CD-recensie
© Siebe Riedstra, januari 2023 |
Het koor Accentus werd in 1991 opgericht door de Franse dirigente Laurence Equilbey (1962). In het eerste decennium van zijn bestaan heeft Equilbey zelf een aantal opnamen met Accentus uitgebracht. In 2012 stichtte Equilbey het Insula Orchestra, dat speelt op tijdeigen instrumenten. Met de combinatie van beide ensembles verzorgde ze spraakmakende producties van o.a. Der Freischütz en de operette Ciboulette van Reynaldo Hahn. Om de taken beter te kunnen verdelen werd Christophe Grapperon in 2013 aangesteld als koordirigent. Voor zover ik dat heb kunnen nagaan is dit de eerste cd die hij in die functie met zijn koor heeft opgenomen. Grapperon koos voor twee onderbelichte koorcomponisten uit het Franse repertoire: Camille Saint-Säens en Reynaldo Hahn, beide scheppers van een groot vocaal oeuvre, met opera's, liederen en koorwerken. Camille Saint-Saëns (1835-1921) heeft zijn leven lang gevochten om in het door de Opéra beheerste Franse muziekleven een plaats te verwerven. Zijn inspanningen werden pas beloond toen Franz Liszt ervoor zorgde dat zijn opera Samson et Dalila in productie werd genomen door de opera van het Duitse Weimar. De discografische reputatie van Saint-Saëns als vocaal componist heeft pas in de eenentwintigste eeuw een flinke duw gekregen door de inspanningen van het label Bru Zane, met nieuwe opnamen van een aantal opera's, op de site besproken door Paul Korenhof. Saint-Saëns schreef een aanzienlijk aantal a cappella koorwerken, wereldlijk zowel als geestelijk. Verreweg het grootste deel daarvan wacht nog op een opname. Hoe droevig het daarmee gesteld is wordt geïllustreerd door de Camille Saint-Saëns Edition die in 2021 ter gelegenheid van zijn honderdste sterfdag bij Warner verscheen en hier is besproken. Daarop werd plaats ingeruimd voor welgeteld drie korte koorwerken, de beide deeltjes van opus 68 en de Saltarelle voor mannenkoor, opus 74. In dat kader wekt het nauwelijks verbazing dat juist die drie werken ook door Grapperon werden gekozen. Hij voegde er twee stukken aan toe, het beeldschone Des pas dans l'allée, het eerste van Deux Choeurs opus 141 uit 1913, en de Romance du soir opus 118 uit 1902. Aangezien de cd met 53 minuten bij lange na niet is volgezongen een gemiste kans wat betreft Saint-Saëns. Beter vergaat het Reynaldo Hahn, geboren in 1874 in Venezuela en overleden in 1947 in Parijs. Van hem koos Grapperon negen titels, waaronder drie met pianobegeleiding. Twee werken beleven hier zelfs hun discografische première: L'obscurité en Á la lumière. Dat laatste leverde de naam voor deze uitgave, en terecht. Met een lengte van tien minuten en een sfeervolle elegische inleiding voor vocaliserend koor is het een juweeltje dat je onmiddellijk de oren doet spitsen. Hahn verwierf in de eerste plaats bekendheid met zijn liederen, en wonderlijk genoeg kregen de koorwerken in de werkenlijst van de New Grove Dictionary geen eigen rubriek. We vinden ze gedeeltelijk onder de liederencycli als Chansons et madrigaux en Rondels. Wat betreft de uitvoering door Grapperon en zijn koor kunnen we kort zijn. Een gegeven paard kijk je niet in de bek. Toch leert de vergelijking tussen de uitvoering van de Saltarelle van Saint-Saëns uit bovengenoemde Edition, en die van Accentus dat er op de fijne puntjes - ritmiek, intonatie en ruimtelijkheid in de opname - nog wel het een en ander aan te merken valt. Accentus dubbelt ook als het operakoor van de opera te Rouen en is vanuit dat gezichtspunt vooral een voortreffelijk operakoor. Hoe dan ook: de uitvoering van het schitterende Á la lumière van Reynaldo Hahn maakt alles goed. index |
|