![]() Actueel (archief) Ton Koopman naar Bordeaux? De perikelen van ons krakkemikkig subsidiebeleid
© Aart van der Wal, juli 2006
|
In zijn dankwoord naar aanleiding van de uitreiking van de Bach-medaille van de stad Leipzig op 5 juni jl. (klik hier voor de volledige tekst) zei Ton Koopman het al luid en duidelijk:
Inmiddels heeft Koopman gesprekken gevoerd in Bordeaux en wordt serieus bekeken of het Amsterdam Baroque Orchestra & Choir (ABO&C) zich op termijn in deze Franse stad kan vestigen. De verhuizing zal met name afhangen van de bereidheid van de Franse regionale autoriteiten om financieel de helpende hand toe te steken, mits het ABO&C zich dan conformeert aan de opzet van een orchestre régional. Dat is even logisch als voor de hand liggend want de Fransen stoppen natuurlijk sowieso geen grote subsidiebedragen in een ensemble dat zijn Nederlandse wortels niet wenst op te geven. Hoe heet wordt de soep nu eigenlijk gegeten? Koopman ontvangt van de Nederlandse overheid jaarlijks een slordige € 300.000 voor 'zijn' ABO&C, wat naar zijn mening onvoldoende is. In de 'gouden tijd' stopte platenmaatschappij Warner € 500.000 in de pot, maar het label gaf er de brui aan en Ton Koopman ging dóór, met zijn eigen label Antoine Marchand, onder de distributievlag van Challenge Classics. Een financieel waagstuk met inbegrip van een tweede hypotheek op het huis van Koopman in Bussum, maar uiteindelijk met groot succes. De toen nog lang niet afgeronde Bach-cantatecyclus kon zelfs worden afgemaakt en inmiddels staat er een nieuw project al volop in de steigers: het volledige werk van Buxtehude. Of Warner toentertijd een inschattingsfout heeft gemaakt weet ik niet, maar in ieder geval hebben Koopman en de zijnen bewezen dat het wèl kan. Desalniettemin bieden de beschikbare financiën geen riant zicht op een florissante toekomst. De subsidies met inbegrip van de sponsorbijdragen en royalties zijn niet voldoende om een passend continuüm te scheppen, terwijl er geen concrete plannen zijn die Ton Koopmans financiële zorgen kunnen verlichten. De Raad voor Cultuur zegt niets te kunnen doen en het Ministerie van OC&W trok de vergelijking met sportlieden: "Het komt voor dat Nederlandse cultuurprofessionals zich in het buitenland vestigen. Denkt u bijvoorbeeld maar aan de filmmakers die in Los Angeles zijn neergestreken." Aldus wordt op zijn minst de indruk gewekt dat de cultuurpausen in Den Haag niet echt wakker liggen van een (noodgedwongen!) vertrek van het ABO&C. 'Ze spelen toch wel in Nederland', lijkt de gedachte. Of de financiële kansen voor Koopman in ons land werkelijk hopeloos zijn, is vooralsnog niet duidelijk. Er staat in ieder geval een gesprek gepland tussen de subsidiegever en Koopman (subsidierelatie) over diens 'wensen en ambities'. Dan heeft Koopman sowieso de mogelijkheid om extra geld aan te vragen, maar dat kan pas in het begin van het komende jaar, in de voorbereidingsfase van de cultuurnota 2009-2012. Koopman en zijn ensemble kunnen straks mogelijk in de voetsporen treden van andere coryfeeën die met hun ensemble een vlucht naar voren hebben gemaakt: William Christie in Caen, Marc Minowski in Grenoble en Christophe Coin in Limoges. Zo ontvangen Christie en zijn Les Arts Florissants van de Franse regionale overheid jaarlijks de lieve som van dik € 1.500.000... Voor Koopman zal de overstap naar Bordeaux geen al te grote zijn. Hij bezit al een tweede huis ten oosten van Bordeaux, in de Périgord, waar hij jaarlijks ook een eigen festival leidt en zal er weinig moeite mee hebben om daar een representatief kantoor op te zetten. Daarnaast is Koopman het gewend om voortdurend op reis te zijn. Wat niet wegneemt dat het voor menig orkestlid zeker niet mee zal vallen om het vertrouwde Nederlandse honk te moeten verlaten. Maar... het is nog niet zover.. index |