CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, november 2020

Schmitt: La Tragédie de Salomé op. 50 (symfonisch gedicht) - Musique sur l'eau, op. 33 (voor sopraan en orkest) - Oriane et le Prince d'Amour, Suite op. 83bis - Légende op. 66 (voor viool en orkest)

Susan Platts (mezzosopraan), Nikki Chooi (viool), Women's Choir of Buffalo, Buffalo Philharmonic Orchestra o.l.v. JoAnn Falletta
Naxos 8.574138 • 61' •
Opname: maart 2019 (Salomé, Musique), maart 2020 (Oriane, Légende), Kleinhans Music Hall, Buffalo (VS)

   

In 2020 viert Florent Schmitt zijn honderdvijftigste verjaardag, maar in de drukte rond Beethoven en Corona bekreunt niemand zich daarom. Met uitzondering van JoAnn Falletta, sinds 1999 actief als chef-dirigent van het Buffalo Philharmonic Orchestra. Falletta (1954) kiest voor haar opnames zonder uitzondering repertoire dat buiten de ijzeren ring valt, voor haar Mozart, Beethoven en Brahms moet u naar Buffalo verhuizen. Hier koos ze voor Florent Schmitt (1870-1958), een Fransman uit de Elzas, die zeven jaar na Debussy en vijf jaar voor Ravel het levenslicht zag, en beide collega's ruimschoots overleefde.

Schmitt studeerde in Parijs bij Massenet en Fauré, en won de Grand Prix de Rome in 1900 (zijn vijfde poging). Tijdens zijn driejarig verblijf in Rome componeerde hij een paar van zijn belangrijkste werken: het Pianokwintet opus 51, Psalm XLVII, opus 50, voor sopraansolo, koor en orkest en het symfonisch gedicht Le Palais Hanté , opus 49. Terug in Parijs sloot hij zich aan bij de Club des Apaches, waarvan ook zijn studievriend Maurice Ravel, Maurice Delage, André Caplet, de pianist Ricardo Viñes, en de dichter Tristan Klingsor leden waren.

In 1907 ontstond de partituur die hem beroemd zou maken, La Tragédie de Salomé, als tegenhanger van de opera die Richard Strauss in 1905 componeerde op de tekst van Oscar Wilde. Schmitt baseerde zich op een Franse tekst, en componeerde geen opera, maar een ballet, of zoals hij zelf opmerkte, een opera 'sans paroles', zonder woorden. De première vond plaats onder bescheiden omstandigheden, met een orkest van slechts twintig spelers. Schmitt maakte onmiddellijk een gecondenseerde versie voor groot orkest, die in 1910 in première ging. De partituur van die versie droeg hij op aan Igor Strawinsky, die er destijds vol lof over was, maar zich daar als oude man niets meer van wist te herinneren.

Le Tragédie de Salomé is Schmitts bekendste partituur gebleven, en dat vindt zijn weerslag in de lijst van opnamen. Om te beginnen bracht het label Marco Polo in 1991 een cd uit met daarop de complete versie uit 1907. Helemaal origineel is die niet, het is een hybride van de originele bezetting voor twintig instrumenten, waarin een volledig bezet strijkorkest de plaats van vijf solostrijkers inneemt. In 1959 kwam er een gezaghebbende registratie op de markt door Paul Paray met 'zijn' Detroit Symphony op het label Mercury onder de titel Dances of Death, maar daarop werd het vocale aandeel vervangen door de alternatieve orkestratie die de componist in de partituur aangeeft. Het Orchestre Philharmonique de Radio France onder Marek Janowski volgde in 1990 op Erato, en heruitgegeven in een goedkope versie. Daarna zijn nog twee opnamen aan de catalogus toegevoegd, die ik hier heb besproken: Thierry Fischer op Hyperion (2007) en Yan Pascal Tortelier op Chandos (2010).

Uit deze opsomming blijkt zonneklaar dat La Tragédie de Salomé het meest gespeelde werk van Florent Schmitt is gebleken. In het online-archief van het Concertgebouworkest zien we hetzelfde beeld: daar stond het in de vorige eeuw vier keer op de lessenaars, voor het eerst in 1913, en de beide laatste keren in 1951 en 1974 onder Jean Fournet. Aardige bijzonderheid: in 1994 maakte Fournet met het Radio Filharmonisch Orkest en het Groot Omroepkoor voor het Japanse label Denon een opname van de Tragédie en Psaume XLVII, een cd die jammer genoeg nooit werd uitgebracht.

De opnamen die JoAnn Falletta in Buffalo realiseerde ontstonden in tandem met concertuitvoeringen, en het spreekt dus vanzelf dat daarbij een hoofdrol werd gegeven aan de Tragédie de Salomé, compleet met vocaliserende mezzosopraan en dameskoor. Voor de mezzosopraan werd opnieuw plaats ingeruimd met Musique sur l'eau, een lied uit 1898, in een weelderige orkestratie, en hier voor het eerst te horen in een discografische première. Bovendien verrast Falletta ons met een werk dat nog maar nauwelijks werd opgenomen, de suite uit het ballet Oriane et le Prince d'Amour. Eén van de vele werken die ontstonden in opdracht van de steenrijke ballerina Ida Rubinstein - zij was ook de drijvende kracht achter Le Martyre de Saint Sébastien van Debussy. Het ballet ontstond in 1934, in 1937 stelde Schmitt deze suite samen. De cd sluit af met de Légende uit 1918, oorspronkelijk voor altsaxofoon en orkest, en geschreven in opdracht van de Amerikaanse amateur-saxofoniste Elisa Hall voor wie Debussy zijn Rhapsodie componeerde. Schmitt koos er wijselijk voor om ook versies voor altviool en viool te bezorgen. De vioolversie wordt hier gespeeld door Nikki Chooi, de concertmeester van de Buffalo Philharmonic, en beleeft hier eveneens zijn discografische première.

De opname laat alle ruimte voor details en is gemaakt in het 'huis' van het orkest, de Kleinhans Music Hall te Buffalo, ontworpen door het Fins-Amerikaanse vader-en-zoon architectenduo Eliel en Eero Saarinen. De zaal is een bedevaartsoord onder architecten en akoestici. De constructie vond plaats tussen 1938 en 1940 en naast het geld van Edward Kleinhans werden fondsen aangewend uit de 'New Deal', het crisisbestrijdingsprogramma van President Roosevelt.

JoAnn Falletta heeft een uitstekende reputatie opgebouwd in repertoire dat zich net buiten de marge van het ijzeren repertoire bevindt, en heeft in de Buffalo Philharmonic een instrument opgebouwd dat zij in de afgelopen twee decennia volkomen naar hand heeft weten te zetten. In deze somptueuze partituren voelt zij zich als een vis in het water, en de toevoeging van drie werken die tot nu toe in de Schmitt-catalogus ontbraken maakt van deze cd een onontbeerlijke aanvulling.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links