CD-recensie
© Siebe Riedstra, juli 2024 |
Het Kaleidoscope Chamber Collective is het geesteskind van het echtpaar Elena Urioste (viool) en Tom Poster (piano). Het collectief bestaat uit bevriende musici met een passie voor kamermuziek in wisselende bezettingen, van duo tot tentet. Het maakte zijn start in 2017 en mag zich verheugen in de belangstelling van het label Chandos, waar in de tussenliggende jaren vier cd's zijn verschenen met minder bekend repertoire in alle mogelijke verschijningen. De kern van het ensemble bestaat naast het echtpaar uit altvioliste Rosalind Ventris en celliste Laura van der Heijden: een pianokwartet. Uitgaande van die basis kwamen ze op het idee om de drie pianokwartetten van Johannes Brahms op te nemen in combinatie met vergeten pianokwartetten. Op deze eerste uitgave wordt het Tweede Pianokwartet van Brahms gekoppeld aan dat van Luise Le Beau. Op de volgende twee cd's worden de beide overige pianokwartetten gecombineerd met die van Dora Pejacevic en Héritte Viardot, de dochter van Pauline Viardot. Dat de keuze uiteindelijk viel op drie componerende vrouwen berust volgens het echtpaar op toeval. Luise Adolpha Le Beau (haar lemma staat in de Grove onder de L) werd geboren in 1850. Ze begon op haar vijftiende met componeren en studeerde kort piano bij Clara Schumann en langer compositie bij Josef Rheinberger en verhuisde regelmatig van woonplaats, uit ontevredenheid over een gebrek aan lokale appreciatie. Haar werk wordt gekenmerkt door een rijke melodische fantasie, maar haar techniek leunt meer op herhaling dan ontwikkeling. Haar pianokwartet in f klein ging in première in het Gewandhaus in Leipzig in 1884, het jaar waarin ze kennismaakte met Johannes Brahms en de criticus Eduard Hanslick, die zich positief over haar werk uitlieten. Van 1893 tot aan haar overlijden in 1927 woonde ze in Baden-Baden. Haar Cellosonate in D, opus 17 mag zich in een bescheiden discografische belangstelling verheugen, met onder meer een schitterende uitvoering door Steven Isserlis (Hyperion CDA 68394) 1862 was een spannend jaar voor Johannes Brahms, met een definitieve verhuizing naar Wenen en de première van maar liefst twee pianokwartetten: opus 25 in g, en opus 26 in A. Waarom Brahms ervoor koos om deze twee werken zo kort achter elkaar te componeren zullen we nooit weten, Brahms zorgde ervoor dat alle persoonlijke details over zijn scheppingen werden uitgewist. Opus 25 is dionysisch van karakter en werd bovendien georkestreerd door Arnold Schönberg (compleet met slagwerk en trombone glissandi). Opus 26 valt op door zijn zachtaardige toon en een opvallende lengte van maar liefst vijftig minuten. Het langzame deel is een van de mooiste kamermuzikale adagio's die Brahms ons heeft nagelaten. Het spreekt vanzelf dat het belang van deze en de twee volgende uitgaven rusten op het toegevoegde repertoire, dat voor zover dat is te overzien bestaat uit plaatpremières. Le Beau wordt met liefde en zorg omringd, vooral het langzame deel (Poco Adagio) van Brahms laat een diepe indruk achter. Dat komt niet in de laatste plaats door celliste Laura van der Heijden, ooit prijswinnaar van de Young Musician Competition in 2012 (ze was toen vijftien) en inmiddels uitgegroeid tot een celliste van wereldformaat. Haar Nederlandse naam dankt ze aan haar vader (moeder is Zwitserse), ze ontving haar opleiding in Londen. Samen met pianist Tom Poster houdt ze de luisteraar met een ingehouden dynamiek op het puntje van de stoel (het tweede thema van het langzame deel!). Het kwartet als geheel is perfect op elkaar ingespeeld en weet juist door niet al te nadrukkelijk te fraseren het natuurlijke verloop van Brahms' inspiratie de vrije loop te geven. De tijdsduur van bijna vijftig minuten is geen seconde te lang en de opnamelocatie behoeft geen nadere introductie. Een waardevolle aanwinst die smaakt naar meer! index |
|