CD-recensie

 

© Gerard van der Leeuw, januari 2020

Manneke: Grote Archipel - Polychroon - Blues for Marcel

Daniël Kramer, Kelvin Grout, Geoffrey Madge, Hannes Minnaar, Jelena Bazova, Ralph van Raat (piano)

Zefir ZEF 9668 • 63' •
Live-opname: 12 oktober 2018, Middelburg

 

Op 12 oktober 2018 traden maar liefst zes pianisten op in de mooie concertzaal van Middelburg: Daniël Kramer, Kelvin Grout, Geoffrey Madge, Hannes Minnaar, Jelena Bazova en Ralph van Raat. De reden? De première van Daan Manneke’s Grote Archipel voor piano, waarvan elk van de delen aan een van de zes pianisten is opgedragen. Een avond om nooit te vergeten!

Onlangs verscheen het grootste deel van de destijds gemaakte opname van dat concert op cd. Het is een prachtige opname geworden, met als pièce de résistance de Grote Archipel van Daan Manneke. Uit het voorwoord van Daan Manneke in de door Donemus uitgegeven partituur:

‘De intentie een substantieel pianowerk te schrijven is min of meer ingegeven en aangereikt door de zes eminente musici aan wie elk een deel is opgedragen. Ik ken hen vele jaren een koester een grote bewondering voor ieders eigen manier van musiceren. Hun uitstraling en hartverwarmende vriendschap zijn voor mij steeds een bron van verdieping en inspiratie geweest.

In de loop der tijd heb ik een componeerconcept ontworpen dat me al vele jaren boeit en inspireert.
Archipel-concept: dicht bij elkaar gelegen ‘eilanden’ met elk zijn eigen manier van bestaan. Door uitwisselingen en verbindingen kunnen ze hun eigenheid min of meer verliezen. Deze wederzijdse beïnvloeding, een soort osmose, kan op zijn beurt nieuwe gestalten en dynamieken genereren. Maar omgekeerd kan een eiland in zichzelf keren soms vereenzamen, vervallen of zelfs totaal verdwijnen.

Ik ben geboren op Zuid-Beveland, één van de zes eilanden van de Zeeuwse archipel. De tragiek van zo'n eilandengroep was - en is - het gevaar van overstroming. De watersnoodramp van 1953 is er een recent voorbeeld van.

Het aantal verdronken steden en dorpen in Zeeland bedraagt ongeveer 125. Het bekendst zijn het verdronken land van Reimerswaal [Rommerswael] en Saeftinghe. Sommige van die vergane eilanden/steden leven voort in de volkscultuur omgeven door een romantisch-poëtisch heimwee.

‘Grote Archipel’ voor piano wil geen illustratie/decoratie/sfeertekening zijn van eilandeigenschappen. Het is een abstract klankstuk gebaseerd op mijn eigen archipel-concept.

Belangrijke metaforen zijn bijvoorbeeld ontstaan-groei, osmose, isoleren, rudiment, uiteenvallen, vertoeven, naderen-verdwijnen en altijd weer het luiden van klokken. Mijn levensmotto is ruimte.’

De Grote Archipel is welhaast een samenvatting van alles wat Daan Manneke in zijn lange loopbaan als componist heeft beziggehouden. Een ode aan Zeeland. Maar ook een ode aan de componist der componisten: Johann Sebastian Bach, die in dit werk op tal van niveau’s een uiterst belangrijke rol speelt.

Dat blijkt niet alleen uit de titels van sommige onderdelen, zoals Evokation BWV 611 (1) en Pensando a BWV 802 (2), maar ook - naar mijn idee althans - aan de grote vorm, die mij herinnert aan Bachs Goldbergvariaties. Net als in de Goldbergvariaties speelt het getal 3 in de Grote Archipel een grote rol. En waar Bach het tweede deel van zijn Goldbergvariaties opent met een Ouverture, opent Daan Manneke het tweede deel van zijn Grote Archipel met een Prelude. En net als bij Bach de Aria van het begin aan het eind terugkeert, keert ook bij Daan Manneke tegen het eind het begin:

even terug in het laatste Interludium:

Het vierde interludium is dan weer een tweestemmige inventie:

En dan zijn er nog de verwijzingen naar Claude Debussy, wiens ‘La Cathédrale engloutie‘ - toepasselijk genoeg - op meerdere plekken in partituur opduikt. Het meest indrukwekkend wel in nr 3: Nachtmuziek, een In memoriam beiaardier en vriend Jacques Maassen. Als motto citeert Daan Manneke woorden van Gerrit Achterberg: ‘Een die zichzelf niet meer bezit, / is aan de mist geschonken. / klokken zijn mee verdronken / en luiden dit ononderbroken. / Maar niemand weet of ziet / de plaats, waar alles ligt gezonken.’

Over de uitvoering van dit alles kan ik kort zijn: meesterlijk. Alle zes pianisten zijn al jaren vertrouwd met Daan Manneke’s idioom. En ook het omgekeerde geldt: Daan Manneke kende ook ieders kwaliteiten. Je hoort hier echt zes verschillende persoonlijkheden, ‘eilanden’, aan het woord.

Twee kleine minpuntjes wil ik niet onvermeld laten:
- Bij wijze van toegift volgen op de cd na de ‘Grote Archipel’ nog de twee stukken van Daan Manneke, die Ralph van Raat in Middelburg voor de pauze speelde: Polychroon (1978) en Blues for Marcel (2000). Die hadden naar mijn idee beter de cd kunnen openen: na een copieuze maaltijd serveert men geen amuses.
- Helaas is het cd boekje uitsluitend in het Engels gesteld. En dat is jammer, want nu kun je het gedicht van de Zeeuwse dichter en graficus J.C. van Schagen uitsluitend in vertaling lezen. Men vergelijke:

ruimten van ruimten

spaces of spaces

ruimten van ruime tijden

spaces of spacious times

laat ons ver en langzaam zijn

let us be far and slow

Ongetwijfeld een correcte vertaling, maar in het Nederlands zie je de regels steeds langer, ‘ruimtelijker’ worden. In het Engels gaat dat verloren, net als het mooie stafrijm van laat-langzaam. En ‘langzaam’ is als woord heel wat langzamer dan ‘slow’. Kortom: hier was tweetaligheid geboden, temeer daar het in de partituur wemelt van de Nederlandstalige citaten. Maar dat zijn natuurlijk maar details. Dit is een prachtige uitgave, die bovendien de Zeeuwse wereldpremière voorbeeldig documenteert.
_________________
(1) Bachs koraalbewerking over ‘Christum wir sollen loben schon’.
(2) Bachs Duo in e.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links