CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, februari 2014

 

Josef Bohuslav Foerster - Complete Pianowerken

Patricia Goodson (piano}

Brilliant Classics 9283

Klik hier voor de details

 

 

Josef Bohuslav Foerster (1859-1951) is de Methusalem onder de Tsjechische componisten. Door zijn hoge leeftijd èn zijn grote productiviteit heeft hij een gigantisch oeuvre achtergelaten waarvan maar een klein deel de cd heeft gehaald. Hij schreef zijn beste werken in de periode 1890-1910, ruwweg de tijd die hij vanwege zijn echtgenote, de beroemde sopraan Berta Lauterer (1869-1936) achtereenvolgens in Hamburg en Wenen doorbracht (zij was Mahlers favoriete sopraan). Aardige bijzonderheid: Berta was op haar negentiende de eerste Tatjana in Tsjaikovski's Jevgeny Onjegin, en de componist was diep onder de indruk. Foerster raakte bevriend met Mahler - ze waren vrijwel even oud - en stond hem in Hamburg met raad en daad terzijde tijdens de compositie van diens vroege symfonieën. Zelf schreef Foerster in die periode zijn Derde symfonie, die daadwerkelijk ook door Mahler werd uitgevoerd. Het muzikale idioom van Foerster heeft overigens niets van dat van Mahler, daarvoor is het veel te introvert, hoewel de instrumentatie zonder meer briljant mag worden genoemd. Foerster was vijf jaar ouder dan Richard Strauss en vormt samen met Janácek de schakel tussen Dvorák en Smetana en de twintigste eeuw. In tegenstelling tot de vooruitstrevende Janácek is zijn muzikale idioom behoudend en hoogromantisch, denkt u aan de Strauss van de Rosenkavalier of de Reger van de Mozart-Variaties. Toen zijn echtgenote in 1903 naar de Weense Staatsoper verkaste werd Josef Bohuslav leraar aan het conservatorium aldaar en muziekredacteur van Die Zeit. In 1918 keerde het gezin terug naar Praag, Foersters geboortestad.

Op het concertpodium merken we niets van Foerster, maar hij lift lekker mee op de onstuitbare golf van onafhankelijke cd-labels en hun behoefte aan vergeten meesterwerken. Dus hebben we ons middels de cd-catalogus een heel aardig beeld kunnen vormen van deze volbloed romanticus. Zijn symfonieën en de beide vioolconcerten kwamen hier al ter sprake, en nu presenteert het label Brilliant een box met de complete pianowerken op vier cd's, niet gespeeld door een tsjechische pianist, maar door An American in Prague . Patricia Goodson woont sinds 1991 in Praag en heeft zich met hart en ziel in dit project gestort. Ze speeelt niet alleen uitstekend piano, maar is ook een prima fundraiser. Wees gerust, de risico's van dilettantisme die vlak om de hoek liggen bij dit soort ondernemingen zijn hier niet aan de orde. Goodson levert vakwerk, maar wat belangrijker is: Foerster heeft schitterende muziek geschreven. Lastig voor Foerster is de posthume opkomst van collega Janácek, een man die zijn tijd ver vooruit was. Dat Foerster niet met de tijdgeest is meegegaan zou vijftig jaar geleden een ernstig verwijt zijn geweest, vandaag de dag heeft niemand daar meer een boodschap aan.

 
 
Josef Bohuslav Foerster (1859-1951)

Brahms, Chopin en Richard Strauss zijn overduidelijk de mannen door wie Foerster zich heeft laten inspireren. In tenminste één geval heeft die hybride geleid tot een indrukwekkend resultaat: Erotovy masky op. 98 uit 1912, een misluidende titel voor een 'thema met variaties' dat past tussen de Handel-variaties van Brahms en de Beethoven-variaties van Reger. De verzameling wordt geopend met een geheel in de taal van Brahms wortelend Sostenuto molto. Het is het eerste deel van de cyclus 'Sneni' (dromend) opus 47, een schitterend stuk dat helaas wel met kop en schouders boven de rest van de cyclus uitsteekt. Het is een verdienste van pianiste Patricia Goodson dat zij de verschillende bundels intact laat en niet is gaan husselen. Al wordt die indruk heel even gewekt wanneer op de achterkant van de doos sprake is van Ruze Vzpominky (Rozen van herinnering) opus 49 en Imprese (Impressies) opus 49. Dat is echter een doodgewone tikfout, in het boekje staat het correct. Wat ook opvalt is dat er in de compositorische ontwikkeling van Foerster geen enkele schot zat. Hij startte zijn pianistische activiteiten in 1885 met een Allegro en Scherzo opus 5, dat we moeiteloos zouden kunnen toeschrijven aan Felix Mendelssohn. In de laatste pianobundel, de Crty Uhel (houtskoolschetsen) opus 136 uit 1930 horen we dat Mendelssohn uiterst voorzichtig kennis heeft gemaakt met Richard Wagner. De muzikale woordenschat van de twintigste eeuw is voor Josef Bohuslav Foerster een gesloten boek gebleven.

Dat zal heel veel mensen een zorg wezen, en het laat onverlet dat het Brilliant Classics andermaal gelukt is om de nieuwsgierige muziekliefhebber te verrassen met een echte toevoeging aan zijn verzameling, want wie deze stukken eerder heeft gehoord mag het zeggen. Hulde!


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links