CD-recensie

 

© Maarten Brandt, september 2007

 

Mozart: Symfonie nr. 38 in D, KV 504 (Praagse)  - Symfonie nr. 41 in C, KV 551 (Jupiter).

Freiburger Barockorchester o.l.v. René Jacobs.

Harmonia Mundi HMC901958 • 69' •

   

Dit is zo'n cd die je meteen opnieuw opzet om te controleren of je het allemaal wel goed hebt gehoord. Staan die geraffineerde instrumentale en ritmisch hoogstandjes wel in deze overbekende Mozart-partituren? Want wat René Jacobs in zijn baanbrekende interpretaties van zowel de Praagse als de Jupiter-symfonie boven water weet te krijgen, grenst aan het ongelooflijke. En toch: de  partituren geven hem van A tot Z gelijk. De paradox van deze door het Freiburger Barockorchester superieur gerealiseerde en hyperdramatische vertolkingen schuilt in de omstandigheid dat er weinig uitvoeringen zijn te bedenken die historiserender zijn dan deze en die tegelijkertijd het compromisloos moderne van Mozarts geniale muziek zo ongenaakbaar tot zijn recht laat komen. Om maar eens een detail te noemen, de wijze waarop vlak voor de recapitulatie van het langzame deel uit de Jupiter de hoorns er uitspringen, snijdt onbarmhartig door de ziel. Ook al omdat het akkoord in kwestie door de pianoforte in het orkest (een praktijk die in Mozarts tijd niet ongebruikelijk was) subtiel maar duidelijke hoorbaar van extra reliëf wordt voorzien.

Voor de aardigheid ter vergelijking eens de oude legendarische Josef Krips-opname met het Koninklijk Concertgebouworkest uit 1972 (Philips) erbij gehaald, en wat blijkt? Daar vallen die hoorns (hoewel best hoorbaar, daar niet van) nauwelijks op, omdat daar niet zozeer de gebrokenheid van deze handenwringend tragische muziek wordt benadrukt, als wel de melodische continuïteit. En dat brengt ons op het bijzondere van Jacobs Mozart-visie, die kan worden omschreven als zijnde gericht op het doorhoorbaar maken van de structuur in al haar gelaagdheid. Met andere woorden, dit zijn bij uitstek 'verticale' verklankingen, die duidelijk maken dat onder de - althans cosmetisch geredeneerd - liefelijke kant van de aardkorst van Mozarts landschap een ongelooflijke tektonische activiteit heerst. Zozeer zelfs dat het geheel zich laat beluisteren als een dikwijls genadeloze confrontatie tussen vlakken, blokken en lijnen. Door Jacobs bespeurt men opeens verbanden tussen enerzijds de finales van de Jupiter en Bruckners Vijfde symfonie en anderzijds de Orchestervariationen van Schönberg.

Over de uitvoering van de Praagse symfonie (waarin niet alleen de na-echo's van Don Giovanni haarscherp overkomen, maar de verwijzingen naar Le nozze di Figaro me veel sterker opvielen dan in onverschillig welke andere registratie van dit werk) eveneens niets dan lof. Overbodig te zeggen dat Jacobs en de zijnen in beide symfonieën alle voorgeschreven herhalingen respecteren. De opname is in de positieve zin des woords droog en optimaal doorzichtig, zodat alles tot op de vierkante millimeter is te volgen.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links