![]() CD-recensie
© Siebe Riedstra, oktober 2014
|
Onlangs besprak ik hier de uitgave van Une Vie Heureuse op het label Erato - een box met een prachtige dwarsdoorsnede van het oeuvre van deze onvermoeibare notenschrijver op tien cd's. Ik besloot die bespreking met de volgende zin: 'Dat de opera's en de grote vocale werken hier ontbreken is spijtig, maar niet de schuld van Warner. Ze zijn er gewoon niet, en dat is verschrikkelijk jammer.' Het label Naxos springt hier met beide benen in de lacune, met een complete uitgave van het drieluik L'Orestie d'Eschyle. Darius Milhaud kwam ter wereld in 1892 in Aix-en-Provence, naar eigen zeggen 'de religion Israelite' en overleed in 1974. Dus is 2014 een beetje een Milhaud-jaar, hoewel we daar op de concertpodia nauwelijks iets van merken. In discografisch opzicht is er gelukkig meer loos, getuige bovengenoemde box. Nu werpt Naxos zich in de strijd, met de cd-première van L'Orestie d' Eschyle, door Paul Claudel uit het Grieks vertaald. De grote Franse dichter Claudel zorgde voor de start van de jonge componist - hij nam hem mee als cultureel medewerker naar de Franse ambassade te Rio de Janeiro. De indrukken die Milhaud daar opdeed vinden we een leven lang in zijn werken terug. De Braziliaanse ritmes, de liefde voor exotische slaginstrumenten, en bovenal het plezier in de muziek van de straat. La Création du Monde, Saudados de Brasil, Scaramouche en de Trois Rag-Caprices staan er bol van. Als jonge man heeft Milhaud getracht om al deze indrukken te combineren met een ernstige poging van Paul Claudel om de strenge verzen van Aeschilos uit het Grieks over te zetten in het Frans, en op rijm. Hij deed dat in etapes - eerst verscheen de toneelmuziek voor Agamemnon voor een toneelproductie. Daarna componeerde hij Les Coéphores, een dramatisch oratorium van een half uur, stylistisch vergelijkbaar met de oratoria van Honegger. De derde trap was Les Eumenides, een werk dat uiteindelijk als opera de wereld inging. Ondanks de onderlinge samenhang zijn uitvoeringen van de complete Orestie zeldzaam. Deel twee, Les Coéphores, kreeg door zijn behapbare lengte - en de kwaliteit van de muziek - de beste discografische kansen. Het werd door Leonard Bernstein vastgelegd op het label CBS en door Igor Markevitsj op DG. De Amerikaanse componist William Bolcom studeerde bij Milhaud en maakte als student kennis met de Orestie. Het werd een inkervende ervaring die hij een leven lang met zich mee droeg. Bolcom doceerde compositie aan de University of Michigan, en besloot de partituur van Orestie te laten toesturen aan de dirigent van het Universiteitsorkest. De bal begon te rollen, en op 4 april 2013 vond een concertuitvoering van de Orestie plaats in de concertzaal van de universiteit. Zo'n universiteit heeft al gauw een dikke tweeduizend muziekstudenten, dus aan deelnemers geen gebrek. Het concert werd vastgelegd en de volgende dagen werden deze opnamen gemaakt. Het resultaat wisselt, en dat heeft alles te maken met de plek van oorsprong. Het orkest is uiteraard prima in orde, de solisten zijn zorgvuldig geselecteerd, en de kleinere koren zijn zorgvuldig op hun taak geprepareerd. In de massale koorscènes gaat de koorklank door het grote aantal enthousiaste deelnemers onvermijdelijk richting amateurkoor. Voor het overige niets dan lof voor deze moedige daad en de enorme inspanning van alle betrokkenen. Dat deze schitterende partituur eindelijk voor een groot publiek ter beschikking komt is een grote veer in de hoed van Naxos. Toch blijf ik stiekum hopen dat de opname die Reinbert de Leeuw realiseerde met het Groot Omroepkoor op een dag door een dapper label wordt uitgebracht - de solisten zijn niet beter, maar de koorklank wel. index |
|