CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, december 2020

Music for Israel - Paul Ben-Haim

Ben-Haim: Pan op. 17 (voor sopraan en orkest) - Pastorale Variée op. 31b (voor klarinet en strijkorkest) - Symfonie nr. 1

Claudia Barainsky (sopraan), John Bradbury (klarinet), BBC Philharmonic o.l.v. Omer Meir Wellber
Chandos CHAN 20169 • 61' •
Opname: 16 dec. 2019 (Symfonie), 4 maart 2020 (overige werken), MediaCityUK, Salford, Manchester (VK)

   

Een nieuwe chef, een nieuw geluid. Sinds juli 2019 is Omer Meir Wellber chef-dirigent van de BBC Philharmonic te Manchester (niet te verwarren met de BBC Symphony in Londen). Wellber werd in 1981 geboren in Israel, is dus geen nieuwkomer, en heeft zich via assistentschappen bij Daniel Barenboim in Berlijn en Milaan gestadig opgewerkt tot zijn huidige positie. Die liegt er niet om, want buiten Manchester is hij sinds 2020 ook music director bij het Teatro Massimo in Palermo en vaste gastdirigent van de Semperoper in Dresden. Bovendien is hij actief als componist en publiceerde hij in oktober 2019 een roman: Die vier Ohnmachten des Chaim Birkner (origineel in het Hebreeuws). Vlak na zijn aanstelling in Manchester debuteerde hij met zijn nieuwe orkest in de zomer van 2019 op de BBC Proms in Londen; hoofdbestanddeel van het programma was de Eerste symfonie van Paul Ben-Haim. Reden genoeg voor het label Chandos om een nieuwe serie in het leven te roepen: Music of Israel. De eerste titel is gelukkig geen verzamelalbum geworden, maar is in zijn geheel gewijd aan Paul Ben-Haim.

De Israelische componist Paul Ben-Haim werd in 1897 in München geboren als Paul Frankenburger en overleed in 1984 in Tel Aviv. Hij was de belangrijkste componist van de nieuw-gevestigde staat Israel in de eerste decennia van haar bestaan. In 1915 begon hij zijn studie piano en compositie aan de Münchener Akademie der Tonkunst. Die studie werd onderbroken toen hij in 1916, midden in de Eerste Wereldoorlog, als soldaat werd ingezet aan het Franse en Belgische front. Na de wapenstilstand hervatte hij zijn studies als compositieleerling van Friedrich Klose, een leerling van Bruckner. Van 1920 tot 1924 werkte hij als repetitor aan de Bayerische Staatsoper te München, en assisteerde hij dirigenten als Bruno Walter en Hans Knappertsbusch. Daarna was hij Kapellmeister in Augsburg, maar zijn contract werd in 1931 wegens zijn joodse afkomst niet verlengd, en hij besloot te emigreren naar het Engelse kroonprotectoraat Palestina. Tijdens een verkennende tocht door dat land, in de zomer van 1933, veranderde hij zijn achternaam in Ben-Haim.

Toen hij zich eenmaal in Palestina gevestigd had, vond hij werk als begeleider van de Jemenitische volkszangeres Bracha Zefira (1910-90). Zefira was een beroemdheid die een beslissende invloed had op het culturele leven van het ontluikende Israel. Tussen 1939 en 1949 begeleidde Ben-Haim haar aan de piano en verzorgde de nodige arrangementen. De kennis die hij zo opdeed over de joodse volksmuziek van Jemen, Perzië, Arabië en Noord-Afrika was van grote invloed op zijn eigen ontwikkeling. Dat komt tot uiting in specifiek Midden-Oosters gekleurde modaliteiten, ornamentaties en andere semitische patronen en motieven.

De Eerste symfonie ontstond in opdracht van het in 1936 opgerichte Palestine Orchestra (vanaf 1950 het Israel Philharmonic Orchestra), waarin het uiteraard wemelde van uit Europa gevluchte joodse musici. Hij schreef het driedelige werk tussen 1939 en 1941, niet bepaald vrolijke tijden. Toch wilde de componist het werk uitsluitend als absolute muziek beluisterd hebben. Met de oren van nu horen we dat hij gelijk heeft, want zijn muziek blijkt een synthese van de heersende invloeden van zijn tijd, Sibelius, Hindemith, Weil en Bartók. Opvallend is dat hij in de Finale een Hora citeert, een Palestijnse dans die hij als zijn broekzak had leren kennen door de samenwerking met Bracha Zephira. In het tweede deel citeert hij een ander lied waarmee Zephira veel succes boekte; dat deel is onder de titel Psalm een succesvol eigen concertleven gaan leiden.

De cd opent met de discografische première van een werk uit 1931, twee jaar voor zijn emigratie: een symfonisch gedicht met de titel Pan, voor sopraan en orkest, op een Duitse tekst van Heinrich Lautensack, waarin natuur en liefde een hoofdrol spelen. Het is een driedelig werk waarin de instrumentatie invloeden van Debussy en Strauss vertoont, en de harmonische kleuring verwijst naar Mahler. Sopraan Claudia Barainsky heeft een grote reputatie opgebouwd in modern repertoire, maar haar stem is voor deze voluptueuze partituur niet echt het geschikte instrument; desondanks levert ze een bewonderenswaardige prestatie. In de Pastorale Variée voor klarinet en strijkorkest met harp uit 1948 is duidelijk te horen dat Ben-Haim inmiddels thuis geworden is in Israel. Het is een variatiewerk waarin het dromerige thema steeds wordt afgewisseld met klezmeriaanse variaties. Het wordt adembenemend mooi - fluisterende pianissimi - vertolkt door John Bradbury, soloklarinettist van het BBC Philharmonic.

Dit zijn zonder meer topuitvoeringen, de opname laat geen wens onvervuld en de zeer uitgebreide toelichting (40 pagina's E/D) is ruim voorzien van muziekvoorbeelden. In de tracklist staat bij de Eerste symfonie vermeld: edited by Maestro Lahav Shani; in de toelichting wordt daar niet nader op ingegaan.

Een schitterend debuut dat hoog gespannen verwachtingen oproept, niet alleen wat betreft het vervolg van de serie Music of Israel, maar ook over de samenwerking tussen de BBC Philharmonic en Omer Meir Wellber.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links