DVD-recensie

José van Dam neemt afscheid

 

© Paul Korenhof, juni 2012

 

 

Massenet: Don Quichotte

José van Dam (Don Quichotte), Silvia Tro Santafé (La belle Dulcinée), Werner Van Mechelen (Sancho Panza), Julie Mossay (Pedro), Camille Merckx (Garcias), Gijs van der Linden (Juan), Vincent Delhoume (Rodriguez), Bernard Villiers (Chef des bandits) e.a., Koninklijke Muntschouwburg
Dirigent: Marc Minkowski
Regie: Laurent Pelly

Naïve

Opname: opname: De Munt, Brussel, mei 2010


José van Dam hoorde ik voor het eerst in het Scheveningse Circustheater tijdens een verder weinig memorabele Carmen van de Nederlandse Operastichting in de jaren zestig van de vorige eeuw. Zijn gepolijste, tamelijk slank getimbreerde basse chantante met baritonale kwaliteiten en tegelijk ook een solide laagte, was ideaal voor een rol waarin hij er bovendien ook geloofwaardig uit zag, want laten we eerlijk zijn: de meeste zangers zien er in deze rol eerder uit als een weldoorvoede stierenfokker dan als een atletische stierenvechter!
Menigeen over de gehele wereld zal mijn ervaring gedeeld hebben. Na zijn debuut in Luik als Don Basilio in Rossini's Barbier van Sevilla (1960) gold Van Dam in zijn beginjaren vooral als de ideale vertolker van Escamillo. Met die rol debuteerde hij dan ook in menig theater, maar elders keerde hij daarna ook terug in ander repertoire en dat heeft hier niet zo mogen zijn. Nederlandse operaliefhebbers die de Belgische zanger vaker wilden horen, moesten afreizen naar Parijs, Berlijn, Wenen of Salzburg, want dat waren de plaatsen waarop zijn carrière zich leek te concentreren.
In Parijs schitterde Van Dam aanvankelijk vooral in het Franse repertoire (met name Golaud in Pelléas et Mélisande groeide daar uit tot een van zijn centrale rollen), maar in Duitsland en Oostenrijk zong hij een veel uitgebreider repertoire van zowel bas- als baritonrollen in Franse, Duitse en Italiaanse opera's. In Salzburg groeide hij bovendien uit tot een van de favoriete zangers van Herbert von Karajan die hem eveneens in een breed repertoire inzette, van Mozart (vooral Figaro in Le nozze di Figaro) tot Wagner (Der fliegende Holländer, Amfortas in Parsifal) en Strauss (Jochanaan in Salome).

De afgelopen jaren beperkten de optredens van Van Dam zich steeds meer tot de Brusselse Muntschouwburg en daar, in zijn geboortestad, nam hij in mei 2010 ook afscheid, na een carrière van een halve eeuw. Heel toepasselijk viel de keuze daarbij op een werk uit het Franse repertoire, ontegenzeglijk de grootste troefkaart van deze echte 'basse chantante', en wel op Massenet's Don Quichotte, een rol die hem op het lijf geschreven leek en waarin hij al schitterde in een EMI-opname van nu alweer twintig jaar geleden.
Wie de 70-jarige Brusselse zanger twee jaar geleden op het operatoneel van zijn vaderstad voor het laatst aan het werk zag, kreeg overigens niet de indruk dat daar een afgezongen zanger aan zijn zwanezang bezig was. Enerzijds heeft dat te maken met de comfortabele ligging van de rol en de kundigheid van een componist die wist hoe hij voor zangers schrijven moest, maar anderzijds is het ook typerend voor Van Dam zelf, die niet alleen in het bezit was van een schitterend instrument, maar die daar tijdens zijn lange carrière ook uitermate verstandig mee is omgesprongen. Pas tijdens het luisteren naar de dvd viel mij op dat hij in de sterfscène maan klank verliest zodra hij zijn volume gaat terugnemen. Hij moet dat zelf geweten hebben, maar hij durfde het ook te doen in de overtuiging dat daar een dramatisch effect belangrijker was dan 'mooi zingen'. En het effect was in hoge mate ontroerend.

Aan een idiomatische dvd-registratie van Don Quichotte was grote behoefte en we mogen ons gelukkig prijzen dat José van Dam in de nadagen van zijn carrière de titelrol vertolkte tegenover de al even voortreffelijke, net niet te boertige Sancho Panza van Werner van Mechelen. Silvia Tro Santafé is weliswaar een authentiek Spaanse Dulcinée, maar mist de erotische uitstraling die bij de rol past en het is - ook vanuit historisch oogpunt - jammer dat niet de echt laatste voorstelling werd opgenomen met Jennifer Larmore in die rol.
Als dirigent betoont Marc Minkowski zich wederom een pleitbezorger voor Massenet en voor deze voorstelling breidde hij de partituur bovendien uit met enkele delen uit de Scènes pittoresques als instrumentaal intermezzo. Bij zijn regie baseerde Laurent Pelly zich op het feit dat de titelheld zijn inspiratie vond in boeken, en hij ensceneerde het verhaal als een daaruit voortgekomen droom, waarbij hij te uitbundige en te humoristische effecten zorgvuldig vermeed. De uitgave van Naïve had echter iets voller van klank en helderder van kleur mogen zijn. Jammer is ook dat in het fraaie boekwerkje een track-indeling ontbreekt.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links