![]() CD-recensie
© Kees de Leeuw, april 2014
|
De naam van de in Berlijn geboren Paul Graener (1872-1944) kwam ik geregeld tegen toen ik het leven en vooral het werk van de dirigent Paul van Kempen bestudeerde en beschreef. Laatstgenoemde was vooral actief tijdens de naziperiode in Duitsland en zette frequent werk van Graener op de lessenaar. Ondanks het feit dat er toch nog geen of amper cd's met orkestrale muziek van Graener beschikbaar waren werd hieruit duidelijk dat de componist geen vernieuwer was, én evenmin tegenstander van het nationaalsocialisme. Dat deze veronderstellingen kloppen blijkt uit de muziek en het tekstboekje. Graener had jaren lang juist groot profijt van zijn politieke voorkeur, tot hij zich in 1941 - na al eerder twijfels te hebben getoond - zichtbaar begon te distantiëren van de nazi's toen hij terugtrad als vicepresident van de Reichsmusikkammer. Zijn verleden zal wel de reden zijn geweest dat hij tot voor betrekkelijk kort werd genegeerd door cd-maatschappijen. Gelukkig is daar nu verandering ingekomen want zijn composities zijn voor liefhebbers van neoromantiek absoluut de moeite waard. Het label CPO bracht na een cd met de pianotrio's nu een tweede cd met orkestwerken uit, nadat het label Sterling ook al een cd met symfonische werken uitbracht. De symfonie is gevarieerd. In het eerste deel overheerst de dreiging met dreunend slagwerk en schetterende trompetten, hoewel het met ijle strijkers bijna etherisch begint en je onwillekeurig denkt aan sommige composities van Arvo Pärt. Het tweede deel klinkt Mahleriaans schrijnend, waarbij je als het ware het verdriet van de componist bijna tastbaar voelt. In het derde en afsluitende deel is er een afwisseling van tederheid en energie. Een erg mooie symfonie die verdient gehoord te worden. De orkestsuite Aus dem Reiche des Pan is een bewerking van een vierdelige compositie voor piano. Het is een beschrijving van de bosgod Pan die respectievelijk droomt in de maannacht, zingt over de liefde en jaloezie, danst en een wiegenlied voor de wereld zingt. De compositie toont een voor mij minder bekende kant van Graener, de pur sang Duitse componist beïnvloed door het impressionisme. Paradoxaal genoeg ligt tegelijkertijd de, volgens het stereotype, Duitse pompeusheid op de loer. Variationen über Prinz Eugen werd gecomponeerd voor de Reichsmusiktage in 1939 als opmaat voor de afsluitende speech van Joseph Goebbels. De melodieuze muziek doet denken aan die van Richard Strauss, maar de meer heroïsche wat pompeuze gedeeltes zouden kunnen zijn geïnspireerd door Elgar. De variaties op een volkslied gelardeerd met marsmuziek en wars van vernieuwingen moet de Duitse machthebbers zeker hebben aangesproken. Los van de context en afgezien van de bombast vind ik het ook nu nog een aansprekende compositie. Het orkest en zijn dirigent zullen niet snel tot de wereldtop worden gerekend, maar zijn zeer verdienstelijke pleitbezorgers van deze ten onrechte vergeten muziek. index |
|