Opera en operette © Paul Korenhof, november 2023
|
|||
Mozart/Gillet: Der Schauspieldirektor Sir Thomas Allen (Leo, Jack, William), Kristina Blanc (Mlle Silberklang, Martha, Maria), Chelsea Bonagura (Mme Herz, Angela), Marc Pantus (Buff, Klaas), Mitch Raemaekers (M. Vogelsang, André Thomas), Berend Stumphius (Huub, Piet), Neele Jacobsen (Lisbeth Eva), Pascal Franssen (Rob, Jaap) Een hilarisch hoogtepunt bij het afscheid van Pierre Audi was de persiflage van Christopher Gillett op de regiestijl van de vertrekkende operadirecteur. Voor Waut Koeken, intendant van Opera Zuid, was dat de aanleiding om een met deze tenor te gaan praten over een opera-avond in die stijl en het resultaat was een door Gillet geschreven en geregisseerde productie van anderhalf uur. De basis vormde de muziek die Mozart had geschreven voor Der Schauspieldirektor, geen opera, maar een korte komedie van Gottlieb Stephanie junior die werd uitgevoerd in combinatie met een Italiaanse muzikale komedie van Antonio Salieri, Prima la musica e poi le parole. Als verhaal heeft Der Schauspieldirektor weinig om het lijf. Een impresario houdt audities voor een reizend operagezelschapje en daarop verschijnen twee sopranen en een tenor. Na een in verhouding flinke ouverture schreef Mozart hiervoor vier vocale nummers. De sopranen zingen achtereenvolgens een arietta en een rondo, daarop volgt het redelijk bekende terzet 'Ich bin die erste Sängerin' waarin de beide dames elkaar in de haren vliegen terwijl de tenor pogingen doet de zaak te sussen, en uiteindelijk verenigen allen zich in de finale 'Jeder Künstler strebt nach Ehre'. Pogingen om dit magere werkje op een bevredigende manier op het toneel te zetten, liepen vrijwel altijd spaak op het feit dat er zo weinig muziek van Mozart in zat, terwijl het 'dramatische' kader totaal niet meer interessant was. De meest voor de hand liggende oplossing blijft daar door een combinatie met het operaatje van Salieri, al leidt ook dat onvermijdelijk tot een avond die op twee benen hinkt. Tempo Een leuk sketchje in elkaar zetten is iets anders dan het schrijven van een theaterstuk met goed geconstrueerde dialogen voor échte personages, zeker als die dialogen ook nog humoristisch moeten zijn. Een regisseur die het tempo erin houdt, durft te schrappen en gevoel heeft voor timing is daarbij een eerste vereiste. Ontbreekt die, dan is het resultaat af en toe misschien wel amusant, maar ligt ook het gevaar op de loer van flauwe grappen en zouteloze momenten. Thomas Allen In een kneuterig, soms rommelig toneelbeeld waarvan alleen het midden, een oudhollands huiskamertje, echt als speelvlak dienst deed, bewoog zich verder een half dozijn zangers die wèl mochten zingen, maar van wie meeste weinig kans hadden zich echt te profileren. Eigenlijk kwamen alleen de twee 'auditerende' sopranen vocaal een beetje uit de verf en van hen liet Kristina Bitenc, vooral met de aria van Susanna uit Le nozze di Figaro (helaas zonder recitatief!) een beduidend aangenamere indruk achter dan de wat schel klinkende Chelsea Bonagura. Onder leiding van Enrico Delamboye was de begeleiding door Philzuid precies dat: begeleiding en meer niet. index |
|||