![]() DVD-recensie Herbert von Karajan herdenkingsconcert Wenen 2008
© Kees de Leeuw, mei 2009
|
||
Beethoven: Vioolconcert in D, op. 61. Bach: Partita voor soloviool nr. 2 in d, BWV 1004 (Sarabande). Tsjaikovski: Symfonie nr. 6 in b, op. 64 (Pathétique). Bonus: Anne-Sophie Mutter en Seiji Ozawa over Herbert von Karajan Anne-Sophie Mutter (viool), Berliner Philharmoniker o.l.v. Seiji Ozawa Medici Arts 2072518 • 1.13' • Met een concert in Wenen op 28 januari 2008 werd de honderdste geboortedag van Herbert von Karajan herdacht, in aanwezigheid van zijn weduwe en vele prominenten. Hoewel Von Karajan (1908-1989) als persoon en ook als dirigent niet onomstreden is, zal niemand ontkennen dat hij een van de belangrijkste musici uit de vorige eeuw was. De twee hoofdrolspelers van deze avond, Anne-Sophie Mutter en Seiji Ozawa, behoren niet tot de critici van de maestro maar tot zijn loyale volgelingen. Zij hebben veel aan hem te danken aan. De Japanner Ozawa beschouwt hem als zijn leermeester, door wie hij zo ongeveer drie decennia lang geleid werd, nadat hij een studiebeurs had gewonnen die hem staat in stelde om bij de grote maestro te mogen studeren. Anne-Sophie Mutter werd al op 13-jarige leeftijd door Karajan 'ontdekt' en maakte twee jaar later al haar eerste opnamen met de Berliner Philharmoniker. Ze begon met Mozart, maar al spoedig volgde het vioolconcert van Beethoven, dat ze overigens toen nog niet live had uitgevoerd. Ozawa is een van de weinige niet-westerse musici die de top bereikt heeft in de westerse klassieke muziek. Mutter is zeker in haar vaderland een publiekslievelinge bij uitstek, te vergelijken met Janine Jansen bij ons. Het programma was weinig verrassend. Mutter heeft tientallen jaren na de opname met Karajan het Vioolconcert van Beethoven wèl vaak uitgevoerd. Bij deze gelegenheid deed ze het fantastisch, welhaast griezelig perfect. Zeer subtiel, soms bijna etherisch. Maar, en in dat opzicht is ze een ware volgeling van Karajan, haar streven naar absolute perfectie leidt soms tot een gebrek aan spontaniteit en passie. Het wordt af en toe bijna klinisch en zo rationeel dat de emotionele beleving in het gedrang komt. De luisteraar die zich hier niet aan stoort kan genieten van een bijna volmaakte uitvoering op een niveau dat maar weinigen gegeven is. De samenwerking tussen solist en orkest en dirigent verloopt prima. Mutter werkt graag met dirigenten op leeftijd, zoals Masur, Previn en Ozawa die de zeventig al is gepasseerd. De toegift, de sarabande uit de Tweede partita, door Mutter speciaal opgedragen aan haar grote mentor en wegbereider, is wat minder geslaagd. Er ligt een te romantische tint over deze barokke compositie. De Pathétique van Tsjaikovski is een werk dat waarschijnlijk vrijwel elke dirigent met liefde dirigeert. Het is een prachtige compositie met grote emotionele diepgang. De symfonie is echter ook al zo vaak uitgevoerd dat het erg, erg moeilijk is om daarvan nog een verrassende interpretatie te geven. Vergeleken met opnamen van onder meer Mravinsky, Van Kempen, Bernstein en Pletnev slaagt Ozawa er niet in om echt te verrassen. Wel klinkt het orkest voller, meer de oude Von Karajan klank dan men tegenwoordig gewend is van de Berlijnse musici en Rattle. Opvallend is vooral in het laatste deel, het adagio lamentoso – andante, het wel erg trage tempo. Waar veel dirigenten niet boven de twaalf of zelfs tien minuten uitkomen heeft Ozawa 13,5 minuut nodig. Maar dat is toch bepaald geen record, vergeleken met een opname van Bernstein, die nog veel langer nodig heeft. In ieder geval biedt Ozawa een stijlvolle interpretatie, die uitstekend past bij de sfeer van dit herdenkingsconcert. Na de slotnoot heeft hij zichtbaar moeite om zijn emoties de baas te blijven. Een mooi gebaar is dat hij de bloemen, op afstand, opdraagt aan de Karajans weduwe. Het zal waarschijnlijk vooral de herinnering aan de typische Karajan-klank zijn, die diverse critici deed uitroepen dat dit de Berliner Philharmoniker op zijn allerbest was. Een oordeel dat mijns inziens tekort doet aan de grootse prestaties van het orkest ná Karajan. De beeldkwaliteit is opmerkelijk goed. Frappant is dat Mutter een aantal malen vanachter gefilmd is, waardoor de kijker wat meer van het overwegend in het zwart geklede publiek ziet. Enigszins gênant is dat van enkele bezoekers de desinteresse van het gezicht afstraalt en zelfs ongeneerd wordt gegeeuwd. De bonus bevat naast enkele beelden van Herbert von Karajan met Mutter en Seiji Ozawa, korte interviews met beide musici. Vooral Mutter hemelt Von Karajan op, terwijl Ozawa toegeeft dat mensen, onder wie hijzelf, soms bang waren voor de maestro. Toch wel een aardige toevoeging op het concert. index | ||