![]() DVD-recensie Scarpia redt Tosca
© Paul Korenhof, december 2010
|
||
Puccini: Tosca Karita Mattila (Floria Tosca), Marcelo Álvarez (Mario Cavaradossi), George Cagnidze (Baron Scarpia), David Pittsinger (Cesare Angelotti), Paul Plishka (Sagrestano), Joel Sorensen (Spoletta), James Courtney (Sciarrone), Keith Miller (Un carceriere), Jonathan Makepiace (Un pastore), Metropolitan Opera New York Virgin Classics 6419739 Opname: 10 oktober 2009 Callas zei ooit in een interview dat zij na ik weet niet hoeveel voorstellingen van Tosca nog steeds niet begreep wat de hoofdpersoon precies bezielde, en een collega van haar ging nog een stapje verder door de titelheldin 'gewoon een beetje gek' te noemen. Een feit is dat in maar weinig opera's uit het 'ijzeren repertoire' de belangrijkste personages zo weinig psychologische diepgang hebben en zelfs op het punt van 'argumentatie' zoveel vraagtekens oproepen. Zonder onze kennis van het toneelstuk van Victorien Sardou waarop de opera gebaseerd is, zou het libretto op sommige punten zelfs onbegrijpelijk zijn en de muziek van Puccini doet weinig omdat te verduidelijken. Op het punt van dramatiek is het misschien de meest effectieve partituur van deze componist, maar dramatiek is niet hetzelfde als dramaturgie. Of dergelijke overwegingen voor Karita Mattila doorslaggevend zijn geweest bij haar besluit de rol al na enkele series voorstellingen terzijde te leggen, is mij niet bekend, maar zowel uit de voorstelling die door de Met voor televisie en dvd werd vastgelegd als uit de latere Münchner première van dezelfde productie (met Jonas Kaufmann) blijkt dat de rol haar niet echt ligt, muzikaal niet en niet als karakter. Een echte Tosca is 'greater than life', maar dat is niet bepaald het etiket dat past op Mattila. Vanaf de eerste keren dat ik haar zag, als Fiordiligi in Così fan tutte en als Evchen in Die Meistersinger von Nürnberg, heeft de Finse sopraan mij juist gefascineerd door de geloofwaardigheid en de levensechtheid van haar vertolkingen. Met Tosca hebben Puccini en zijn librettisten echter een operafiguur gecreëerd zoals je die in het dagelijks leven nooit zult tegenkomen, ook niet als dat dagelijks leven zich afspeelt achter de schermen van operatheaters als de Scala of de Met. Ook vocaal is Mattila hier niet helemaal op haar plaats, en dan doel ik niet op een paar weinig fraaie uitglijders. Haar timbre klinkt warm en haar zang suggereert zeker ook hartstocht, maar haar stem 'straalt' onvoldoende, bezit voor deze rol te weinig autoriteit en mist ook de superieure, autoritaire hoogte waar de rol om vraagt. Een tweede probleem is de Cavaradossi van Marcelo Álvarez, die zich eerst tot vreugde van zijn fans door 'Recondita armonia' heen brult en daarna - kennelijk aangemoedigd door het applaus - voor maximale windkracht kiest zodra dat maar mogelijk is. Gelukkig weet hij in het derde bedrijf beter maat te houden en komt hij zelfs tot een paar mooie pp-momenten, maar zijn frasering blijft zwaar aangezet en bij zo'n weinig subtiele benadering hoor ik toch liever de gouden stentorstem van Corelli... Ook de Met wil soms wat anders en na enkele decennia de welbekende, kleurrijke en soms overdadige Zeffirelli-productie te hebben getoond, vond men het kennelijk tijd worden voor een nieuwe enscenering die werd toevertrouwd aan Luc Bondy (regie), Richard Peduzzi (decors) en Milena Canonero (kostuums). Zoals men kon verwachten, koos Peduzzi in het eerste en derde bedrijf voor kale muren van baksteen, waarbij Cavaradossi in de afgrijselijke, fantasieloos kale kerk mag werken aan een schilderij van Maria Magdalena dat veel weg heeft van een half blote prostituee in Caravaggio-stijl. In het tweede bedrijf overheerst een atmosfeer van rood (pluche) en bruin, terwijl handeling en kostuums daar verwijzen naar de tijd van Puccini en de eerste sporen van het fascisme (wat zouden regisseurs van Tosca in 's hemelsnaam bedenken als er geen Mussolini geweest was?). In het tweede bedrijf blijkt Scarpia inderdaad een op sex beluste wellusteling die zich laat omringen door een drietal stoeipoezen in een ruimte waarin constant iedereen in en uit lijkt te lopen, althans tot de fatale steekpartij aan het slot, want anders zou het echt onlogisch worden. Tosca vindt haar mes trouwens al tijdens 'Vissi d'arte', wat de opbouw van de scène daarna toch een andere lading geeft en natuurlijk verloopt de moord zelf ook iets anders dan we gewend zijn. index |
||