CD-recensie
© Siebe Riedstra, maart 2024 |
Het Pearls in Baroque Chamber Orchestra werd in 2019 opgericht door klaveciniste Noriko Amano en heeft zich op het concertpodium vooral laten horen in authentieke uitvoeringen van barok repertoire, met en zonder dans, en in wisselende bezetting. Hier presenteert Amano haar kamerorkest als een strijkkwintet in enkelvoudige bezetting, en in repertoire dat nog net balanceert op de rand van de barokke klankwereld. Wat ook nog benadrukt wordt door de gekozen musici, onder meer bekend als vaste medewerkers van de Nederlandse Bachvereniging. Joseph Haydn speelde weliswaar klavecimbel en viool, maar blonk niet uit door zijn virtuoze capaciteiten. Dat liet hij wat de viool betreft over aan de concertmeester van het orkest van zijn broodheer Esterházy, Luigi Tomasini. Voor hem schreef hij tussen 1765 en 1770 een paar technisch veeleisende vioolwerken, waaronder het Eerste Vioolconcert in C - zijn meest gespeelde concertwerk voor de viool. De nummering van Haydns vioolconcerten is enigszins misleidend, want nummer twee is zoek en nummer vier is duidelijk veel eerder ontstaan dan de beide overige. Dat blijkt niet alleen door de niet al te hoge technische eisen, die het tot een geliefd concert voor aankomende virtuoosjes hebben gemaakt, maar ook uit de muzikale bouw, die eerder aan een concerto grosso doet denken. Het Concert voor altviool en klavecimbel van Josephs vijf jaar jongere broer Michael dateert uit diens jonge jaren als kapelmeester van de kathedraal in het Roemeense Oradea. Daar schreef hij tussen 1757 en 1762 een handvol soloconcerten, waaronder een werk met de unieke solistische bezetting van altviool en klavecimbel. De architectuur van dit werk herinnert eveneens aan de bouw van het barokke concerto grosso. We weten uit het overgeleverde materiaal uit Joseph Haydns tijd dat de bezetting van de soloconcerten dikwijls kleinschalig werd gehouden. Zo zijn er partijen gevonden waaruit blijkt dat het Celloconcert in C werd uitgevoerd door een ensemble van vijf strijkers - alweer een overblijfsel uit de barokke speelpraktijk. Dankzij een uitgekiende opnametechniek en een uitgelezen luxueuze bezetting, zowel van de beide solisten als het seconderende strijkkwintet, is het klinkende resultaat niet alleen zonder meer overtuigend maar werkelijk schitterend. De gekozen bezetting is met coryfeeën als celliste Lucia Swarts en bassist Robert Franenberg een schot in de roos, de naam Pearls in Baroque waardig. Jammer dat het na vijftig minuten alweer voorbij is. index |
|