Boeken over componisten
© Gerard Scheltens, januari 2009
|
||||||
Thijs Bonger: Componistenportretten Tsjaikovski Mendelssohn (klik hier voor de recensie
over
Thijs Bonger is programmamaker bij de Concertzender. Een man met een missie. Hij wil zijn publiek wegwijs maken in de wereld van de grote componisten, en dat op een toegankelijke manier. Hij gebruikt dan ook geen "moeilijke" vaktermen, legt vaak en passant even iets uit, maar laat de grote lijn van zijn verhaal daardoor niet verstoren. Zo komt het levensverhaal van Tsjaikovski tot ons, in chronologische volgorde. Bonger plaatst de componist in zijn Russische context, in een land waarin de muziekbeoefening was voorbehouden aan amateurs. Voor een jongen als Pjotr Iljitsj, uit een rijk nest, was het eerst ondenkbaar dat hij van zijn duidelijke muzikale roeping zijn beroep zou kunnen maken. Pas toen er enig succes begon te dagen, werd dat mogelijk. Bonger beschrijft Tsjaikovski's ontwikkeling, zijn onzekerheden, zijn gekwelde leven, zijn sociale omgeving, zijn verliefdheden, zijn mislukte huwelijk, zijn homosexuele geaardheid en uiteraard de vele muziekgenres waarin hij zich begaf. Ook de nogal speculatieve theorieën rond zijn dood krijgen aandacht en Bonger neemt daarbij een nuchter standpunt in. Als geheel schetst hij een behoorlijk compleet beeld, ook van de muzikale omgeving waarin Tsjaikovski verkeerde, gelardeerd met niet alleen muziekfragmenten, maar ook met citaten van o.a. broer Modest en Nadezjda von Meck. De soms niet malse oordelen van de broers Anton en Nikolaj Rubinstein over bijvoorbeeld het Eerste pianoconcert, Tsjaikovski's eigen opinies over b.v. Bach en Wagner en zijn dansje met Saint-Saëns maken de zaak er nog kruidiger op. Thijs Bonger zegt aan het begin dat hij de luisteraar een wat ander beeld wil voorschotelen dan gebruikelijk, omdat Tsjaikovski's muziek heus niet alleen maar zwelgend en somber is. Ik dacht dat we dat nu wel wisten, maar je hebt nu eenmaal een beeld nodig om je tegen af te zetten. Hetzelfde doet hij ten aanzien van Mendelssohn. Volgens Bongers' theorie kennen we die alleen nog maar van enkele werken, en wordt de rest stelselmatig verwaarloosd. Dat zou de schuld zijn van de nazi's die het werk van deze joodse componist verboden hadden. Ik meen te weten dat de Mendelssohn-revival al direct na de oorlog weer zijn beslag kreeg en dat zijn rehabilitatie niet op Thijs Bonger hoefde te wachten. Maar laten we niet flauw doen over dit werken met aangedikte tegenstellingen in een luisterboek dat verder al even boeiend is als het vorige. Hoewel je zou denken dat Mendelssohn een minder interessant - want gelukkiger - leven leidde dan Tsjaikovski, duurt zijn componistenportret in totaal zo'n drie kwartier langer. De opzet is dezelfde. Ook hier een chronologische volgorde. De emancipatie van de joden in het 18de- en 19de-eeuwse Duitsland krijgt ruime aandacht, met grootvader Moses als het archetype van de arme jood die zich weet op te werken tot vooraanstaand geleerde, waarna zijn zoon Abraham een luxueuze staat kan voeren die zijn vier kinderen in staat stelt zich ongebreideld te bekwamen in de schone kunsten. Bonger toont overtuigend aan dat Felix' status als wonderkind niet behoeft onder te doen voor die van Mozart en laat ons opnieuw allerlei korte fragmenten horen die smaken naar meer. We horen hoe Mendelssohn af en toe wel degelijk geconfronteerd wordt met antisemitisme, maar ook hoe hij - in tegenstelling tot Tsjaikovski - al vanaf het prille begin gestimuleerd wordt voor de muziek te kiezen. Voor zijn zus Fanny is dat niet weggelegd. Bonger vermeldt dit soort dingen wel, maar juist de relatie met Fanny komt er enigszins bekaaid af, vooral als we weten dat broer en zus zo'n hechte band hadden dat ze elkaar hun leven lang dagelijks brieven schreven. Mendelssohn verkeerde al dankzij zijn afkomst in de hoogste kringen, ontmoette zowel Goethe als koningin Victoria, kende net als Tsjaikovski ook twijfel aan zijn eigen kunnen, maar was geen gekwelde romanticus. Beide "luisterboeken" bestaan uit twee cd's. Bongers componistenportretten zijn aangenaam om naar te luisteren, want zijn rustig docerende stemgeluid dringt niet op en is toch levendig genoeg om te blijven boeien. De vele muziekfragmenten zijn kort gehouden: meestal niet langer dan een minuut. Dat kan soms tantaliserend zijn, want je wilt meer horen. Maar daarvoor zijn deze luisterboeken natuurlijk niet bedoeld: ze moeten nieuwsgierig maken en de luisteraar op zoek laten gaan naar de complete werken. Wie is die luisteraar eigenlijk? Ik heb me afgevraagd voor welke koper deze cd's interessant kunnen zijn. Zouden particuliere muziekliefhebbers zulke cd's meer dan één keer in de draaitafel schuiven? Als je het verhaal al eens hebt gehoord, dan weet je het wel. Waarschijnlijk zullen het vooral uitleenbibliotheken zijn die zich deze cd's aanschaffen. Wat mij betreft zou elke bibliotheek, tot in de kleinste uithoeken, dat moeten doen. Zo bereik je een zo groot mogelijk publiek. Ik hoop dat Thijs Bonger nog lang kan doorgaan met dit fraaie initiatief. Een derde componistenportret - over Saint-Saëns, een componist over wie veel clichébeelden bestaan - staat al op stapel. index |
||||||