www.opusklassiek.nl

CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, december 2009

 

 

Vierne: orgelwerken (deel 4)

Pièce Symphonique pour orgue et orchestre – 24 Pièces en style libre op. 31 – Prélude funèbre op. 4 – Improvisation (reconstituée par Jean-Michel Louchart) – Ave Verum op. 15 – Les Angélus op. 57.

Christine Kamp (orgel), Valérie Guillorit (sopraan), Holland Symfonia o.l.v. Ermanno Florio.

Festivo 6962 232 • 78' + 74' • (2 cd's)

www.xs4all.nl/~twomusic


Christine Kamp is voor het dappere label Festivo bezig met een primeur: de eerste integrale opname van alle werken van Louis Vierne waarbij het orgel betrokken is. Het is een project dat uit vijf dubbel-cd’s zal bestaan, en waarvan hier de vierde gepresenteerd wordt. Het project is zo waardevol dat het de moeite waard is om te vermelden wat er tot nu toe is verschenen.

Deel 1 (6941 762, St. Sernin, Toulouse) bestaat uit de Symfonieën 4 en 5, aangevuld met de Triptyque op. 58 en de Messe basse pour les defunts op. 62.

Op deel 2 (6961 892, St. Ouen, Rouen) vinden we de Symfonieën 3 en 6, Messe basse op. 10, Marche triomphale op. 46 voor koperblazers, pauken en orgel, Prélude en fa-dièze mineur, Verset fugue sur ‘Exitu Israel’, Communion op. 8 en Trois Improvisations, reconstituée (opgetekend) par Maurice Duruflé.

Op deel 3 (6962 052, St. Ouen, Rouen) staan de eerste twee Symphonieën; vervolgens een aantal transcripties: Cinq pièces de César Franck, de beroemde Prélude in cis-mineur van Rachmaninov, de Sicilienne van Bach, en de Toccata en Fuga in d-mineur BWV 565 in Vierne’s redactie. Verder het Tantum ergo, Ave Maria, Cantique à Saint Louis de Gonzague voor koor en orgel. Als afsluiting de schitterende Messe solennelle voor koor en twee orgels opus16.

De inhoud van deel 4 staat bovenaan deze pagina vermeld en voor deel 5 zijn de Pièces de fantaisie gereserveerd; wie weet heeft Christine Kamp nog een verrasing voor ons in petto.

Een verrassing is in ieder geval het openingswerk van de cd die hier aan bod is, het Pièce Symphonique pour orgue et orchestre uit 1926, dat zijn cd-première beleeft. Voor luisteraars die de symfonieën vaker gehoord hebben is dit overigens wel een feest der herkenning, want het gaat om georkestreerde versies van het Scherzo uit de Tweede Symfonie, het Adagio uit de Derde Symfonie, en de Finale van de Eerste Symfonie, een van Viernes populairste werken – in zijn eigen woorden ‘mijn Marseillaise’.

Het levensverhaal van Louis Vierne (1870-1937) lees je niet voor je plezier. Zijn aangeboren blindheid, de dood van zijn zusje toen hij zes jaar was, de dood van zijn vader op jonge leeftijd, en daarna de dood van César Franck, die een tweede vader voor hem was geweest, het gaat maar door. Dan was er een ongelukkig huwelijk dat eindigde in een pijnlijke echtscheiding en de dood van zijn jongste zoon. Vervolgens de eerste Wereldoorlog waarin zijn oudste zoon en zijn jongere broer op het slagveld opkwamen. Vooral over de dood van deze zoon is hij nooit meer heengekomen. De jongen was slechts zeventien, en Vierne heeft zichzelf nooit kunnen vergeven dat hij hem toestond dienst te nemen in het leger.

Het verhaal van de componist Vierne is gelukkig heel wat positiever. Hij was de sterleerling van Charles-Marie Widor en wist het al op zijn dertigste te schoppen tot organist van de Notre-Dame te Parijs. Dat was overigens een erebaan, hij moest zijn inkomen verwerven met lesgeven en concerteren. Gelukkig leefde hij in een tijd waarin het grote symfonische orgel in kerk zowel als concertzaal erorm populair was en duizenden mensen op de been bracht. Desondanks leefde hij voortdurend onder de schaduw van financiële tekorten en bleef hij afhankelijk van rijke bewonderaars.

Louis Vierne op het orgel van de Saint Nicolas de Chardonnet in Parijs op 8 december 1927

Het orgel van de Note Dame bevond zich bovendien in een deplorabele toestand, waardoor Vierne in 1927 een tournee naar Amerika ondernam om fondsen bijeen te brengen voor de broodnodige reparatiewerkzaamheden. Voor die tournee orkestreerde hij de bovengenoemde drie meest populaire delen uit zijn symfonieën en voerde ze uit met de orkesten van Boston en Chicago.

De 24 Pièces en style libre op. 31 werden gecomponeerd in 1913. Hij schreef ze ‘voor orgel of harmonium’, net als César Franck’s bekende verzameling L’organiste. Het werk past echter in een grotere en meer belangrijke traditie: de lijn die begon bij Das wohltemperierte Klavier van J.S.Bach, en die voortgezet werd door Fréderic Chopin in zijn 24 Préludes. Het is een verzameling karakterstukken die de twaalf toonsoorten, eenmaal in majeur en eenmaal in mineur, doorlopen, met een gezamenlijke lengte van iets minder dan twee uren. Het meest bekende deeltje is de Berceuse, die hij aan zijn dochter Colette opdroeg. Om later tot de pijnlijke ontdekking te komen dat niet hij, maar de orgelbouwer Mutin de echte vader was....

Vierne was een van de eerste organisten die plaatopnamen maakte, uiteraard op de toen net in populariteit winnende 78-toerenplaat. Voor de firma Odeon nam hij op zijn orgel in de Notre Dame behalve bekend repertoire ook enkele improvisaties op. Drie, dacht men tot voor kort, en die drie zijn op deel 2 van deze integrale ingespeeld. Maar uit de nalatenschap van Viernes jarenlange assistente kwam ineens nog een vierde te voorschijn die in 2004 werd getranscribeerd door Jean-Michel Louchart, een cd-primeur.

De Prélude op. 4 is een werkje uit 1896 dat werd gepubliceerd in het achtste deel van L’orgue moderne, een publikatie die met financiële steun van Guilmant en Widor in stand werd gehouden, met de bedoeling jonge componisten een platform te bezorgen.

Resten nog twee vocale werken. Eerst het Ave Verum op. 15 uit 1899, een devoot werkstuk in de stijl van Franck. In totaal contrast daarmee staat het drieluik Les Angélus op. 57 uit 1929, een werk waarin de dissonante opeenstapelingen Debussy flink het nakijken geven. Net als in de Zesde Symfonie van een jaar later wordt hier duidelijk dat we met een componist te maken hebben die door persoonlijke tegenslagen is gelouterd en tot een toonspraak is geraakt waarin hij aan geen mens nog verantwoording hoeft af te leggen. God kijkt niet op een dissonant meer of minder, schijnt hij te willen zeggen.

Amsterdam bouwde in 1864 zijn Paleis voor Volksvlijt – de naam zegt het al – een plek om de massa te stichten. Geheel in de geest van de tijd moest daar een groot symfonisch orgel geplaatst worden, en de Franse orgelbouwer Aristide Cavaillé-Coll plaatste in 1875 een groot drieklaviers instrument. Toen de instrumentale muziek haar opmars begon werd het instrument overgeplaatst naar het nieuwgebouwde Haarlemse Concertgebouw, dat daarmee in alle opzichten een kopie werd van de Amsterdamse grote broer. Het orgel raakte in Haarlem echter in verval en was de laatste decennia voor de restauratie van concertzaal en orgel onbespeelbaar geworden. Inmiddels is het in al zijn glorie hersteld en hier te horen in combinatie met de incarnatie van wat ooit de Stedelijke Haarlemsche Orkestvereeniging was. Een historisch moment.

Christine Kamp durft. Zoveel is duidelijk. Zo speelt ze ook. Op eigen bodem heeft ze ook nog eens een forse concurrent in de persoon van Ben van Oosten, want hij heeft de grote werken van Vierne ingespeeld voor het label MDG. En ook hij heeft een reputatie te verliezen. Kamp kan zich meten met Van Oosten, er zit een souplesse in haar spel die de oren voortdurend doet spitsen. De extra’s die zij aan haar integrale toevoegt maken deze tot een onmisbare aanvulling van de internationale catalogus. Voor allebei geldt dat ze voortreffelijk zijn opgenomen.

Het belangrijkste is echter dat beide uitvoerenden duidelijk maken dat Louis Vierne niet kan worden weggezet als zomaar een orgelcomponist als Guilmant of Widor. Dat waren de mannen die het orgel naar een nieuw niveau tilden, samen met de orgelbouwer Cavaillé-Coll: een instrument waarop alles mogelijk was waartoe een groot symfonieorkest in staat was. Vierne tilde het daar in zijn eentje bovenuit en keerde het om. Vergeet het orkest, vergeet het orgel, luister naar de muziek. Een groot componist.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links