CD-recensie
© Kees de Leeuw, juli 2023 |
Henrik Melcher Melchers (hij werd in 1882 in Stockholm geboren als Henrik Melcher Svensson) groeide op in een gezin waar de muziek niet centraal stond. Toch ging hij op 14-jarige leeftijd naar het conservatorium in Stockholm. Hij studeerde af als muziekdocent en werd later opgeleid tot violist en kerkmusicus, terwijl hij ook compositielessen nam. Voor de huiselijke kring componeerde hij liederen die hij opdroeg aan zijn broers en zussen. Hij werd violist in verschillende orkesten. In 1905 vertrok hij naar Brussel waar hij directielessen kreeg en belandde uiteindelijk in Parijs waar hij vele jaren woonde. Hier wijdde hij zich aan de beeldende kunst en aan de muziek. Hij ontmoette er kunstenaars van naam zoals Pablo Picasso, Leo Trotski, Guillaume Apollinaire en Henri Matisse. Het was Matisse die een schets van Melchers maakte
Melchers verdiende de kost als pianoleraar en musiceerde onder meer met andere Zweedse musici die in Parijs verbleven. Van 1908 tot 1912 studeerde hij compositie. Zijn voornaamste leraar was George Casadesus in wiens compositieklas slechts weinig buitenlanders werden toegelaten. Hij kreeg al spoedig na zijn studie de opdracht tot het componeren van een cantate voor een inwijding van een nieuwe kerk in Parijs. Misschien nog belangrijker was dat hij via zijn studie Germaine Tailleferre, later lid van Les Six, leerde kennen en via haar ook Erik Satie. Melchers had intussen zijn naam veranderd in Melcher Melchers. In Montparnasse, een plek waar uitvoeringen van klassieke muziek tamelijk ongewoon waren, organiseerde hij klassieke concerten als artistiek leider van het in 1916 opgerichte gezelschap Lyre et Palette. Aanvankelijk werd vooral muziek van de Weense klassieken uitgevoerd, maar al spoedig klonken er ook werken van Grieg, Sibelius, Ravel en Satie. Het lijkt ook logisch dat Melchers af en toe zijn eigen werk programmeerde. Volgens het cd-boekje deed hij dit niet, volgens een biografie op een webpagina - samengesteld door onder meer de Koninklijke Zweedse Academie van Muziek - deed hij dit wel. De naam van Melchers wordt niet of nauwelijks genoemd in de geschiedschrijving van het gezelschap dat al in 1919 ophield te bestaan. Het is verleidelijk om te denken dat dit voor Melchers de aanleiding was om terug te gaan naar Stockholm, maar hij bleef - in tegenstelling tot de meeste andere buitenlanders - tijdens de gehele Eerste Wereldoorlog toch in Frankrijk bleef wonen. Nog voordat hij in 1925 een baan bij het conservatorium in Stockholm kreeg aangeboden volgde hij zelf nog directielessen in Brussel. In 1921 trouwde hij in Amsterdam met de Nederlandse pianiste Henriette Hartog (1891-1971), Engelse van geboorte en dochter van de dirigent Hendrik (Henri) Hartog. Hij droeg zijn tweede (tevens laatste) pianoconcert 1931) aan haar op. Het was waarschijnlijk zijn laatste compositie. Melchers had zich tot het uitbreken van de Grote Oorlog zich vooral gericht op liederen en pianomuziek. In 1914 schreef hij zijn eerste orkestwerk, een Zweedse rapsodie en een Poème voor viool en orkest. Later volgden nog een vioolconcert, twee pianoconcerten en vier orkestwerken. Het schilderij La Kermesse met feestvierende boeren op een Vlaams dorpsfeest (of bruiloft) van Rubens inspireerde Melchers in 1920 tot een soms ‘wilde' en uitbundige maar bovenal vrolijke compositie, een symfonisch gedicht dat duidelijk zijn wortels heeft in de negentiende-eeuwse traditie.
De elegie die hij een jaar eerder componeerde ter nagedachtenis aan zijn overleden moeder is uiteraard totaal anders van sfeer: triest en berustend, maar niet sentimenteel. In beide composities toont Melchers dat hij veel oor had voor de karakteristieke klankeigenschappen van het instrumentarium. Soms lijkt er weinig samenhang maar Melchers bracht alles weer samen tot een keurig geconstrueerd geheel. Hoewel de componist openstond voor hedendaagse componisten noemde hij Franck als zijn inspiratiebron. Op het conservatorium waren er studenten die Melchers te behoudend vonden en daarom voor Hilding Rosenberg (1892-1985) als docent kozen. De voorliefde van Helmers voor Franse muziek werd ook niet altijd begrepen en gewaardeerd. Melchers werd in 1932 lid van de Koninklijke Zweedse Academie van Muziek en mocht hij drie jaar later een onderscheiding in ontvangst nemen. Wat evenwel niet wegnam dat zijn werk door de tijd was ingehaald en hijzelf te bescheiden of te teruggetrokken was om zijn werk onder de aandacht te brengen. Daardoor raakte hij snel in de vergetelheid. Hij overleed in 1961. Mooi dat het label Ondine Melchers weer onder de aandacht brengt. De kwaliteiten van het Zweedse orkest uit Gävle zijn betere dan ik eigenlijk verwachtte, wat tevens geldt voor de prestaties van de individuele orkestleden. Blijkbaar was de samenwerking met de inmiddels vertrokken chef-dirigent Jaime Martin succesvol. De registratie is eveneens zeer geslaagd. index |
|