CD-recensie

 

© Emanuel Overbeeke, april 2018

 

Boulez: Sur Incises

Boulez Ensemble o.l.v. Daniel Barenboim
Peral Music 000289 483 51848 • 39' •
Live-opname: 2017, Pierre Boulez Saal, Berlijn

   

De muziek van Boulez verkeert nu in zijn tweede fase. In de eerste werd zijn muziek verdedigd door de componist en bevriende, vaak gelijkgestemde musici. Die mensen zijn nu oud, met pensioen of dood en de muziek is voortaan aangewezen op nieuwe mensen met vaak nieuwe ideeën. Barenboim is uiteraard niet nieuw, maar zijn benadering van Boulez is dat wel. Althans, nieuw voor de liefhebbers van Boulez van het eerste uur, vertrouwd voor de vaste volgers van de pianist-dirigent. Hij zet de dingen graag zwaar aan, imponeert meer door de volheid dan de slankheid, heeft in lange werken soms moeite om de lijn vast te houden, is meer iemand van de duidelijkheid dan van de suggestie en zet de verfijning in klank meer in voor de dramatiek dan voor de schoonheid.

Muziek van Boulez heeft hij al eerder gedirigeerd: onder meer de ensemblecomposities Dérive 2, Messagesquisse en Mémoriale op een recente cd getiteld Hommage à Boulez (DG 4797160) en jaren geleden al de orkestwerken Rituel en Notations (Erato 2564657947). Zijn opname van sur Incises is daarmee vergeleken niet helemaal een verrassing. Waar Boulez een mysterieuze, abstracte schoonheid zowel uiterst vloeiend als ongenadig precies voorzet in een ongrijpbare en tegelijk onwrikbare vorm, wil Barenboim bijna permanent het mysterie van vorm en klank veranderen in een gezwollen pathos dat meer gericht lijkt op het moment dan op de structuur en het betoog. Dat laatste is vooral merkbaar in het tweede deel van sur Incises. (Het eerste is qua vorm een gigantische uitvergroting van Boulez' pianostuk Incises, het tweede een nieuwe vorm met de klankmiddelen van deel één.) De combinatie van negen instrumenten (drie piano's, drie harpen en drie slagwerkers) is het ideale medium voor een magische klankentuin waarin de afwisseling en de continuïteit in subliem evenwicht met elkaar zijn. Bij Barenboim hoort men wel een stugge en stuwende overladenheid maar veel minder scherp de cesuren, zeker als men luistert met de kennis van Incises.

Dat Barenboim hiermee afwijkt van de dirigent Boulez, is onvermijdelijk en op zich niet erg. Daniel Kawka in zijn prachtige opname van onder meer Dérive 1 & 2 (Montaigne 782183) kiest gedeeltelijk voor dezelfde aanpak. Ed Spanjaard in zijn live-uitvoeringen van sur Incises in 2000 met het Nieuw Ensemble liet horen dat ook een andere benadering dan die van Boulez volstrekt overtuigend kan zijn. Enerzijds vind ik het jammer dat de muziek bij Barenboim nu verzandt in een worstelende stugheid die zich door een gebrek aan architectuur voortsleept naar het einde dat nu volstrekt uit de lucht lijkt te komen vallen. Het werk verliest daardoor ook iets van zijn mysterieuze kracht. Zo te horen ligt dit meer aan de dirigent dan aan de musici die hun hand niet omdraaien voor de enorme eisen die het werk stelt. Anderzijds ben ik blij dat een musicus van de bekendheid van Barenboim zich voor dit repertoire wil inzetten. Wellicht dat hierdoor anderen, door zijn voorbeeld geïnspireerd, zich ook voor dit bepaald niet eenvoudige werk willen inzetten. Rattle en Salonen lijken mij uitstekende kandidaten voor dit meesterstuk dat men helaas weinig hoort. Het mooiste zou zijn de uitgave op geluidsdrager van de uitvoering uit 2000 van Spanjaard. Door het helaas kleine afzetgebied van Spanjaard behoudt Boulez dan vrees ik zijn imago van een zeer ontoegankelijke componist, maar de muziekwereld krijgt een uitvoering die kort gezegd smaakt naar meer, bijvoorbeeld doordat ze laat horen hoe meeslepend die schoonheid en complexiteit kunnen zijn. Die sensatie had ik bij Daniel Barenboim willen hebben.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links