Opera en operette

Tweemaal Siegfried concertant

 

© Paul Korenhof, november 2023
Foto's: © Foppe Schut

Wagner: Siegfried
Clay Hilley (Siegfried), Ya-chung Huang (Mime), Iain Paterson (Der Wanderer), Craig Colclough (Alberich), Tobias Kehrer (Fafner), Gloria Rehm (Waldvogel), Judit Kutasi (Erda), Daniela Köhler (Brünnhilde)
Radio Filharmonisch Orkest
Dirigent: Karina Canellakis
Amsterdam (Concertgebouw), 25 november 2023

Wagner: Siegfried
Simon O'Neill (Siegfried), Peter Hoare (Mime), Michael Volle (Der Wanderer), Georg Nigl (Alberich), Franz-Josef Selig (Fafner), Danae Kontora (Waldvogel), Gerhild Romberger (Erda), Anja Kampe (Brünnhilde)
Symfonieorkest van de Bayerische Rundfunk
Dirigent: Sir Simon Rattle
BR Klassik 900211 (4 cd's)
Opname: München, 3 & 5 februari 2023

 

Toevallig dienden zich in één maand twee concertante uitvoeringen van Siegfried aan, beide met gerenommeerde radio-orkesten, de eerste op cd onder leiding van Simon Rattle, de tweede in de ZaterdagMatinee onder leiding van Karina Canellakis die na een eerste carrière als violiste zich op raad van Rattle op het dirigeren had toegelegd. Het leek mij wel aardig beide in een bespreking naast elkaar te leggen, waarbij ik wel moet opmerken dat ik de uitvoering onder Rattle slechts via de cd heb beluisterd, terwijl ik die onder Canellakis in het Concertgebouw heb bijgewoond.

Om te beginnen moet natuurlijk worden gesteld dat het in beide gevallen gaat om een totaal andere uitvoering dan Wagner voor ogen stond. Afgezien van de authentieke aspecten die meespelen als Kent Nagano in zijn Wagner-project bij dit werk is aangeland, zijn er hier verschillen die veel groter zijn en zelfs ingrijpender voor het karakter van de uitvoering. De NTR afficheerde het werk als de schepping van een 'dramatische symfonicus', en zo werd het inderdaad ook uitgevoerd, maar in feite zou de term 'symfonische dramaticus' beter op zijn plaats zijn geweest. Wagner schreef de muziek immers voor het te bouwen Festspielhaus in Bayreuth met een dermate verzonken orkestbak dat het orkest niet alleen onder het toneel terechtkwam, maar zelfs onzichtbaar werd voor het publiek.

Kristina Canellakis en Ya-chung Huang (Mime)

Akoestische problemen
Die situatie in Bayreuth, bewust gecreëerd voor Der Ring des Nibelungen, levert al een groot akoestisch verschil op met de weliswaar licht verzonken maar grotendeels open orkestbak in een traditioneel theater. In een concertzaal zijn de akoestische verhoudingen echter volledig tegengesteld aan die in Bayreuth. Met de plaatsing van de solisten vóór een 'open' en juist óp het podium opgestelde orkest blijft immers weinig over van Wagner's streven om de stemmen niet alleen goed hoorbaar te maken, maar vooral om hun tekst ook verstaanbaar te maken.

Onder akoestisch ideale omstandigheden zijn in Wagner's muziekdrama's niet alleen de woorden maar ook de door de zangers uitgedrukte emoties 'verstaanbaar'. Door de omvang van het orkest komt bij een concertante uitvoering vaak echter alleen de klank van de stemmen goed 'over het voetlicht' (en soms dat niet eens). Wordt zo'n uitvoering uitgezonden of voor de cd opgenomen, dan valt door de opnametechniek dit probleem natuurlijk grotendeels weg, hoewel een zanger die een groot orkest achter zich hoort (en weet dat hij daar overheen moet), onvermijdelijk tot een andere vertolking komt dan een zanger die voelt dat hij zelfs op halve kracht nog met gemak op de achterste rij verstaanbaar is.

Zowel bij Rattle als bij Canellakis drukte die situatie een stempel op de uitvoering, vooral doordat beide dirigenten Wagner's orkestrale grandeur zo goed mogelijk tot zijn recht wilden laten komen. Bij Rattle leidde dat tot een helder en ruimtelijk klankbeeld dat vooral aan het slot van het eerste bedrijf en in het voorspel, de brede strijkerspassages in de Erda-scène en het slot van het derde bedrijf doet denken aan cinemascope-effecten. (Eerlijkheidshalve moet ik daaraan toevoegen dat ik niet kan vaststellen in hoeverre de opname van de Bayerische Rundfunk hierin een rol speelt.)

Clay Hilley (Siegfried)

Feest van decibels
Ook Canellakis hield zich bepaald niet in en in de akoestiek van het Concertgebouw kwam zij tot een warmer en iets compacter resultaat dan Rattle. Met haar accentuering, het even aanhouden van een akkoord of een iets sneller diminuendo wist zij zowel de golfbeweging als de emotionele lading net iets sterker voelbaar te maken. Met een Radio Filharmonisch Orkest dat weer eens lekker mag uitpakken, leidde dat tot menig orkestraal overweldigend moment met als een hoogtepunt een machtig crescendo op het eerste grote C-akkoord bij Brünnhilde's ontwaken. Een feest van muzikale decibels en het publiek ging weer uit zijn dak. Hoe harder hoe beter, de huidige operaliefhebber vindt dat prachtig!

Ondertussen bleef van Siegfried als muziekdrama weinig over, ondanks het feit dat in het tweede bedrijf het orkestrale volume over het geheel toch iets lager lag. Ook daar gingen bij deze concertante uitvoering de golven nog steeds dermate hoog, dat de zangers weliswaar boven het orkest uit kwamen, maar regelmatig zonder echt verstaanbaar te zijn. Grote uitzondering: de sterfscène van de reus Fafner, de enige scène die - ook door de opstelling van beide zangers - uitmuntend verstaanbaar was zonder dat de solisten daarvoor moeite hoefden te doen. En het dient gezegd: met zijn volle, 'zwarte' timbre zette de bas Tobias Kehrer een Fafner neer zoals ik die lang niet meer gehoord heb!

Ondanks onmiskenbare pluspunten was het uiteindelijke resultaat weinig bevredigend en dat is jammer, vooral omdat de solisten mij over de hele linie meer aanspraken dan die van Rattle. Dat begon al met de titelrol, in München de kleurloze en bepaald niet jeugdig stralende Simon O'Neill, in klank eerder een Mime dan een Siegfried, tegenover in Amsterdam een stralender en schijnbaar onvermoeibare Clay Hilley, en het eindigde met de Brünnhilde van een vermoeid overkomende Anja Kampe tegenover een heldere, opmerkelijk meisjesachtig klinkende Daniela Köhler.

Daniela Köhler (Brünnhilde)

Ook de dunne, kleurloze Gerhild Romberger en de matig articulerende, weinig sprankelende Danae Kontora moeten hun meerderen erkennen in hun collega's in Amsterdam, waar Judit Kutasi met haar warme, volle mezzosopraan zonder meer een ideale Erda was en Gloria Rehm precies de lichte toets trof voor de Waldvogel. De Nibelungen waren echter evenwaardig bezet met in München de ervaren karaktertenor Peter Hoare en hier de superslank getimbreerde Ya-chung Huang, een acteur van de bovenste plank die ik onlangs al signaleerde in een dvd van de Meistersinger (klik hier). Op hetzelfde niveau opereerden Georg Nigel en Craig Colclough als Alberich, de eerste wat strakker van klank en sluwer in zijn karakterisering, de tweede in voordracht en kleuring meer wisselend (voor zover dat verstaanbaar was) en met een kwaadaardiger uitstraling.

Iain Paterson (Der Wanderer)

Der Wanderer
Een tegenvaller bij Rattle is de Wanderer van Michael Volle. Het Beierse orkest gaat er vaak voluit tegenaan en Volle volgt dat voorbeeld met veel vocaal volume. Dat verbaast mij, zowel van Volle als van Rattle. Je zou denken dat tenminste een van die twee meer gevoel voor het dramatische aspect aan de dag moest leggen. De scène van de Wanderer en Mime is geen zangwedstrijd in een arena, maar een quasi gezellige theevisite, waarin bij een zekere conversatietoon humor en ironie moeten doorklinken, en in de scène van de Wanderer met Erda buldert Volle zijn tegenspeelster toe als een generaal die zonder microfoon zijn troepen toespreekt.

De basbariton Iain Paterson was in Amsterdam vocaal de mindere van zijn Duitse collega, maar probeerde wel meer van zijn rol te maken, zowel van die twee scènes als van de dialoog met Alberich in het tweede bedrijf. Alleen werkte juist in de scènes van de Wanderer, en vooral in de raadselscène met Mime de 'symfonische' aanpak van Canellakis heel sterk door, dus veel van Paterson's goede bedoelingen waren boter aan de galg gesmeerd. Concertante uitvoeringen zijn een groot goed, zeker in een wereld waarin de opera het steeds moeilijker heeft, en waarin de theaters geterroriseerd worden door regisseurs die meer van een 'concept' dan van het werk uitgaan. Maar of een uitvoering op deze manier recht doet aan een werk als Siegfried, is zeer twijfelachtig.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links