CD-recensie
© Aart van der Wal, april 2022 |
Ik denk dat niemand er ook maar een enigszins aan zal twijfelen dat Telemanns de 12 Fantasieën TWV 40:14-25 voor (oorspronkelijk) viool solo (die we eveneens in allerlei andere instrumentale bewerkingen kennen) terecht in de schaduw staan van Bachs zes sonates en partita's op dit vlak, maar dat neemt niet weg dat deze 'veelschrijver' (hij schreef zo'n drieduizend werken in de meest uiteenlopende genres, waarvan een aanzienlijk deel tijdens WO II helaas verloren is gegaan) in deze fantasieën wel degelijk voor menige fascinerende verrassing heeft gezorgd en er daarnaast zeker sprake is van nieuwe inzichten. Ze zijn, drie- of vierdelig, vrij kort van stof: de deeltjes nemen door de bank genomen ieder hoogstens een minuut of zeven in beslag, terwijl de slotdeeltjes qua kortheid zelfs de kroon spannen: het is dan eerder seconden- dan minutenwerk. Georg Philipp Telemann (1681-1767) werd door zijn tijdgenoten als een van de beste toondichters beschouwd, maar ook als uitvoerend musicus én muziekuitgever stond hij hoog aangeschreven. We mogen er nu dan anders over denken, maar toentertijd was Telemanns reputatie zelfs nog aanmerkelijk groter dan die van Johann Sebastian Bach! Dat bleek onder meer toen in Leipzig rond 1723 de prestigieuze post van Thomascantor te vergeven was en wel Telemann maar niet Bach bij de notabelen verreweg de voorkeur genoot. Telemann had in Leipzig gestudeerd, werd er alom gerespecteerd en kwam als eerste in aanmerking, maar hij gebruikte zijn kandidatuur eerder als breekijzer om daarmee in zijn standplaats Hamburg een hogere beloning af te dwingen. Wat hem uiteindelijk ook lukte. Leipzig had zijn voorkeur niet, mede omdat hij er geen zin in had om aan de Thomasschool Latijnse les te geven. Toen hij zich terugtrok bleef er nog een vijftal kandidaten over, met Bach zelfs als de minste gegadigde! Telemann schreef deze 12 Fantasieën in Hamburg, waar ze in 1735 onder de titel 'Fantasies per il Violino senza Basse' door zijn eigen uitgeverij werden gepubliceerd. Ze werden later ingedeeld onder TWV 40:14-25, niet te verwarren met de eerst in 2015 in het stadsarchief van Osnabrück teruggevonden set van 12 Fantasieën voor viola da gamba, waarvan men dacht dat die verloren was gegaan en die alsnog aan de Telemann-catalogus kon worden toegevoegd onder TWV 40: 26-37. Het lijkt op het eerste gezicht nogal verwarrend, maar hopelijk helpt dit overzicht: TWV 40: 2-13: 12 Fantasieën voor traverso solo TWV = Telemann Werke Verzeichnis Anders dan de reeds genoemde solowerken van Bach zijn Telemanns fantasieën althans daarmee vergeleken veel gemakkelijker speelbaar (wat nog niet betekent dat er van een technische uitdaging geen sprake zou zijn!) Want Telemann had ze primair bedoeld voor de amateuristische muziekbeoefening thuis, met de nadruk op pure speelvreugde. Zo dienen ze dus ook te worden gespeeld, muzikantesk, met een geraffineerde kwinkslag hier en een bijzondere wending daar. Het is bij de violist Tomás Cotik, tevens docent aan de Amerikaanse Portland State University (waar deze opname is gemaakt), in uitstekende handen, want hier is een musicus van groot formaat aan het 'woord', getuige ook zijn eerdere opnamen die zich uitstrekken van Telemann, Bach en Schubert tot Piazzolla. Ook zijn visie op deze 12 Fantasieën getuigt ervan, door de smaakvolle accentuering van Telemanns harmonische betoog, de met evenveel zorg uitgewerkte cesuren en de verrassende wendingen in de stemvoering. Cotik laat deze muziek dankzij de idiomatische toets echt zwieren, maar hij weet ook de lyriek in de langzame delen raak te treffen. Dit is 'entertainment' op hoog niveau, hetgeen weerspiegelt wat de componist volgens mij met deze miniaturen bedoeld heeft. Tomás Cotik bespeelt een viool van Marc de Sterke (2000) en hanteert een barokstrijkstok. index |
|