Boeken

 over componisten

 

© Gerard Scheltens, april 2010

 

 
   
 

Thijs Bonger: Componistenportretten
Luisterboeken over grote componisten

Haydn
Home Academy, ISBN 978-90-8530-033-5
2.32' (2 cd's)

Saint-Saëns
Home Academy, ISBN 978-90-8530-303-5
2.20' (2 cd's)

www.home-academy.nl

(klik hier voor de recensie over Tsjaikovski en Mendelssohn)

 

 

 


De serie componistenportretten van het lezingenlabel Home-Academy, begonnen met Mendelssohn en Tsjaikovski, gaat door met Haydn en Saint-Saëns. Een vijfde dubbel-cd (ook op mp3), gewijd aan George Gershwin, is onderweg. Blijkbaar is de formule aangeslagen waarbij Thijs Bonger op een prettige verteltoon, aan de hand van korte muziekfragmenten, het leven van de grote componisten doorneemt. Naar aanleiding van de eerste twee delen (klik hier) merkte ik op dat niet zozeer particuliere cd-kopers, maar vooral uitleenbibliotheken het belang van deze serie zullen inzien. Het is een ideaal middel om belangstellenden kennis te laten maken met de mens achter de noten, en het helpt daarbij natuurlijk enorm als de componist een kleurrijk individu was.

Voor Camille Saint-Saëns geldt dat natuurlijk in het bijzonder. De man wordt nog steeds door veel musicologen niet al te serieus genomen. Hij componeerde veel dat in het geheugen blijft haken (Danse macabre, Le carnaval des animaux), maar hij leverde geen bijdrage aan de voortgang van de muziekgeschiedenis, is het gangbare oordeel. Een vernieuwer was hij inderdaad niet, maar Saint-Saëns was wel een pionier van de muziek voor het nieuwe medium film, instrumenteerde zeer effectvol, schreef opera's waaronder het meesterwerk Samson et Delila, had het briljante idee een grote symfonie van een orgelpartij te voorzien en weet vaak, door een charmante melodie of een verrassende harmonische vondst, een glimlach op onze gezichten te toveren. Een glimlach die achterwege bleef in de persoonlijke contacten met deze, naar men zegt, onsympathieke man. 

Bonger vertelt het ons allemaal. Muziektheoretische analyses geeft hij nauwelijks, maar daarop is de opzet van zijn luisterboeken ook niet gericht. Hij beschrijft het lange leven van de componist en plaatst hem in zijn Franse context. Saint-Saëns was enigszins omstreden in zijn eigen land, waar de strijd tussen Debussyistes en Franckistes/D'Indyistes werd uitgevochten. Bij geen van beide dominante stromingen vond hij aansluiting. Dat kwam door zijn persoonlijkheid, maar ook door zijn muziek, die als ouderwets werd bestempeld. Hij vond meer gehoor in Duitsland, waar zijn Samson et Delilah wèl werd opgevoerd (in het Duits).

Bonger vertelt over zijn relatie tot andere componisten. César Franck droeg zijn pianokwintet op aan Saint Saëns, in de hoop dat hij het dan zou spelen, wat inderdaad gebeurde. Daarna liet hij de muziek demonstratief op de piano liggen, want hij vond dit veelgeprezen kwintet een werk van niks. Debussy, een van de vaders van de moderne muziek, was van mening dat iemand "Saint Saëns eens moest vertellen dat hij nu wel genoeg had gecomponeerd". Maar iemand als Ravel heeft wel degelijk van hem geleerd.

Ook Saint-Saëns' privéleven leent zich voor mooie verhalen. Zo horen we hoe hij door zijn kreng van een moeder zo op de kop werd gezeten dat hij een nieuw sonatedeel schreef omdat ze het oude als "waardeloos" bestempelde. Hij was zeer gecharmeerd was van de jonge Gabriel Fauré die - helaas voor hem - niet van de herenliefde was. Op middelbare leeftijd sloot hij een sociaal gewenst, maar zeer tragisch verlopend huwelijk. Enigszins besmuikt vertelt Bonger over 's mans uitstapjes naar Algerije en Egypte, waar de toeristische plekjes niet alleen prachtige vergezichten boden, maar vooral mooie jongens. Saint-Saëns was een componist die door zijn eclecticisme nooit in de canon van de allergrootsten terecht kwam, maar als persoonlijkheid én door zijn muziek toch zeer de moeite waard is en blijft. In zijn boeiende portret en door de welgekozen muziekfragmenten uit het ruime en gevarieerde oeuvre brengt Bonger de verguisde Saint-Saëns tot leven.

Het onderwerp van het tweede luisterboek, Joseph Haydn, hoort natuurlijk onmiskenbaar wel in die canon thuis, hoewel ook zijn belang wel eens is onderschat. Sommige luisteraars zullen misschien even schrikken van het Deutschlandlied (Deutschland, Deutschland über alles), een welbewust schokeffectje waarmee dit luisterboek opent, maar het is echt van Haydn. In een klein muziektheoretisch uitstapje (één van de weinige) laat Bonger horen hoe Haydn het op verschillende manieren verwerkt, bijvoorbeeld in het Kaiserquartett. Pas daarna begint hij met zijn chronologische verhaal. Mooi is natuurlijk de anekdote dat Haydns vader hem nog net weet te redden van castratie als dit mooie zangertje de baard-in-de-keel gaat krijgen. Zo zijn er meer: het Salve Regina schreef hij voor de inwijding in het klooster van een vrouw die hij aanbad. Ook zijn slechte huwelijk wordt uitvoerig uit de doeken gedaan en Bongers commentaar over de omgang met musici toont aan dat de bekende clichébeelden over Papa Haydn toch niet helemaal cliché zijn.

Het belangrijkst is natuurlijk de ontwikkeling van de muziek. Bonger beschrijft het strijkkwartet, waarvan Haydn wel niet de uitvinder, maar toch een soort vader is. De relatie met Mozart en Beethoven komt uitgebreid aan de orde. De vele korte, snel afgebroken muziekfragmenten geven een indruk van de veelheid aan invloeden die Haydn in zijn muziek verwerkte en de eigen toon die hij eraan gaf. Enigszins tantaliserend zijn die snel weggedraaide fragmentjes wel, maar voor de complete muziek kan de luisteraar elders terecht.

Bonger weet duidelijk te maken dat Haydn een overgangsfiguur is tussen het muzikale classicisme en de romantiek. Maar ook in maatschappelijk opzicht markeert hij een nieuwe tijd. Haydn was, als kind van zijn tijd, een loonslaaf. Hij was als componist en kapelmeester in dienst van de Esterhazy's, verlichte vorsten die hij soms met handige trucjes moest overhalen tot achterstallige uitbetalingen of het vrije dagen (Abschiedssymphonie). Tegelijk markeert hij, als wegbereider van Mozart en Beethoven, de overgang naar de vrije componist die in zijn latere jaren op reis kan gaan, internationale roem vergaart en zijn diensten gaat verkopen als een economisch goed. Dat laatste had Bonger nog ietsje meer kunnen benadrukken. Een ander klein puntje van kritiek: sommige overgangen in het lopende verhaal zijn nogal abrupt. Een 'bruggetje' zou dan welkom zijn. Maar het doet geen afbreuk aan deze boeiende aanvullingen op een geslaagde opzet. En nu maar op naar de wondere wereld van George Gershwin. 


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links