CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, oktober 2011

 

 

Tansman: Klarinetconcert– Concert voor hobo, klarinet en strijkorkest – Zes delen voor strijkorkest

Jean-Marc Fessard (klarinet), Laurent Decker (hobo), Silesian Chamber Orchestra o.l.v. Jacek Blasczyk

Naxos 8.572402 • 62' •

 

 


Alexandre Tansman (1897-1986) (klik ook hier) behoorde met – onder andere – Bohuslav Martinů, Marcel Mihalovici, Alexander Tsjerepnin en Conrad Beck tot de Ecole de Paris, een groep Oosteuropese componisten die in het Parijs van tussen de beide wereldoorlogen hun geluk beproefden. Tansman werd geboren in Polen, als kind van joodse ouders in de gegoede middenklasse. Die voorzagen in een liberale opleiding waarin muziek en talen een belangrijke rol speelden. Hij behaalde een graad als jurist, en studeerde af aan het Conservatorium van Warschau. Op zijn eerste composities werd in het conservatieve Poolse milieu afwijzend gereageerd. Dus week Tansman al in 1920 uit naar Parijs, waar hij bevriend raakte met Strawinsky en Ravel. Hij schreef een paar pianoconcerten voor eigen gebuik en trok al snel internationaal de aandacht. Grote dirigenten als Toscanini, Stokowski, Koussevitzky, Monteux en Mengelberg voerden zijn werken uit.

Met de komst van de Tweede Wereldoorlog was Tansman vanwege zijn joodse afkomst gedwongen om Frankrijk te ontvluchten. In 1941 landde hij in California, waar hij werk vond in de filmindustrie, zijn oude vrienden Darius Milhaud en Igor Strawinsky terugzag en bevriend raakte met Arnold Schoenberg. Ondanks een Oscar-nominatie verliet hij Hollywood zo spoedig mogelijk en keerde hij al in 1946 naar Frankrijk terug. Daar kwam hij tot de ontnuchterende ontdekking dat er in het klimaat van de na-oorlogse avant-garde voor zijn zorgvuldig geconstrueerde neoklassieke composities nauwelijks nog belangstelling was. Tansman werd een van de vele vergeten componisten.
De afgelopen twintig jaar is er echter weer wat beweging speurbaar, vooral op fonografisch gebied. Het label Marco Polo beet het spits af in het begin van de jaren negentig met een paar cd’s met orkestwerken; op Et'cetera verschenen de complete werken voor strijkkwartet en een dubbel-cd met de pianosonates en sonatines. Chandos leverde recentelijk een complete verkenning van het symfonische oeuvre op vier cd’s.

Naxos en Marco Polo wonen onder één dak, en veel van wat eerder op Marco Polo verscheen is inmidels heruitgebracht op Naxos – zie de prachtige Markevitch-editie met het Gelder Orkest. Met Tansman is dat nog niet gebeurd, maar Naxos heeft wel nieuwe eigen titels aan de catalogus toegevoegd. Twee ervan zijn te danken aan klarinettist Jean-Marc Fessard: ‘Chamber Music with Clarinet’ uit 2007 (8.570235), en de hier te bespreken uitgave. Daarop speelt hij twee discografische premières: het Klarinetconcert uit 1957 en het Concertino voor hobo, klarinet en strijkorkest uit 1952.

Het jaar 1952 was een zwart jaar voor Tansman. Bij zijn echtgenote, de pianiste Colette Cras, werd kanker geconstateerd. Zijn vrienden Sylvie en Bronislaw Horowicz stonden hem in deze moeilijke tijden bij, en hij beloonde ze met een zesdelig concertino voor hobo en klarinet. De ‘dankbare’ delen zijn de nummers 1, 3 en 6: lekkere speelmuziek in een neoklassiek idioom dat uiteraard leentjebuur speelt bij Stravinsky. Maar er zijn ook nog twee langzame delen, die donkere gevoelens uitdrukken. Het tweede deel is een berustende dialoog tussen de klarinet en de hobo, afgewisseld met zuchtende akkoorden in het strijkorkest. De delen 4 en 5 vormen een eenheid, deel 4 is een Elegie voor strijkorkest alleen; deel 5 begint als een canon tussen twee solostrijkers, klarinet en hobo, daarna wordt deel 4 herhaald, maar nu met gedempte strijkinstrumenten. Tansmans werk wordt vaak gekarakteriseerd als polystylistisch, en dat is zeker van toepassing op dit Concertino. De wisselende stemmingen van de componist hebben een minstens even sterk stempel achtergelaten.
Het Klarinetconcert dateert van vijf jaar later; duidelijk is te horen dat Tansman inmiddels zijn joodse afkomst in zijn componeren tot uitdrukking wil brengen. Concertreizen naar Israel, gecombineerd met bezoeken aan daar wonende familieleden zullen daaraan zeker hebben bijgedragen. Het concert is een boeiende hybride van klezmer en de volksmuziek uit het Tatra-gebergte.
Nog eens vijf jaar later ontstonden de Six Movements for Strings, en opnieuw maakt Tansman een stijlsprong, ditmaal naar Béla Bartók en diens Muziek voor snaren, slagwerk en celesta. Bartóks contrapuntische spel met kleine intervallen heeft hier duidelijk model gestaan. Toch weet Tansman zijn eigen draai aan het verhaal te geven – de man is niet onder één hoedje te vangen.

Het Silesisch Kamerorkest werd in 1981 opgericht door Karol Stryja, de toenmalige dirigent van de Silesische Philharmonie, en is samengesteld uit leden van dat orkest. Op deze cd wordt het geleid door de huidige chef-dirigent van de Philharmonie, Miroslaw Jacek Blasczyk. Het Kamerorkest had overigens in de periode 2006-10 een eigen chef-dirigent. Het is een piepklein strijkorkest van twaalf vaste spelers (4-2-3-2-1), maar zo te horen is het voor deze opname met enige versterking – en de nodige blazers – uitgebreid. Er wordt voortreffelijk gemusiceerd door orkest zowel als solisten. De heldere maar warme opname is gemaakt in de Karol Stryja Concertzaal te Katowice, de thuisbasis van de Silesische Philharmonie.

Alexandre Tansman, polystylist, spreker van vijf talen, soms omschreven als een ‘armeluis Stravinsky’, is dankzij de cd in de 21ste eeuw weer volop aanwezig. Nu maar hopen dat Naxos de Marco Polo opnamen uit de jaren 1990 verdoekt. Ze schreeuwen erom.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links