CD-recensie

 

© Jan de Kruijff, oktober 2006

 

Rossini: Péchées de ma vieillesse, deel 7: Album de château (band 8, nr. 5-12).

Paolo Giacometti (piano).

Channel Classics CCS SA 24106 • 75' • (sacd)

 

 

 


In de lopende, aan Rossini's oudedagszonden' gewijde serie van Giacometti, is dit de zevende bijdrage. De moeilijkheid bij het samenstellen van z'n serie is, dat de ruim negentig over 14 banden verdeelde stukken zich gezien hun per band te lange speelduur niet of nauwelijks handig over een reeks cd's laten verdelen. Plezierig is wel, dat Giacometti zo logisch als maar mogelijk richt op band na band. Pianisten als Irmer (MDG) en Sollini (Chandos) vullen hun plaatjes met tamelijk willekeurig aandoende selecties uit de betreffende banden.

Het eerste viertal stukken uit band 7 maakte al deel uit van de zesde cd in deze reeks: in deel 6 (CCS SA 22705). Hier volgen dus de nrs. 5 'Prélude prétentieux', 6 'Spécimen de mon temps', 7 'Valse antidansante', 8 'Prélude semipastorale', 9 'Tarantelle pur sang (avec traversée de la procession), 10 'Un rêve, un espoir', 11 'Prélude soi-disant dramatique' en 12 'Spécimen de l'avenir'.

Giacometti bespeelt opnieuw de in goede conditie verkerende Erard vleugel uit 1858 die ietsje vroeger werd gebouwd dan deze werkjes ontstonden. Rossini zelf moet een vaardige pianist zijn geweest met een licht toucher en een voorliefde voor ongebruikelijke vingerzettingen en het is wat dat betreft vreemd dat niet meer hedendaagse pianisten zich tot dit repertoire voelden aangetrokken. Maar nu wordt die schade ingehaald door drie pianisten met naast Giacometti Stefan Irmer (MDG, inmiddels ook bij deel 7) en de net begonnen Marco Sollini (Chandos).

Wat Sollini verder tot stand brengt, is nog onduidelijk. Zijn aanpak is de meest virtuoze, afgaande op zijn eerste tweetal opnamen. Irmer met zijn Steinway is subtieler, gedifferentieerder, contrastrijker en Giacometti is natuurlijk om te beginnen naar de klank gemeten het authentiekst. Beiden vullen elkaar fraai aan. Binnen de passende, maar enigszins beperkende mogelijkheden van zijn instrument tovert de Nederlandse pianist met het karakter en de sfeer van deze contrasterende deeltjes die hij een heel eigen, luchtig, pretentieloos Rossiniaans aanzien geeft. Speelsheid, spotlust, raffinement, charme, humor, melancholie, het tragikomische wisselen elkaar af. Muziek met een knipoog en als zodanig vertolkt. Gelukkig is het instrument niet te direct opgenomen maar staat het mooi stabiel in een passende salonmatige ruimte (in dit geval van de Doopsgezinde kerk in Deventer).

Meer over deze composities en hun vertolkers volgt nog in een apart artikel over Rossini's Péchés de ma vieillesse.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links