CD-recensie
© Paul Korenhof, augustus 2023 |
Een nieuwe opname, misschien zelfs de eerste officiële, was onderhand wel nodig. Mij was in ieder geval alleen een lp uit het grijze circuit bekend (MRF-62-S) met een opname van de Italiaanse radio uit 1968. Die uitvoering met de bas Plinio Clabassi was prima, maar de klank was niet bepaald opwindend en op dat punt scoort deze cd, opgenomen tijdens het Rossini Festival van vorig jaar, natuurlijk beduidend hoger. Als het erop aankomt komt, prefereer ik echter de uitvoering uit 1968, al moet ik eerlijk toegeven dat ik ondanks mijn bewondering voor Rossini niet bepaald om een opname zat te springen. Edipo a Colono is geen opera, geen cantate, sterker nog: het is zelfs geen afgerond werk. Toen de dichter Giovanni Battista Giusti ergens tussen 1813 en 1816 een nieuwe vertaling had gemaakt van Sophokles' Oidipous in Kolonos, vroeg hij Rossini die van muziek te voorzien in een combinatie van getoonzette tekst en toegevoegde toneelmuziek. Weliswaar stemde Rossini toe, maar toen puntje bij paaltje kwam, had hij natuurlijk geen tijd; het waren de jaren van de Italiana, de Barbiere en de Cenerentola. Uiteindelijk kwam het erop neer dat Rossini een sinfonia en een interludio schreef, negen fragmenten op muziek zette als accompagnato recitatieven en twee monologen van Oidipous uitwerkte tot korte aria's met in de eerste een aandeel voor het koor. Het schijnt dat hij daarna collega's gevraagd heeft de lacunes in te vullen, maar tot een uitvoering is het niet gekomen en de partituur verdween tot 1843 onder het stof. Ook daarna is het werk door het fragmentarische karakter en de noodzakelijke verbinding met Sophokles' tragedie zelden of nooit uitgevoerd. Deze nieuwe opname uit Pesaro stamt dan ook van een 'kale' concertante uitvoering, puur voor de curiositeit en omdat het Rossini Festival natuurlijk iedere noot van Rossini ooit eens uitgevoerd wil hebben. Deze cd moeten we dan ook vooral zien als een aanvulling van het repertoire en hooguit een must voor wie echt alles van Rossini in zijn verzameling wil hebben. Graag had ik besloten met de mededeling dat de uitvoering ook artistiek iedere volgende overbodig zou maken, maar zo ver kan ik helaas niet gaan. Koor en orkest klinken uitstekend, maar de directie van Fabrizio Ruggero mist pit en de op zich welluidende bas van Nahuel Di Pierro wordt ontsierd door een wat al te extraverte benadering die nog wordt versterkt door momenten met een zwak tremolo. De cd van nog geen drie kwartier gaat vergezeld van een boekje met een uitgebreide toelichting in vier talen, maar de zangteksten zijn uitsluitend in het Italiaans afgedrukt. Voor een biografie van de solist wordt (bij de Duitse en de Italiaanse tekst) verwezen naar diens website. index |
|