CD-recensie

 

© Gerard van der Leeuw, november 2024

(Emil) Hartmann: Sérenade in A, op. 24

Gade: Novelletten in a, op. 29

Mendelssohn: Klarinettrio in d, op. 49

Chimaera Trio: Annemiek de Bruin ( klarinet), Irene Kok (cello), Laurens de Man ( piano)
MDG 903 2331-6 • 69' •
Opname: nov. 2023, Abdij Marienmünster (D)

 

In november 2021 verscheen de eerste cd van het Chimaera Trio: Fin de siècle, een opname die niet alleen opviel door de ongemeen schitterende uitvoeringen, maar ook door een per fec te programmasamenstelling. Onlangs verscheen een alweer schitterend vervolg. Was de eerdere cd opgebouwd rond de muziek en het Wenen van Gustav Mahler, dit keer staat een werk van een veel minder bekende componist centraal: de Serenade in A-groot op. 24 van de Deen Emil Hartmann. En daarmee het Leipzig van Felix Mendelssohn, Robert Schumann en Hartmann's leermeester en landgenoot Niels Gade.

Emil Hartmann, in 1836 in Kopenhagen geboren in een muzikantengeslacht, kreeg zijn eerste muzieklessen van zijn vader, de componist Johann Peter Emilius Hartmann en zijn zwager Niels Gade. In 1860 maakte hij, als voor hem Gade en na hem Grieg, een studiereis naar Leipzig, waar nog altijd de geest van Mendelssohn (†1847) en Schumann (†1856) rondwaarde. Hun invloed is duidelijk hoorbaar in zijn prachtige Sérenade. Het stuk begint met een prachtige langzame inleiding, die tot de allerlaatste maat van het werk een structurele rol zal blijven spelen:

……………………………

Het tweede deel, Romance, opent met een thema dat herinnert aan een van Schumann's Studien in kanonischer Form op. 56 uit 1845. Terwijl het middendeel, Allegretto scherzando, dan weer duidelijk verwijst naar de elfjes-achtige scherzi van Mendelssohn.

In zijn voortreffelijke toelichting - in het Engels, Frans en Duits - in het cd boekje wijst pianist Laurens de Man op nog een componist die in dit werk een belangrijke rol speelt: Schubert:

The most poignant reference, however is in bar 205 in the last mouvement: the clarinet, during the extroverted and playful whit of the Finale, breaks out in a sudden recitative, ending with a quotation of Schubert's song ‘Trockne Blumen' (Dry flowers) from his cycle Die schöne Müllerin' [volgt een notenvoorbeeld].

En voegt daaraan toe: ‘Did Hartmann perhaps want to ad poignancy to his otherwise elegant Sérenade by adding the reference to Schubert's famed song cycle?'

Prachtig sluiten hier de [vijf] Novelletten op. 29 uit 1853 van Niels Gade, die zich in een brief uit 1887 aan Clara Schumann herinnerde: ‘Unter hohen schönen Buchen, im hellen und fröhlichen Sonnenschein, sitze ich jetzt und denke an liebe und gute Freunde, die mir die Vorsehung geschenkt hat. – In erster Reihe treten dann die Freunde von meiner Jugendzeit hervor, und unter diesen erlaube ich mir Ihnen, liebe Frau Schumann, als eine der ersten zu rechnen, – unsere erste Bekanntschaft schreibt sich von Ihrem Aufenthalt in Copenhagen, und dies leitete zu dem Zusammenleben in Leipzig mit Schumann und Mendelssohn, eine für mich glückliche Zeit.'

De titel ontleende Gade (en later o.a. Poulenc) aan Schumann, die zijn Novelletten op. 21 noemde naar de Engelse sopraan Clara Novello - ze trad in de winter van 1837/38 in Leipzig op - omdat hij vond dat ‘Wiecketten nicht gut klingt '. De vijf stukken worden door de toonaarden aaneengesmeed: a-klein, E-groot, a-klein, F-groot, a-klein.

En net als bij Schumann zijn het echte karakterstukken. Ze zijn opgedragen aan een andere vriend van Mendelssohn en Schumann: Ferdinand Hiller.

En net als de Novelletten van Gade werd het schitterende Trio in d-klein uit 1839 van Mendelssohn oorspronkelijk geschreven voor pianotrio. Maar het werk doet het uitstekend op een klarinet. En schreef een Beethoven zijn opus 11 niet als trio voor klarinet, of viool? Overigens heeft Mendelssohn op aanraden van Ferdinand Hiller de pianopartij enigszins veranderd. Het in druk verschijnen van het werk werd enthousiast begroet door Schumann:

‘Es bleibt noch übrig, über Mendelssohns Trio etwas zu sagen – Weniges nur, da es sich gewiß schon in aller Händen befindet. Es ist das Meistertrio der Gegenwart, wie es ihrer Zeit die von Beethoven in B und D, das von Franz Schubert in Es waren; eine gar schöne Komposition, die nach Jahren noch Enkel und Urenkel erfreuen wird.'

De uitvoering van dit alles is ronduit grandioos. Alles valt hier op zijn plek: articulatie, samenspel, stijlbesef, enthousiasme. Het is om heel stil van te worden. Wat een musici! En alles schitterend opgenomen en op cd vastgelegd. De cd wordt op 16 november a.s. in Amsterdamse Uilenburgersjoel gepresenteerd.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links