DVD-recensie

Regie zonder tradities

 

© Paul Korenhof, februari 2015

 

Mozart: Die Zauberflöte

Christina Landshamer (Pamina), Iride Martinez (Königin der Nacht), Ana Maria Labin (1. Dame), Silvia de la Muela
(2. Dame), Julia Faylenbogen (3. Dame), Ninja Lejderman (Papagena), Maximilian Schmitt (Tamino), Wolfgang Ablinger-Sperrhacke (Monostatos), Thomas Oliemans (Papageno), Maarten Koningsberger (Sprecher), Brindley Sherratt (Sarastro), Thomas Dear (1. Priester, 1. Geharnischter), Elmar Gilbertson (2. Priester, 2. Geharnischter), Nederlands Kamerorkest
Dirigent: Marc Albrecht
Regie: Simon McBurney

Opus Arte OA BD7133D (Blu-ray)

Opname: Amsterdam, december 2012

 

Op het eerste gezicht heeft deze spaarzaam gekleurde productie van De Nationale Opera weinig te maken met de kleurrijke en fantastische wereld die wij doorgaans associëren met Die Zauberflöte . Op een open toneel, gedomineerd door metalen stellages, verschijnt een Tamino in trainingspak, op de vlucht voor een als gigantisch monster geprojecteerde slang en als hij even later in katzwijm ligt, fotograferen de drie dames hem met hun mobieltjes waarna zij hem likkebaardend en kibbelend van zijn bovenkleding ontdoen. Papageno blijkt vervolgens een vrolijke vagebond, een kreupele Koningin van de Nacht beweegt zich voort per rolstoel, Sarastro is de voorzitter van een soort academisch genootschap en de drie knapen lijken overjarige broertjes van ET. Dat alles wordt bovendien opgefleurd met videoprojecties, geluidseffecten en soms hilarische verrassingen, maar het geheel blijft ver verwijderd van de 'oosterse' sfeer die de librettist Emanuel Schikaneder ooit voor Mozart (en zichzelf!) gecreëerd heeft.

Toch blijft deze productie van Simon McBurney en zijn gezelschap Complicite verrassend dicht bij het origineel van Schikaneder en ligt het grote verschil eigenlijk alleen in de vertaling naar de huidige tijd. Wel heel anders is dat McBurney kennelijk totaal niet belast was met 'voorkennis' over Sarastro en de Koningin, over 'goed en kwaad', over vermeende vrijmetselaarsideeën en noem maar op. Ons grote probleem is meestal dat wij niet meer in staat zijn een werk puur op zijn eigen merites te bekijken en dat wij het uitsluitend kunnen benaderen met een bril die gekleurd is door twee eeuwen tradities.
Wie het libretto onbevooroordeeld leest, ziet een dramaturgische chaos waarin een ratjetoe aan elementen in elkaar overloopt. Toverfluit, klokkenspel en drie knapen, alle elementen van het goede worden in het eerste bedrijf ingezet tegen de boze Sarastro en in het tweede bedrijf moeten wij opeens geloven dat zij juist zijn doel dienen? Dat de knapen zelfs in zijn dienst zijn?
Als wij het dan toch over Sarastro hebben: als hij echt zo goed en wijs is, hoe kan hij dan de blunder begaan om de door hem geroofde (sic!) Pamina toe te vertrouwen aan een onbetrouwbare sexbeluste Monostatos? Want laten we eerlijk zijn: als Papageno niet toevallig op het juiste moment ten tonele was gekomen, was Pamina waarschijnlijk door Monostatos aangerand, mogelijk zelfs verkracht. Gelukkig ziet Sarastro daarna zijn fout in en voor zijn eigen gebrek aan inzicht laat hij dan Monostatos boeten met zevenenzeventig slagen op zijn voetzolen. Hoezo "In diesen heil'gen Hallen kennt man die Rache nicht"?

Kortom: McBurney constateerde dat Die Zauberflöte weinig meer is dan verhaaltje vol exotische elementen, amusante toneeleffecten en kunst- en vliegwerk om het publiek van 1791 een vrolijk en spectaculair avondje uit te bezorgen. Van dramatische logica is in dit werk evenmin sprake als in een klucht van het Theater van de Lach, maar daarvoor kwam het publiek toen ook niet naar het Theater auf der Wieden. Dat wilde aangenaam onderhouden worden en bovendien genieten van fraaie zang en goede muziek.
Dat laatste zat natuurlijk wel goed, want daarvoor had Schikaneder Mozart in huis gehaald en laten we eerlijk zijn: zonder diens geniale partituur zou niemand het werk ook maar één blik waardig keuren. Ook dat snapte McBurney en hij vertelt het verhaal dus opnieuw, helemaal aan de hand van het libretto en zonder zich ook maar iets aan te trekken van het feit dat het werk twee eeuwen lang bewierookt is als een bijna bovenaards summum van humanisme en menslievendheid.
Een klucht is McBurney's Die Zauberflöte beslist niet geworden, maar de humor krijgt wel alle kansen en de personages zijn teruggebracht naar menselijke dimensies met daarbij de (niet helemaal onlogische) suggestie dat Sarastro zelf bepaalde interesses voor Pamina koestert. De enige echte afwijking van het origineel is in feite dat de gefrustreerde Monostatos van zijn zwarte huid ontdaan is, maar voor een fenomenaal karaktertenor als Wolfgang Ablinger-Sperrhacke was dat kennelijk een stimulans om die rol nog verder uit te diepen.

Onder leiding van Marc Albrecht komt het Nederlands Kamerorkest tot een muzikaal sprankelende uitvoering met een helderheid en een accentuering die perfect aansluiten bij de snel wisselende toneelbeelden. Het solistenteam opereert als een hecht ensemble, waarbij Thomas Oliemans de show steelt als een sympathieke, levendige Papageno. Christina Landshamer is een expressieve Pamina en Maximilian Schmidt een bij al zijn lyriek prettig mannelijke Tamino, terwijl Brindley Sherratt als Sarastro neerzet als een gewoon mens, eerder een leraar dan een hogepriester (waarvoor hij ook de basklank niet heeft). Een waar genoegen is de kalm-gedecideerde Sprecher van Maarten Koningsberger.

Wie de voorstelling in het theater gezien heeft of dat binnenkort gaat doen (voorstellingen van 4 tot 27 maart), zal verrast bij het bekijken van de dvd verrast zijn te zien hoeveel details hem indertijd ontgaan zijn. Dat is dan weer een voordeel van zo'n registratie, zeker als die met zoveel smaak en zo'n oog voor details en verhoudingen tot stand is gekomen. Het totaaltheater van McBurney is ook totaal in zijn gebruik van de ruimte, wat betekent dat de cameraregie nog meer keuzes moet maken dan anders.
Het resultaat is een ook op het beeldscherm meeslepende productie waarop ik nog steeds niet uitgekeken ben. De keuze om de als Koningin van de Nacht toch al niet honderd procent overtuigende Iride Martinez neer te zetten als een lichamelijk gehandicapte, blijft voor mij het enige minpuntjes aan deze van begin tot eind fascinerende voorstelling. De weergave van het vaak donkere toneelbeeld blijkt via de Blu ray-disc van een verrassende helderheid en de 48kHz/24bit weergave van het geluid roept ook in de huiskamer de levendigheid op die de uitvoering in het theater kenmerkte.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links