CD-recensie

 

© Gerard Scheltens, maart 2008


 

Nielsen: Kwintet voor blazers op. 43 / FS 100 - Serenata in vano FS 68 - Fantasistykker, op. 2 / FS 8 - Canto serioso FS 132 - Moderen (toneelmuziek) op. 41 / FS 94.

Athena Ensemble.

Chandos CHAN 10454X • 44' •

 

 


Het was omstreeks 1980. Mijn buren hadden een lp cadeau gekregen van Deense kennissen. Ze hadden 'm een keertje gedraaid, maar vonden er niets aan. Wat moesten ze daar nu mee? Wilde ik ze ervan af helpen? Ja hoor, geef maar hier. En zo maakte ik kennis met het blaaskwintet van Carl Nielsen, in de uitvoering door het Vestjysk Kammerensemble. Een openbaring! Wat een geweldig leuk, speels, inventief werk! Sindsdien kan de grote Deen bij mij geen kwaad meer doen - in weerwil van het oordeel van zowel mijn buren als de hoogmogende Elmer Schönberger in Het gebroken oor.

Nielsen hield van blaasinstrumenten. Hij wilde soloconcerten schrijven voor een bevriende fluitist, klarinettist, hoboïst, hoornist en fagottist, maar dat plan werd door zijn dood verijdeld. Alleen het fluitconcert en het klarinetconcert kwamen tot stand. Heel bijzondere werken, die behoren tot het allerbeste in hun genre. Eerder, in 1922, schreef hij voor hetzelfde vijftal zijn blaaskwintet. Het is zijn meest vastgelegde werk. Er bestaan minstens 30 opnamen van, en niet alleen van talloze Scandinavische ensembles. Ook zijn zes symfonieën krijgen de laatste decennia veel aandacht, maar dit kwintet blijft zijn populairste compositie. Begrijpelijk, want het biedt niet alleen allerplezierigste muziek, maar ook een buitengewoon uitgekiende en originele vorm.Er wordt op allerlei manieren met de tonaliteit gespeeld en de kwaliteiten van elk instrument afzonderlijk worden van alle kanten geëxploreerd. Daarom was het zo verkeerd toen James Galway dit kwintet voor RCA opnam met een groepje Deense blazers. Ter meerdere glorie van hemzelf werd de fluit er nogal uitgelicht, terwijl voor de andere instrumenten slechts een begeleidende rol overbleef. Galway had er dus niets van begrepen...

Er is nauwelijks een blaasensemble te vinden dat niet zijn krachten heeft beproefd op wat sommigen zelfs het "beste blaaskwintet ooit geschreven" noemen. Meestal wordt de cd aangevuld met dezelfde werkjes als op deze Chandos-uitgave van het Britse Athena Ensemble, die al uit 1979 stamt. Hij werd al eerder heruitgebracht, maar de digitale remastering is van 2008.

Het kwintet wordt op een mooi lichte, speelse manier gespeeld. Er is maximale aandacht voor Nielsen originele vondsten, al wordt de grote lijn niet uit het oog verloren. De collegiale musici trappen niet in de val van de van zichzelf vervulde Galway, want elk instrument krijgt gelijkelijk zijn deel en het samenspel is voorbeeldig. Mijn favoriete opname is dit overigens net niet, want wat het Ensemble Wien-Berlin (Sony) ermee doet overtreft alles. Ook mooi is het Vienna Quintet (Nimbus) en heel verdienstelijk het Oslo Wind Quintet (Naxos).

De overige werken op de Chandos-cd zijn minder belangrijk. de Serenata in vano uit 1914 (klarinet, fagot, hoorn, cello en contrabas) ploegt gemoedelijk en aangenaam voort en de vroege Fantasiestukken voor hobo (1889) hebben vooral curiositeitswaarde. Ook Canto serioso voor hoorn en piano (ondanks het hoge FS-nummer al in 1913 geschreven) is weinig meer dan een gelegenheidsstukje. De cd sluit af met de korte toneelmuziek uit 'Moderen' (De moeder), een patriottisch stuk van Helge Rode uit 1920. De Britse musici spelen al deze stukjes met inzet en flair, maar het pièce de réstistance blijft toch het onvergelijkelijke Kwintet.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links