CD-recensie

Kapitale Falstaff uit Glyndebourne

 

© Paul Korenhof, oktober 2011

 

 

Verdi: Falstaff

Geraint Evans (Falstaff), Ilva Ligabue (Alice), Anna Maria Rota (Meg), Oralia Dominguez (Mrs Quickly), Sesto Bruscantini (Ford), Mariella Adani (Nannetta), Juan Oncina (Fenton), Hugues Cuénod (Caius), Mario Carlin (Bardolfo), Marco Stefanoni (Pistola)
The Royal Philharmonic Orchestra o.l.v. Vittorio Gui

Glyndebourne GFOCD 012-60 (2 cd's)

Opname: Glyndebourne Opera House, juni 1960


De Welshman Geraint Evans, later terecht verheven tot Sir Geraint Evans (1922-1992), maakte zijn debuut in Glyndebourne in 1950 als Guglielmo in Così fan tutte, de eerste van een reeks Mozart-vertolkingen waarmee hij daar zijn naam zou vestigen. De werken van het Salzburger genie zouden vanaf dat moment een van de pijlers onder zijn internationale carrière blijven en uiteindelijk ook tot zijn enige optreden in Nederland leiden. Tijdens het Holland Festival 1965 stond hij namelijk opeens als Leporello op het toneel van de Koninklijke Schouwburg in Den Haag als invaller voor een zieke collega. Zijn kleurrijke kostuum viel volledig uit de toon in het grauwe geheel van deze beruchte Don Giovanni die uiteindelijk het vertrek van Carlo Maria Giulini uit de opera zou inluiden, maar die avond veerde de rijzige Italiaanse dirigent merkbaar op…

Zijn grootste succes in Glyndebourne werd echter de titelrol in Verdi's Falstaff, een rol die hij daar voor het eerst zong in 1957, nadat hij aanvankelijk geëngageerd was geweest als Ford tegenover de Falstaff van Fernando Corena in 1955. Tot zijn grote spijt moet hij die rol teruggeven omdat de tessitura net iets te hoog voor hem lag, maar iedere medaille heeft een keerzijde: juist daardoor kon hij later vocaal en interpretatief uitgroeien tot misschien wel de meest complete Falstaff na Mariano Stabile.
Meteen al bij zijn eerste voorstelling, gedirigeerd door Vittorio Gui, in Glyndebourne de opvolger van Fritz Busch en een specialist waar het Mozart, Rossini en het overige Italiaanse repertoire betrof, werd Evans bejubeld om zijn gevoel voor humor, zijn acteren, zijn timing en vooral het vocale meesterschap waarmee hij iedere frase tot leven wist te brengen. (Alleen het falset in de frase 'Io son di Sir John Falstaff' leverde hem altijd problemen op, maar in het theater wist hij zelfs dat komisch uit te buiten.) Speciale lof werd hem daarnaast toegezwaaid om zijn heldere dictie die inderdaad ieder woord, iedere lettergreep verstaanbaar maakt.

Al die kwaliteiten werden voor een wereldwijd publiek evident toen hij zijn glansrol in 1963 in Rome mocht vastleggen onder Sir Georg Solti, maar uit de archieven van Glyndebourne is nu een opname opgedoken uit 1960, die hem in de intimiteit van het oude theater laat horen met een aantal van de mensen met wie hij daar zijn grootste triomfen deelde. Daarbij zijn dan de onnavolgbare Mrs Quickly van de Braziliaanse Oralia Dominguez (wat heerlijk weer eens een echte alt te horen!) en de sterk gekarakteriseerde Ford van Sesto Bruscantini, een andere in Glyndebourne gevierde Mozart-specialist die later zelf eveneens tot een kapitale Falstaff zou uitgroeien.
Speciale aandacht verdient de Alice van Ilva Ligabue, de grote specialiste voor die rol, die wij hier leerden kennen tijdens het Holland Festival in een uitvoering onder Giulini, die gelukkig voor het nageslacht bewaard is gebleven in de KCO-box 1960-1970. Later zouden wij hier onder meer horen als Donna Elvira in de reeds gememoreerde Don Giovanni uit 1965 en ook stond zij tegenover Evans bij zijn opname onder Solti, maar verder zijn er opvallend weinig opnamen gemaakt van deze Italiaanse sopraan. (Verzamelaars zullen zich overigens een lp met hoogtepunten uit Falstaff onder Edward Downes herinneren, gemaakt kort na de voorstellingen onder Giulini tijdens het Holland Festival 1963 en met vrijwel dezelfde bezetting.)

In de overige rollen horen we de onvergelijkelijke Hugues Cuénod als Dokter Caius (een frase in de eerste scène komt overigens niet helemaal goed door, wellicht omdat hij even zijn tekst kwijt is), Juan Oncina, een andere 'vaste' Glyndebourne-solist als Fenton, de ondergewaardeerde Mariella Adani als Nannetta en Anna Maria Rota als een goede Meg Page. Het verbale vuurwerk van de twee knechten van Falstaff is gelukkig in Italiaanse handen bij de bas Marco Stefanoni en de tenor Mario Carlin, die hier onder Giulini als Caius te horen was
Vittorio Gui dirigeert met het gevoel voor detail dat we uit zijn overige opnamen uit Glyndebourne kennen, maar ook hier neemt hij af en toe het tempo naar mijn smaak net iets te bedachtzaam. Datzelfde gevoel gaf hij mij eerder in zijn commerciële opnamen van Le nozze di Figaro en Il barbiere di Siviglia, en ik heb nooit kunnen achterhalen of dat een artistieke benadering was of souplesse ten opzicht van een van de solisten.

De mono-opname is afkomstig van een in Glyndebourne door 'huistechnicus' John Barnes gemaakte band, waarvoor wij niet dankbaar genoeg kunnen zijn. De klank is aan de droge kant en hier en daar ietwat korrelig als gevolg van de kwaliteit van de inmiddels vijftig jaar oude banden, maar helderheid en dynamiek, beide zo belangrijk bij deze partituur, laten naar verhouding weinig te wensen over. De timbres van solisten en orkest komen bovendien voller en aanmerkelijk natuurlijker over dan in een andere, eveneens verkrijgbare maar kennelijk zwaar gefilterde live-opname uit dat jaar (met ten dele een andere bezetting).
Een foto van Geraint Evans als de dikke ridder siert natuurlijk de voorkant van deze uitgave, maar de samensteller van het boekwerkje verdient om zonder eten naar bed te worden gestuurd. In het boekje vinden we namelijk wel pontificale foto's van Sesto Bruscantini als Ford (terecht), Mariella Adani als Nannetta (begrijpelijk) en Ana Maria Rota als Meg Page (vreemd…), maar van hoofdrolspeelster Ilva Ligabue (Mrs Ford) en haar handlangster Oralia Dominguez (Mrs Quickly) ontbreekt echter ieder spoor…


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links