CD-recensie

 

© Maarten Brandt, oktober 2016

 

Bruckner: Symfonieën nr. 1-9

Symfonie nr. 1 in c (Linzer versie 1865-66, editie Leopold Nowak) - Symfonie nr. 2 in c (tweede versie 1877, editie Leopold Nowak) - Symfonie nr. 3 in d (tweede versie 1877, editie Leopold Nowak) - Symfonie nr. 4 in Es 'Romantische' (originele versie 1878/80, editie Leopold Nowak) - Symfonie nr. 5 in Bes (originele versie 1875-76, editie Leopold Nowak) - Symfonie nr. 6 in A (originele versie 1881, editie Leopold Nowak) - Symfonie nr. 7 in E (originele versie 1881-83, editie Leopold Nowak) - Symfonie nr. 8 in c (tweede versie 1890, editie Leopold Nowak) - Symfonie nr. 9 in d (originele en onvoltooide versie 1887-96, editie Leopold Nowak)

Radio Filharmonisch Orkest o.l.v. Jaap van Zweden

Challenge Classics CC72702 (11 sacd's)

Opname: MCO, Studio 5, Hilversum,  april 2006 - juni 2013

www.jaapvanzweden.com

www.radiofilharmonischorkest.nl

www.challengerecords.com

 

Alle afzonderlijke afleveringen van deze spraakmakende en superieur vastgelegde Bruckner-cyclus van het Radio Filharmonisch Orkest onder leiding van zijn vorige chef-dirigent Jaap van Zweden zijn door collega Aart van der Wal en ondergetekende besproken. Ze verschenen bij achtereenvolgens twee verschillende maatschappijen, namelijk op het Japanse Exton- en het Nederlandse Challenge label. Ondergetekende heeft in een van zijn besprekingen van onderdelen van deze set dan ook hevig gepleit voor het uitbrengen van de negen symfonieën in een doos. Dat is hierbij dus een feit en iets om zeer dankbaar voor te zijn, ook al is het jammer dat zowel de Nulde symfonie als de realisatie van de finale uit de Negende van Benjamin-Gunnar Cohrs cum suis ontbreken.

Ruimte
Nieuw voor mij waren nog de vertolkingen van de Tweede en Zevende symfonie die echter het algehele beeld van Van Zweden als Bruckneriaan in hart en nieren op en top bevestigen. Neem de magische inzet van het eerste deel van laatstgenoemd werk, waarin zonder dat het tempo traag en laat staan: slepend verloopt, meteen de impressie van een enorme ruimte wordt opgeroepen en de overgangen tussen de zinnen van de immense eerste themagroep op een werkelijk adembenemende wijze hun beslag vinden. Dit middels nauwelijks waarneembare maar tot in de kern van de lever voelbare subtiele rubati. Echt op een manier die kenmerkend is voor de waarlijk groten op dit terrein en waarbij Van Zweden zich met het grootste gemak kan handhaven temidden van de grote maestri onder wie hij dit repertoire als eerste concertmeester van het Koninklijk Concertgebouworkest bij herhaling heeft gespeeld: Haitink, Jochum, Sanderling en Giulini. Een groter compliment kan ik deze ondertussen in New York aangetreden chef met de beste wil van de wereld niet maken. Ook tijdens het adagio (met bekkenslag) worden de spanningsbogen naadloos doorgetrokken, terwijl men gedurende de eigenlijke treurmuziek in de coda van dit deel (wat een prachtige sonoriteit bij de Wagnertuba's) - het befaamde in memoriam voor Richard Wagner - de ogen nauwelijks droog kan houden. In de Tweede symfonie is het niet anders, waarbij in zoverre een link met de Zevende symfonie bestaat aangezien ook hier in het openingsdeel van een breedgewelfde en zeer uitgebalanceerde eerste themagroep sprake is die ook in dit geval onder Van Zweden magnifiek vleugels krijgt. Van een speciale bekoring geeft Van Zwedens lezing van het langzame deel blijk, waarin hij sterker dan de meeste van zijn collega's de melancholieke inslag voor het voetlicht weet te krijgen.

Warmte
Wat bovenal opvalt - en dit is onverkort voor elke opname uit deze reeks van toepassing (het feit dat er met verschillende teams is gewerkt, doet aan die indruk geen enkele afbreuk en dat is een prestatie op zich!) - is de fraaie ruimtelijke definitie van de klank, gekoppeld aan een enorme warmte in het laag (contrabassen, diepere liggingen van het koper) en een hoge graad van transparantie, met als gevolg dat deze cyclus niet in de laatste plaats ook in termen van weergavekwaliteit tot de allerbeste uit de catalogus behoort. Het Radio Filharmonisch Orkest - ik schreef dit al eerder maar herhaal het ten overvloede graag nog eens - etaleert daarbij onafgebroken een spelkwaliteit en klankcultuur waardoor het in dit repertoire moeiteloos overeind blijft naast het KCO (de opnames onder Chailly die dit gezelschap van Bruckners symfonieën voor Decca optekende, verbleken eenvoudig tegen wat het technische team hier met Van Zweden en het RFO heeft klaargespeeld).

Smet
Helaas werpt de presentatie een behoorlijke smet op het geheel. Niet alleen ontbreken in het boekje de oorspronkelijke Nederlandse versies van de - voorbeeldige - toelichtingen van collega Van der Wal, waarvan wel de afzonderlijke cd-uitgaves vergezeld gingen, de Engelse vertalingen leunen bij vlagen vervaarlijk dicht tegen het niveau van "Make that the cat wise" aan: kennelijk heeft er - om de zaak maar zo snel mogelijk uit te brengen - geen deugdelijke correctieronde plaatsgevonden. Eigenlijk onvergeeflijk. Zeker bij een uitgave als de onderhavige, immers een belangrijk internationaal visitekaartje uit een land, dat de Brucknercultuur ondubbelzinnig hoog in het vaandel heeft staan en waarvan deze sublieme registraties in alle toonaarden getuigen.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links