DVD-recensie Virtuoze actualisering
© Paul Korenhof, augustus 2017
|
Measure for Measure is niet een van de sterke stukken van Shakespeare. Dat ligt minder aan de hybride inhoud dan aan de weinig aansprekende karaktertekening. Zelfs Isabella, die als vrouwelijke moraalridder nauwelijks onderdoet voor de door haar bestreden Friedrich, heeft moeite om onze sympathie te verwerven. De enige solide pijler onder het drama is in feite Friedrich's hypocrisie die inderdaad verdient om aan de kaak te worden gesteld. De manier waarop dat gaat, is voor kritiek vatbaar, en bij Shakespeare betreft dat op de eerste plaats de rol van de 'afwezige' hertog Vincentio die in werkelijkheid aan diverse touwtjes loopt te trekken. Dat de 22-jarige, lichtelijk geëxalteerde Wagner zich tot deze stof aangetrokken voelde, ís niet onlogisch, maar inmiddels weten we allemaal dat deze jeugdopera geen meesterwerk is, en dat de muzikaal en dramatisch interessante momenten nauwelijks opwegen tegen de minder overtuigende muziekdramatische structuur. Een compliment voor Wagner's inzicht is overigens dat hij bij zijn bewerking de rol van Vincentio als poppenspeler achter de schermen geschrapt heeft. Het resultaat wordt daardoor echter nog steeds geen dramaturgisch hoogstandje, terwijl de muziek ondanks verwijzingen naar Weber en pre-echo's van latere werken (met name Lohengrin) vooral naar de toenmalige Italiaanse opera verwijst. Daarbij dient meteen gezegd dat dit wel goed past bij het gegeven, en niet alleen omdat het zich afspeelt in de aanloop naar het carnaval in Palermo. Het succes van een voorstelling staat of valt met de uitvoering die niet
alleen muzikaal moet overtuigen, maar die ook theatraal tot het einde
toe moet blijven boeien. Vooral dat laatste is niet makkelijk, maar regisseur
Kasper Holten kwam in Madrid een heel eind met een kleurrijke, filmische
aanpak die nu eens doet denken aan Engelse filmkomedies uit de jaren vijftig
en zestig, dan weer aan Monty Python en in de grote ensembles aan tv-shows
van nog recenter datum. Een ander probleem is de muzikale benadering. Geen kwaad woord over Ivor Bolton en de manier waarop hij met koor en orkest gewerkt heeft, maar de verantwoordelijke casting director verdient billenkoek. De componist heet inderdaad Richard Wagner, maar zijn stijl hier is zo Italiaans dat het werk bezet moet worden met solisten die zich thuis voelen bij componisten als Haydn, Mozart en Rossini. Van bel canto is hier echter geen of nauwelijks sprake. Sterker nog: enkele van de belangrijkste stemmen klinken niet eens 'mooi'! Dat geldt dan met name voor de tenoren Peter Lodahl en Ilker Arcayürek als de fuifnummers Luzio en Claudio, en voor de sopraan María Miró als een niet altijd welluidende Mariana die meteen al in haar duet met Isabella de balans onaangenaam verstoort. Als Isabella en Friedrich tonen Manuela Uhl en Christopher Maltman hun persoonlijkheid, maar vocaal zijn zij evenmin op hun plaats en al mijn vraagtekens aangaande de bezetting worden nog eens versterkt door een akoestisch uiterst ongunstig decor in een theater dat zelf ook al geen akoestisch wonder is. Op de Blu-raydisc ziet het er allemaal schitterend uit, dat lijdt geen twijfel, maar het lijkt of de negatieve akoestische kanten alleen maar versterkt worden. Na afloop heb ik snel even mijn oren gespoeld met de Münchner opname onder Sawallisch met Hermann Prey, Robert Schunk, Friedrich Lenz, Sabine Haas en Pamela Coburn. Ook geen 'Italiaanse' cast, maar wel zangers van de oude stempel onder leiding van een dirigent die - laten we dat nooit vergeten - een groot Rossini-specialist is geweest! Het was alsof ik thuis kwam. index |
|