CD-recensie
© Siebe Riedstra, augustus 2015
|
Het Meidenkwartet (Ragazze is Italiaans voor meiden) slaat weer toe. Op hun (hier besproken) debuut-cd braken ze heel dapper een lans voor de nog jonge componist Jörg Widmann. Nu maken ze de reis naar Bohemen (Cesko), het land van Antonín Dvorák en Erwin Schulhoff. Over het slot van Schulhoffs Eerste strijkkwartet schrijven ze zelf:
Als je een cd uitbrengt met de titel Cesko mag Antonín Dvorák uiteraard niet ontbreken. Dvorák schreef een berg strijkkwartetten, waarvan er maar een handvol repertoire hebben gehouden. Zijn opus 96 uit 1895 behoort tot de laatste (en mooiste) twee kwartetten die hij schreef. Tot zijn dood in 1904 werkte Dvorák verbeten aan zijn reputatie als operacomponist, terwijl hij juist met zijn Negende symfonie ongekende successen boekte aan beide zijden van de oceaan. Een geliefd operacomponist is hij ondanks Rusalka niet geworden. Met zo'n keuze ga je uiteraard de competitie aan met heel wat gevestigde ensembles en al evenveel legendarische registraties. De Ragazze houden zich manmoedig staande: met name de verzorgde toonvorming in het hartbrekend mooie Adagio maakt duidelijk dat er heel veel meer schakeringen in vibrato mogelijk zijn dan in tijden van weleer. Een vergelijking met het Prager Streichquartett (DG, 1977) spreekt wat dat betreft boekdelen. Voeg daaraan toe een schitterende opname vanuit de inmiddels eveneens legendarische Doopsgezinde Kerk in Deventer. Eventjes lijkt de IJssel door Boheemse uiterwaarden te stromen. index |
|