![]() CD-recensie
© Siebe Riedstra, september 2015
|
De Russische componist Rodion Sjtsjedrin (1932) wordt in zijn eigen land gezien als de belangrijkste levende componist. Ook daarbuiten heeft Sjtsjedrin bewonderaars in hoge kringen: voor twee jubelia van The New York Philharmonic ontving hij opdrachten, en het KCO bracht een uitvoering van zijn hoboconcert op cd uit in de serie Horizon. Dat Sjtsjedrin altijd in zijn geboorteland bleef wonen heeft alles te maken met zijn grote liefde en zijn echtgenote voor meer dan vijftig jaar: prima ballerina Maja Plisetskaja, die eerder dit jaar overleed in München, waar het echtpaar een tweede domicilie had. Kenmerkend voor Sjtsjedrins reputatie in Nederland is het feit dat in de overlijdensberichten van zijn echtgenote in de Nederlandse pers zijn naam niet werd genoemd, maar wel zijn bekendste compositie, het ballet Carmen, dat hij voor zijn vrouw maakte. Sjtsjedrin is met grote balletten en avondvullende opera's een echte theaterman, maar zijn opera's zijn zo op en top Russisch dat ze maar moeilijk de grens oversteken. Sinds de activiteiten van Valery Gergiev en zijn Mariinski-Theater in ons deel van de wereld is daar mondjesmaat verandering in gekomen. Voor de zestigste verjaardag van Gergiev, en voor de feestelijke opening van de nieuwe tweede zaal van het Petersburgse operahuis schreef Sjtsjedrin een opera op een libretto van de door hem - en heel veel Russen - bewonderde Nikolaj Leskov. Het is een komisch verhaal met een diepere achtergrond, met een hoofdrol voor een linkshandige smid: slim, een beetje gek en dol op een slok. De achtergrond wordt geleverd door de aloude tegenstelling tussen het tsaristische Rusland en het Victoriaanse Engeland. De Britten hebben de tsaar een stalen vlo kado gedaan, die het Engelse alfabet kan zingen. De linkshandige smid moet zorgen voor een verbeterde kyrillische versie. Voer te over voor muzikale grapjes, een van de sterke punten van Sjtsjedrin. Opera's zijn om naar te luisteren en naar te kijken. Pas wanneer je met je ogen dicht naar een opera wilt luisteren weet je dat je met een meesterwerk te maken hebt. De laatste Russische opera die op die status mag bogen is Katerina Ismailova van Dmitri Sjostakovitsj, eveneens op een libretto van Leskov, en gezegend met een aantal hartbrekende pagina's. De Linkshander is niet een stuk dat je op die manier bij de strot grijpt, het is een onderhoudend avondje uit, waarbij er kennelijk veel te genieten valt, getuige de regelmatige bijval die op deze live-opname te horen is, inclusief een slotapplaus van (op de cd) vijf minuten. Over de uitvoering niets dan lof. Gergiev dirigeert zijn troepen zoals altijd met verve, inclusief rafelrandjes in de orkestbak. De vocale bezetting is grotendeels die van de première en de concertuitvoeringen in het buitenland (Londen). De piepkleine coloratuurstem van Kristina Alieva is geknipt voor de vlo, tenor Andrej Popov is een pracht van een karaktertenor met een grootse sterfscène, en het koor begeleidt hem innig in zijn laatste minuten. De opname is uiteraard doorspekt met toneelgeluiden, maar verder voorbeeldig. Het boekje verdient een extra compliment voor een libretto in kyrillisch (met fonetische uitleg!) plus Engelse vertaling. Een aanwinst. index |
|