CD-recensie
© Siebe Riedstra, juni 2019 |
Bohuslav Martinů (1890-1959) is op onze concertpodia slechts mondjesmaat doorgedrongen, maar in discografisch opzicht heeft hij de afgelopen decennia een flinke inhaalslag gemaakt. Na de symfonieën, soloconcerten en kamermuziek zijn inmiddels talrijke vocale werken in vele genres met name door het label Supraphon vastgelegd. Als voorlopig sluitstuk maken we hier kennis met de liederen die hij baseerde op Moravische en Tsjechische volksmuziek. Ze zijn verdeeld over vier bundels: Liederen op één pagina (1943), Liederen op twee pagina's (1944), Nieuwe Slovaakse Liederen (1920, een kolossale cyclus van bijna een uur) en tenslotte Novy spalicek (1942). Zoals de titels aangeven (één en twee pagina's mag men letterlijk nemen) veelal korte werkjes van rond de anderhalve minuut - 52 tracks op een welgevulde cd. Wat deze schijf bijzonder maakt is niet alleen de gulle lengte van ruim tachtig minuten, maar ook de milieuvriendelijke en verzorgde uitgave. Geen grammetje plastic, maar wel een prachtig boekje van zestig bladzijden, met landschapsfoto's in grijze tinten en complete teksten. Het spreekt bijna vanzelf dat Martina Jankova en Tomás Král (afwisselend, geen duetten), net als pianist Ivo Kahánek geknipt zijn voor dit repertoire. Interpretaties zijn sfeervol en intiem, net als de heldere opname die ruimte geeft aan zang zowel als piano. De drie cycli uit de jaren 1940, geschreven nadat hij naar de Verenigde Staten verhuisde, presenteren de vrije en originele Martinů, zoals we hem uit zijn latere werken kennen. index |
|