook maar een noot heeft geklonken (ik spreek uit ervaring). Imaginary Mirror, denkbeeldige spiegel, heeft dit album meegekregen, ongetwijfeld met het oog op Arvo Pärts bekende 'Spiegel im Spiegel' dat in de meest ondenkbare (soms ook wel ondankbare) varianten tot de wereldpodia is doorgedrongen. De gekozen naam voor dit album is overigens verre van uniek: Imaginary Mirror komt in de muziekbranche meer voor, o.a. op een album van Annihilation Time, al betreft het een geheel ander genre. Volgens de makers gaat het in deze uitgave om het oprekken van de grenzen van de klassieke muziek (een begrip overigens waarmee de moderne en eigentijdse muziekscene absoluut niet overweg kan), maar misschien is dat wat al te bescheiden geformuleerd, want er lijkt mij eerder sprake te zijn van het behoorlijk verleggen van grenzen; soms zelfs op het bizarre af. Het is aldus een unieke mix geworden van het traditionele (wat slechts in zeer bescheiden mate present is), 'electro-underground', improvisatie (eigentijdser kan het eigenlijk niet) en de 'elektriserende filosofie van de surrealisten uit de roaring twenties. Wat levert het dan volgens de beide heren op? 'A stage full of thoughts - in place of stories - their music literally surrounded by compelling visuals'. Hé: 'visuals', waar zijn die dan? Niet op deze cd. Tenzij ik iets niet begrepen heb, natuurlijk. Ik word echter wel ondergedompeld in 'A new reality for trumpet, percussion, electronics' en dat vind ik meer dan genoeg. Ik hoef er echt geen 'visuals' bij te hebben! De naam viel al: Karlheinz Stockhausen (dus niet Markus, als componist de hekkensluiter op dit album) zou zich misschien wel de vingers hebben afgelikt bij de schier eindeloze elektronische en digitale manipulatieve mogelijkheden anno nu, want hij was zeker in zijn Keulse tijd heer een meester op het gebied van de elektronische montage. Dat ligt alweer ruim een halve eeuw achter ons. Maar ook achter de Hollandse dijken barstte het van het talent op dit gebied: kijk hier maar eens. Al eind jaren vijftig was het Philips NatLab al volop actief op het gebied van het elektronische kunst- en vliegwerk, met wisselend resultaat overigens. Toen al was het experimenteerdrift wat de (toen alleen nog analoge) klok sloeg. Hoeveel radio- en tv-tunes en wat we in die vréselijke STER-spotjes te horen krijgen heeft niet aan de wieg ervan gestaan! De 'Technical Data' laten zien dat 'Cherry Blossom', 'Spiegel im Spiegel', 'Kaddish' en 'Better World' zijn opgenomen in een van de MCO-studio's in Hilversum en dat 'Sacred Places', 'Unearthed', 'Unda' 'Televisioniist' en 'L'Apparition du Phantôme au Mirroir' zijn opgenomen in de 'Big Cigar' studio's in het Belgische Sint-Niklaas. Jared Sacks heeft in die 'Grote Sigaar' zijn plaats afgestaan aan ART'uur, aangevuld door David van Bouwel (de schepper van 'L'Apparation.' en Maarten Buyl. Daar in Sint-Niklaa heeft men zich zo te horen op elektronisch gebied zeker behoorlijk kunnen uitleven en de luisteraar mag het resultaat met alle denkbare egards omgeven bewonderen. Nog iets over de gekozen naam: ART'uur. Al zoekende op het internet (over de naam zelf verder geen woord in de begeleidende tekst) kwam ik ART-UUR tegen, maar dat is de naam van een Belgisch kunstatelier (nu maar hopen dat ART'uur hierdoor juridisch niet onder vuur komt te liggen, want er is zelfs voor een kritische rechter nauwelijks verschil tussen een liggend streepje en een komma). Vervolgens kwam wel ART'uur in beeld, maar wat de naam betreft werd ik er niet wijzer van (klik hier). Maar misschien is ook niet zo belangrijk: what's in a name, schreef Shakespeare al. Ach, u kent het. Hoofdzaak is de muziek en hoe die wordt uitgevoerd. Wat dat laatste betreft: de hoogste lof. En wat het eerste betreft: die vind ik niet over de gehele linie even sterk. Dan is het meer bizarrerie dan innerlijke substantie, eerder een (toegegeven: spectaculair) kunststukje dan een facetrijk kunstwerk, maar houdt u het maar op een kwestie van smaak. Dan doe ik niemand tekort. Bovendien: experimenteerdrift is ook in de eigentijdse muziek een groot goed. index |
|