Column Kunstmatige Intelligentie en de menselijke maat© Aart van der Wal, juni 2024
|
|
De (toe)komst van AI, ofwel Artificial Intelligence, in gewoon Nederlands Kunstmatige Intelligentie: de media staan er vol van, de ene deskundige voorspelt het aanstaande einde der mensheid, de ander vindt dat de soep minder heet gegeten hoeft te worden, weer een ander telt alleen maar de zegeningen van de vooruitgang. En in de muziek? De rillingen lopen me al over de rug. Er gaat vrijwel geen dag voorbij of ik ontvang van heinde en verre een mailbericht van een componist die om een recensie vraagt. Zoals er ook vrijwel geen dag voorbijgaat waarop AI geen onderwerp van gesprek of artikel is. De componist die graag zowel akoestische als elektronische instrumenten in zijn muziek stopt, de Frans-Amerikaan Daniel Wohl (43), vroeg zich onlangs openlijk af of AI wel of geen zegen is. Ambivalente gevoelens bij hem te over, maar wel resulterend in een nieuw stuk van zijn hand; Uncanny Valley, gecomponeerd voor de percussionist Dominique Vleeshouwers, waarin die ambivalentie volgens hem goed tot uitdrukking wordt gebracht. Wohl schuwt in zijn creatieve werk de computer bepaald niet. Hij gebruikt de software om er zijn muziek mee te ‘kneden', als hulpje in zijn muzikale huishouding, voor hem een ware ontdekkingstocht en inspiratiebron. AI is inmiddels meer dan alleen maar een taalhulpje en vraagbaak: AI kan – afgezien nog van andere dingen – namelijk prima componeren. Zoals AI (‘het' lijkt hier toepasselijk) ook foto's en stemmen kan creëren of - voor velen heel vervelend - manipuleren. Menselijke creativiteit die plaats moet maken voor door software gestuurde ‘creativiteit'. Ik zie de componist al voor mij, zittend aan zijn bureau, met voor hem de computer die hij opdracht geeft om bij een bepaalde, ingegeven melodie een ‘passende' harmonie te bedenken, bijvoorbeeld ‘in Stravinsky-stijl' of omgekeerd, een geschikte harmonie bij een melodie volgens de Schönberg-doctrine. Of hij AI vraagt een logische opbouw binnen de gegeven structurele kaders te bedenken waarmee verder kan worden geëxperimenteerd. Of om uit een melodisch fragment van slechts enige maten een repetitief model samen te stellen. Ook op het gebied van het instrumenteren is binnen afzienbare termijn wellicht van alles mogelijk, denk ik dan. AI moet over een poosje in staat worden geacht zelfs een complete symfonie te ontwerpen, en zo verder. Al komt het – uitgaande van onze zo vertrouwde menselijke maatstaven – neer op pure ‘deep fake', op volslagen nep, zij het van het soort dat voor een buitenstaander (dat is iedereen behalve de componist of wat ervoor doorgaat) niet (meer) valt vast te stellen. Als zo'n stuk ter uitvoering op de lessenaars verschijnt, zijn het alleen nog de musici die het menselijke deel daarvan uitmaken. In de zaal het publiek dat (nog?) in de veronderstelling (illusie) verkeert dat het werk door een creatief mens is gemaakt. Het mag een zéér pijnlijke misstap zijn geweest, maar in de kern zo waar als een koe, die vrij recente iPad-reclamespot waarin een collectie muziekinstrumenten door een meedogenloze persmachine tot schrootmoes wordt gedegradeerd, met als uitkomst een platgeslagen tablet. Waar Apple blijkbaar niet goed over had nagedacht: dat het spotje symbool stond voor de steeds verder platgeslagen muziekindustrie die ‘amusement' hoog in het vaandel heeft. De liedjes-business, dat deel dat met behulp van AI nieuw kunstmatig leven wordt ingeblazen. Dat zelfs de de grootste oen de gelegenheid biedt om zelf zo'n liedje kunstmatig in elkaar te (laten) zetten. Nog even en dan hoort geen sterveling nog het verschil tussen deze nep en een wel door een mens gemaakte creatie. Inmiddels is er zelfs een radiostation, HDFM, die non-stop nepmuziek laat horen: Real Sound, Fake Music. Dit recent gelanceerde Nederlandse station draait uitsluitend muziek van niet-bestaande artiesten. HDFM dat staat voor High Definition Fake Music, van A tot Z gestoeld op kunstmatige intelligentie. AI kan klonen als de beste en doet dat ook. Een voorbeeld daarvan is de Suno-app, waarmee eenvoudig (dit letterlijk nemen!) een bestaand liedje tot op zijn grondvesten kan worden gedemonteerd en daarna weer opgesplitst in een groot aantal tracks, waar dan vervolgens door AI op kan worden voortgeborduurd. Niemand die na afronding van dit 'maakproces' het origineel, in welke vorm ook, nog zal kunnen herkennen. Daarmee is dan tevens het diefstalmodel geboren: AI ‘leert' van de oorspronkelijke, menselijke schepper, zonder het hem eerst te vragen, laat staan er ook maar een cent voor te betalen. Suno daarentegen is niet gratis, althans niet helemaal. Wie met behulp van deze app maximaal tien nummers per dag in elkaar flanst, hoeft daarvoor niet te betalen. Wie meer wil betaalt vanaf $ 8,-- per maand, maar dan wel voor maar liefst 500+ nummers per dag (wat geen mens kan, natuurlijk). U kunt er hier meer over te weten komen. Wat Suno (er zijn er trouwens meer van dit soort) al niet kan. Liedjes en nog eens liedjes, honderden, desnoods duizenden, aan de lopende band produceren. Liedjes die worden getraind met als 'tool' bestaande liedjes van menselijke componisten, singer/songwriters enz. BumaStemra – het duurde even, zoals gebruikelijk bij dit uitermate logge lichaam - probeert weliswaar een juridisch houtsnijdende dam op te werpen tegen deze praktijken, maar er wordt geen al te groot effect van verwacht. Hoe de muzieklabels met deze AI-plaag om moeten gaan is vooralsnog niet duidelijk. Het gaat immers om de rechten en daarmee om het winstmodel. Zangers en ensembles die door AI worden misbruikt en die door de malafide mazen heen toch herkenbaar blijken te zijn, willen dat een einde wordt gemaakt aan dit trainen door AI, maar hoe dit juridisch afdoende handen en voeten moet krijgen is vooralsnog een witte vlek. De grenzen tussen origineel en namaak raken diffuus, niemand die nog weet wie op een door AI gecreëerd liedje nog rechten kan laten gelden. Dat moet Suno al heel vroeg in deze nieuwe ratrace hebben geconcludeerd, want slim genoeg is de verantwoordelijkheid al bij voorbaat bij de afnemer gelegd. Niet Suno is verantwoordelijk voor schending van het auteursrecht, maar de gebruiker. Klaar is Kees. AI is het nog (lang?) niet zo ver dat in het domein van de ‘serieuze' muziek op AI gestoelde producties worden gemaakt die de (laten we aannemen ernstige) toets van de kritiek weten te doorstaan. Maar veel meer dan een ‘tijdelijke handicap' lijkt het niet te zijn, want de AI-modellen ontwikkelen zich razendsnel. Hoe staat de muziekrecensent hier eigenlijk in? Ik heb er nog slechts weinig over gelezen, maar de zorgen moeten er wel degelijk zijn. Al valt op sociale media wel te lezen dat het sommige muziekliefhebber niet eens iets uitmaakt: als het maar goed klinkt, is de teneur. Ofwel: wie het heeft gemaakt zal ons een zorg zijn. Anderen voorzien een ontwikkeling die dusdanig om zich heen zal grijpen dat AI zelfs een beter muziekproduct aflevert dan de menselijke geest vermag. Welja. Zoals geen grootmeester meer kan winnen van de schaakcomputer. Zoiets. En inderdaad, schaken is tenslotte ook een zéér creatieve bezigheid. Als we teruggaan in de tijd, kort na de Tweede Wereldoorg, werd de elektronische muziek een factor van belang, met in de voorste linies natuurlijk Karlheinz Stockhausen. In ons land hadden we het Philips NatLab in Eindhoven dat uitgebreide elektronica ter beschikking stelde van componisten als Ton de Leeuw, Tom Dissevelt, Dick Raaijmakers, Henk Badings en zelfs Edgar(d) Varèse. Er werd in de jaren vijftig en zestig op veel fronten met behulp van elektronica gecomponeerd, maar met AI en de vele nadelige effecten ervan heeft dit niets van doen. Hoe nu verder? We zullen zien. Vooralsnog bekruipt mij de twijfel als ik naar een nieuwe eigentijdse compositie luister. Twijfel die met de tijd alleen maar sterker kan worden. Immers, echt of (deels) nep? index |
|