CD-recensie
© Aart van der Wal, maart 2023 |
Toeval of niet, maar kort nadat deze fascinerende cd in mijn brievenbus viel stuitte ik op een niet minder interessant boek van dezelfde schrijver als de samensteller van de liner notes over deze solowerken van dezelfde protagonist: de Nederlandse componist Louis Andriessen (1939-2021). De cd bespreek ik hier slechts in het kort, want Siebe Riedstra wijdde er in 2014 reeds een gedetailleerde recensie aan (klik hier). Het boek(je), Keten & Stompen met Louis Andriessen, componist en vriend, werd enige dagen geleden door collega Emanuel Overbeeke hier besproken. In zijn bespreking sloeg Overbeeke wat mij betreft de spijker op zijn kop door vast te stellen dat anders dan de auteur, Elmer Schönberger, beweert, de ‘echte' Louis Andriessen even sterk (of evenzeer) doorklinkt in zijn vroegere werk (en dan met name zoals dat vóór De Staat [1976] ontstond). Of anders gezegd: in de ‘vroege' Andriessen is diens muzikale persoonlijkheid even sterk present als in de later(e)' Andriessen. Het voorliggende album, dat de passende titel Solos for Virtuosi toont dat ook aan, want keurig in de chronologische volgorde van hun ontstaan is dit aantal solocomposities gegroepeerd zoals die ontstonden binnen het tijdvak 1962-2008. Ze vormen evenzeer een weerspiegeling van Andriessens ontwikkelingsgang in dit repertoire als in zijn ensemblewerken. Wie langs deze door een uiterst inventieve en oorspronkelijke muzikale geest geslagen piketpaaltjes een avontuurlijke reis wil maken zal worden beloond met een luisterervaring die nog lang nazindert. Schönberger memoreert in de toelichting dat voor Andriessen virtuositeit geen onderwerp was, wat naar ik aanneem zoveel wil zeggen dat de componist dit niet als hoogste doel stelde, al kan er gelijk aan worden toegevoegd dat – de verschillende solostukken laten er geen misverstand over bestaan – heel wat meer dan een zekere ‘behendigheid' voor de instrumentalist een conditio sine qua non betekent. Maar het moet gezegd: het technisch absoluut veeleisende karakter van het merendeel van deze stukken is bijzonder fraai én overtuigend ingebed in een in alle opzichten uiterst muzikantesk discours. Het is niet, zoals Schönberger terecht heeft opgemerkt, een kwestie van ‘duizend ballen opgooien en ze zogenaamd moeiteloos allemaal tegelijk weer opvangen', géén ‘romantisch illusionisme'. En hij kan het , los van de individuele perceptie van de luisteraar, weten, want hij was zeer goed bevriend met Andriessen, Wat niet wegneemt dat de albumtitel volkomen recht doet aan de inhoud: Solos for Virtuosi. Dit is uit de aard der zaak een fantastisch project: vijftien solowerken, gespeeld door vijftien musici en bepaald niet de minste, waaronder de componist zelf, op een bewust ontstemde piano, er lustig op los improviserend in The Starting Plank, de soundtrack bij de korte film van Marijke van Warmerdam.. Het is een compilatie die een zowel helder als representatief beeld schetst van de grote kwaliteiten van de ‘solocomponist' Andriessen, in een repertoire dat bijna een halve eeuw beslaat en waarin de stem van de maker er nooit twijfel over laat bestaan wie die maker was. Het is Andriessen ten voeten uit, al kan waarschijnlijk niemand precies aanwijzen waaruit de (vele!) ingrediënten nu eigenlijk bestaan. Duidelijk is wel dat de talrijke en vaak uiterst genuanceerd aangebrachte stilistische verschillen net zo karakteristiek zijn voor zijn werk als de daarin optredende constanten. ‘Iets met harmonie, iets met ritme, en dat noemen we Andriessen,' aldus Schönberger. Dat sommige stukken ook wel iets weg hebben van een rariteit doet daaraan niet af. Ik noemde reeds de ontstemde piano, maar er is ook Frans Brüggen die in Ende op twee blokfluiten tegelijk moet spelen en Pauline Oostenrijk die in To Pauline O. eerst duchtig op haar ademtechniek heeft moeten oefenen. Ook in andere stukken klotsen de speltechnische complicaties tegen de boorden aan. Zoals gezegd biedt dit album geen nieuwe opnamen, maar het zijn zulke pure juweeltjes dat deze uitgave het daardoor meer dan waard maakt om opnieuw onder de aandacht te worden gebracht. Tot slot nog dit. Voor wie het (nog) niet weet: het Nederlandse muziekabel Attacca (u weet als rechtgeaarde muziekliefhebber ongetwijfeld waaraan die naam is ontleend) is een initiatief van Sieuwert Verster dat al decennialang een belangrijke rol vervult in in met name het domein van de moderne en eigentijdse muziek. Verster nam onlangs afscheid als directeur van het Orkest van de Achttiende Eeuw, waardoor hij ongetwijfeld meer tijd zal krijgen voor de verdere ontwikkeling van dit niet alleen voor ons land zo belangrijke label. index |
|