CD-recensie
© Siebe Riedstra, oktober 2017
|
Voor Robin de Raaff is 2017 in discografisch opzicht een monsterjaar. In het voorjaar bracht Challenge Classics een sacd uit met het Celloconcert, de Derde Symfonie en het orkestwerk Entangled Tales. Nu, in het najaar, verschijnt bijgaande cd op het label Etcetera, en dat is nog niet alles: binnenkort komt het label Attacca met een dubbelcd met orkest- en ensemblewerken waarop onder andere alweer een nieuwe opname van het vioolconcert. Een prachtige neerslag van triomfen uit een recent verleden, met in het onderhavige geval twee live-opnamen die werden gemaakt van concerten in het kader van de ZaterdagMatinee, in 2008 en 2012. Sindsdien ontstond ook nog het grootschalige Altlantis voor vocale solisten, koor en orkest dat zijn première beleefde tijdens de seizoensopening van de Vrijdagserie van AVRO/TROS in Tivoli Vredenburg, op 23 september 2016. Ook dat werk verschijnt binnenkort op cd, in combinatie met de Vierde symfonie, een opdrachtwerk voor Het Gelders Orkest, waar de Raaff sinds 2012 huiscomponist is. Twee opera's vonden hun weg naar het podium van De Nederlandse Opera: Raaff (2004) en Waiting for Miss Monroe (2012). Afgaande op deze opsomming is Robin de Raaff een van de belangrijkste en succesvolste Nederlandse componisten van het moment. 'Jaap van Zweden conducts Robin De Raaff' is de titel van deze cd, waarvan ook nog een snippertje wordt gedirigeerd door Van Zwedens opvolger als chef van het Radio Filharmonisch Orkest, Markus Stenz. Dat laatste behoeft enige uitleg, want die ontbreekt in het boekje. In 2000 maakte de Raaff (1968) dankzij zijn compositiedocent George Benjamin zijn entree bij het Tanglewood Festival, een zomerse activiteit van het Boston Symphony Orchestra, waar het zwaartepunt ligt op concerten met een openluchtkarakter enerzijds en veel aandacht voor eigentijdse muziek anderzijds. Robin leerde er zijn echtgenote kennen, maakte vrienden en vond zo inspiratie (en de opdracht) tot het schrijven van een werk voor groot orkest, Entangled Tales. Het beleefde zijn première in 2007, met het Boston Symphony Orchestra onder Ludovic Morlot. Vier jaar later schreef de Raaff een nieuw orkestwerk voor de Junge Deutsche Philharmonie, dat hij Untangled Tales noemde. Een op zichzelf staand werk, dat tevens probeert een relatie aan te gaan met de Entangled Tales. De twee samen combineerde hij tot zijn Eerste symfonie, die hij de bijnaam Tanglewood Tales meegaf. Zo kwam het werk onder Van Zweden in de bewuste ZaterdagMatinee tot klinken. Toch was de componist nog niet helemaal tevreden met het slot van zijn symfonie, en in 2014 besloot hij om er nog een staartje aan toe te voegen, een kort derde deel met de benaming Coda. Dat is het snippertje dat door Markus Stenz en het RFO separaat werd opgenomen. Untangled Tales en Coda gaan naadloos in elkaar over, dus het moet voor de techniek even puzzelen zijn geweest, maar de luisteraar merkt er niets van. Het Vioolconcert heeft een minder ingewikkelde geschiedenis, toch behoeft de subtitel van het werk enige uitleg. Geïnspireerd door Alban Berg, die zijn Vioolconcert 'dem Andenken eines Engels' wijdde, en aangezet door het veel te vroege overlijden van een vriend, de saxofonist William Raaijman, besloot de Raaff tot dezelfde opdracht. Vandaar ook het prominente optreden van een altsaxofoon in de laatste minuten, hetzelfde instrument dat in het Vioolconcert van Alban Berg een prominente rol speelt. Een andere parallel met Berg zit in de opening van het concert, bij Berg gebaseerd op stijgende kwinten, bij de Raaff op gestapelde kwinten waarboven de vioolsolist een cadens laat ontvouwen. Een gedurfd begin van een concert, weergegeven door de aanduiding Cadenza Corale. Niet alleen Jaap van Zweden staat borg voor de vlekkeloze uitvoering van deze veeleisende en subliem geïnstrumenteerde partituren, ook soliste Tasmin Little en het Radio Filharmonisch Orkest werken wonderen in twee plaatpremières die dankzij de ZaterdagMatinee belangrijke momenten in de ontwikkeling van Robin de Raaff markeren. index |
|