CD-recensie

Scarlatti's vocale diamanten

 

© Paul Korenhof, november 2015

 

Con eco d'amore - Arias from operas and cantatas

A. Scarlatti: Griselda 'Figlio! Tiranno ! O Dio!' - Endimione e Cintia 'Se geloso è il mio core' - Non so qual più m'ingombra 'Nacque, col Gran Messia ' - Eraclea 'A questo nuovo affanno' - La Santissima Vergine des Rosario 'Mentre io godo in dolce oblio' - Correa nel seno amato 'Ombre opach e' - Erminia 'Qui, dove al germogliar . . . Torbido, irato e nero ' - Arie son tromba sola 'Con voce festiva' - Mitridatde Eupatore 'O vane speme . . . Cara tomba del mio diletto' - 'Esci omai' - 'Dolce stimolo al tuo bel cor' - Tigrane 'Sussurrando il venticello' - Scipione nelle Spagne 'Ergiti, Amor, su I vanni' - Venere, Amore e Ragione 'D'amor l'accesa face' - La Statira 'Io non son di quell campioni' - A battaglia, pensieri Sinfonia - 'A battaglia'

Elizabeth Watts (sopraan), Mark Bennett (trompet), Huw Daniel (viool), The English Concert o.l.v. Laurence Cummings 

Harmonia Mundi HMU 807574 (sacd)

Opname: Londen, november 2014  

   

Onder de titel Con eco d'amore - Arias from operas and cantatas presenteert Harmonia Mundi ruim zeventig minuten muziek van naar verhouding de meest verwaarloosde componist uit de hele barok. De afgelopen decennia hebben we opera's moeten aanhoren van de meest obscure notenvinders uit die periode, onder wie heel wat knutselaars en frutselaars, maar van Alessandro Scarlatti, de man die in feite aan de wieg stond van de 'Napolitaanse opera' en daarmee van de hele 18de-eeuwse opera seria, hoorden we nauwelijks iets.
De reden voor die verwaarlozing kan zijn dat hij in tegenstelling tot zijn bekendere zoon Domenico nauwelijks instrumentale muziek heeft geschreven. Daardoor drong hij maar moeilijk door tot de wereld van de juist overwegend instrumentale barokspecialisten die ook voor de herontdekking van veel opera's verantwoordelijk waren. Ten onrechte en niet alleen omdat vader Scarlatti zo'n belangrijke plaats in de operageschiedenis heeft ingenomen. Veel van wat ik tot nu toe van zijn muziek gehoord heb, sla ik beslist hoger aan dan de soms ontstellend slaapverwekkende opera's van menige componist uit de periode na hem.

Een pleidooi voor deze componist moet dus van de vocale kant komen en gelukkig betoont de Engelse sopraan Elizabeth Watts zich een enthousiaste en overtuigende advocate. Met haar warme sopraantimbre, haar uitstekende techniek en een bescheiden, fraai gedoseerd vibrato is zij een breed repertoire uit de barokperiode op haar plaats. Hooguit zou haar dictie nog iets helderder kunnen, maar haar grootste troef is haar voordracht die meteen in de eerste aria, afkomstig uit de opera Griselda (1721), de aandacht naar vertolking trekt. Daar kan zij ook al iets van haar virtuositeit laten horen en vervolgens steekt zij dan in een fragment uit Endimione e Cintia (1705) - in een minutieus uitgevoerd duet met trompettist Mark Bennett - een verbluffend vocaal vuurwerk af. Precies op tijd komt echter de derde track met een aria uit de cantate Non so, qual più m'ingombr a (1716) die laat horen hoe intens en overtuigend diezelfde Elizabeth Watts kan klinken in lange, ingetogen lijnen.
Mijn laatste dosis afstandelijkheid, zo die er nog was, viel weg toen ik hoorde hoe zij weet om te gaan met dynamische schakeringen. Zo produceert zij soms bloedmooie pianissimo's die bij een schijnbaar grote breekbaarheid toch altijd nog de kleuring van een gezonde ademsteun blijven behouden. Slechts een enkele keer, bijvoorbeeld in haar duet met de viool van Huw Daniel in 'Esci omai' uit Mitridate Eupatorte (1715) krijg ik de indruk dat haar stem licht onder spanning staat en dat haar hoogte opeens niet helemaal vrij is, maar dat zijn minuscule details.

Louter technisch voldoet Elizabeth Watts niet helemaal aan de enorme eisen die deze muziek uit de beginperiode van de extreem virtuoze 'Napolitaanse opera' stelt, maar wie doet dat wel? Deze zangstijl eist zangers uit een wereld die niet meer bestaat en die natuurlijk ook nooit meer terugkomt. Helaas denken maar al te veel specialisten op dit terrein, ook onder de critici, dat deze zangstijl weer tot leven kan worden gebracht door zangers die zich ontwikkelen tot vocale machines die inderdaad alle nootjes 'volgens het boekje' kunnen laten klinken. Ook toen ging het niet puur om de noten, maar ook toen dienden die uiteindelijk toch als dragers van de woorden en als uiting van sferen en gevoelens (de 'Affekten'). De combinatie van dit nog altijd verwaarloosde repertoire, de stem van Watts en haar overduidelijke vreugde in het zingen maken dit tot een juweel van een recital dat mede door de afwisseling (delen uit opera's en cantates plus concertaria's) een fraai muzikaal portret biedt van Scarlatti senior.

Kennelijk had Scarlatti senior behalve voor de menselijke stem trouwens ook een zwak voor de trompet, die hier maar liefst drie keer een duet met de sopraan mag aan gaan. Watts en trompettist Mark Bennett worden daarbij alert hoewel niet altijd 'dramatisch' begeleid door Laurence Cummings en The English Consort. Bij het beluisteren van dit waardevolle eerbetoon aan een nog altijd ondergewaardeerde componist werkt ook de heldere, net niet te ruimtelijke opname positief mee. Wel kan verwarrend werken dat de schuifhoes rond het cd-doosje een andere volgorde aangeeft dan we op de cd horen.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links