CD-recensie
© Siebe Riedstra, januari 2019
|
Vanuit Estland heeft Arvo Pärt met zijn Tabula Rasa in 1977 een flinke bres geschoten in het eigentijdse componeren. Daarmee inspireerde hij nieuwe generaties componisten in de andere Baltische landen. Peteris Vasks in Letland is een van de bekendste, met partituren waarin flink gesomberd wordt. Dat het ook anders kan laat zijn jongere landgenoot Andris Dzenitis horen. Die voelt zich verwant aan de klankwereld van Finnen als Magnus Lindberg en Kaja Saariaho, te oordelen naar de tastende solo voor de altfluit waarmee Prelude. Light begint, en het verpletterende crescendo waarin het zijn hoogtepunt bereikt. Muziek die de luisteraar de hand reikt door een herkenbare theatrale inslag. Over Prelude. Light zegt de componist het volgende:
Andris Dzenitis (Riga, 1978) is net als sterdirigent Andris Nelsons afkomstig uit Letland. Hij studeerde compositie bij Peteris Vasks, die een gloedvolle introductie voor deze cd schreef. Wat niet betekent dat Dzenitis hoorbaar verwant is aan Vasks - integendeel. Dzenitis sluit aan bij de avant-garde van Ligeti en Berio en heeft niets met de geruststellende drieklanken van zijn mentor. Hij heeft in Wenen gestudeerd bij Kurt Schwertsik, en diens onbevangen kijk op het componeren heeft zo te horen wel zijn sporen nagelaten. Om, Lux Aeterna voor gemengd koor a capella is precies wat de titel aangeeft - een combinatie van oosterse meditatie en westerse religie. Ondenkbaar zonder het baanbrekende Lux aeterna van Ligeti, maar volkomen origineel in zijn vermenging van Aziatische, Russisch orthodoxe en avant-gardistische technieken. Het Eerste strijkkwartet is ongenaakbaar in zijn zoektocht naar de duisternis van het onderbewustzijn - point noir. In het saxofoonconcert bespeelt Arvidas Kaslauskas drie instrumenten, zo te horen in het eerste deel de sopraan-, in het tweede de alt- en in het laatste de baritonsaxofoon. Geen geruststellende drieklanken maar een spirituele zoektocht waarin de componist het ego verbant - E(GO) - door middel van multiphonics. Postludium. Ice is het laatste werk op deze cd. Het is ook het meest toegankelijke (en rustgevende) van de vijf titels. Een afsluiting die de beste introductie vormt tot de wereld van Andris Dzenitis. De beide orkestwerken worden gedirigeerd door Karel Mark Chichon, wiens Letse connectie verklaard wordt door zijn echtgenote, mezzosopraan Elina Garanca. Naast Chichon is Andris Nelsons eveneens actief inzake Dzenitis - hij gaf compositie- opdrachten voor de orkesten van Boston en Leipzig. Andris Dzenitis - een naam om in de gaten te houden. index |
|