![]() CD-recensie
© Aart van der Wal, februari 2009 |
||||||
Sibelius: Symfonie nr. 1 in e, op. 39 - nr. 2 in D, op. 43 - nr. 3 in C, op. 52 - nr. 4 in a, op. 63. Helsinki Philharmonic Orchestra o.l.v. Paavo Berglund. EMI Classics 4 76963 2 9 • 77' + 63' • (2 cd's)
Sibelius: Symfonie nr. 5 in Es, op. 82 - nr. 6 in d, op. 104 - nr. 7 in C, op. 105 - De oceaniden op. 73 - Finlandia op. 26 - Tapiola op. 112. Helsinki Philharmonic Orchestra o.l.v. Paavo Berglund. EMI Classics 4 76951 2 4 • 60' + 53' • (2 cd's)
Al heel lang geleden kocht ik Berglunds Sibelius-vertolkingen met het Bournemouth Symphony Orchestra (toen nog op lp) omdat ik 'iets van Sibelius (1865-1957) wilde hebben'. Ik was er behoorlijk van onder de indruk, totdat Colin Davis mijn weg kruiste. Hij liet me een heel andere kant van deze grote Fin horen, dankzij de ijzersterke puls en de heldere articulatie: hiermee vergeleken was Berglunds Sibelius van toen eigenlijk wat groezelig. Aan het eind van de jaren tachtig verschenen Sibelius' symfonieën opnieuw onder Berglund, ditmaal met het Helsinki Philharmonic. Daarvan zijn nu deze heruitgaven verschenen, die mijn beeld van Berglund als Sibelius-dirigent behoorlijk hebben bijgesteld. Een zekere dosis nuchterheid, goed gekozen tempi, maar bovenal een goed gevoel voor architectuur leveren zonder meer fraaie vertolkingen op die evenwel Davis niet van de eerste plaats kunnen stoten. Als het op bijna dichterlijke bevlogenheid aankomt, op intens en geïnspireerd musiceren, is en blijft Davis mijn man, al houd ik een warm plekje voor Karajans doordringende visie op de Vierde en de Vijfde symfonie. Mogelijk komt Robert Kajanus (zijn opnamen dateren uit het begin van de jaren dertig van de vorige eeuw, met het London Symphony Orchestra) per saldo het dichtst bij Sibelius' idioom, al zou het geen rol van betekenis moeten spelen dat hij als het ware door Sibelius zelf werd 'geautoriseerd', evenmin als een Finse of Scandinavische dirigent in dit repertoire een aanbeveling per se is. Voor voluptueus symfonisch drama vermengd met een fikse dosis expressieve zielenroerselen moet je zeker niet bij Berglund zijn. Zijn vertolkingen met het orkest van Helsinki zijn zonder uitzondering recht vooruit, hij presenteert de symfonieën als granietblokken, scherper gearticuleerd en met een sterkere puls dan toen met het Bournemouth Symphony (de 'losse' orkestwerken kwamen er toen bepaald beter vanaf). Wat hij in Helsinki ook beter deed was de dynamische voorbereiding van de grote climaxen, en de navenant enorme kracht die daarvan uitgaat. Aan de andere kant moeten we er wel genoegen mee nemen dat het Largo van de Vierde een broeierige sfeer mist. Berglund wais trouwens evenals bijvoorbeeld Klemperer geen dirigent die geporteerd was van het uitbuiten van buitenmuzikale indrukken. Dat uit zich als zodanig in een vorm van 'nieuwe zakelijkheid' die de muziek van Sibelius overigens uitstekend past. Wat zoveel wil zeggen dat het strikt symfonisch is opgezet: de Finse bossen en meren worden als het ware buiten beeld gehouden. Maar misschien heeft Berglund daarmee het gelijk toch wel aan zijn kant, want Sibelius zelf heeft zich over dergelijke 'verbindende' natuurimpressies nooit uitgelaten. Een ander winstpunt ten opzichte van de (oudere) Bournemouth-serie is de betere geluidskwaliteit van deze beide sets. De bas is markanter, de altviolen zijn niet ondervoed (heel belangrijk bij Sibelius), de violen missen scherpte, de hout- en koperblazers zijn mooi geïntegreerd en de tutti-climaxen klinken beduidend schoner. Best jammer dat de muziek van deze Finse creatieve eminentie in ons land zo weinig weerklank vindt. Ik denk dat dit meer aan ons dan aan Sibelius moet worden toegeschreven. Misschien is het aan het postume adres van Sibelius juist wel een eerbewijs, want hij is altijd trouw gebleven aan zijn volstrekt eigen, oorspronkelijke koers, in tegenstelling tot bijvoorbeeld onze Röntgens en Diepenbrocks, die het met name bij de Duits georiënteerde laatromantiek zochten en uit dien hoofde aanmerkelijk minder origineel componeerden dan hun grote Finse collega. Grieg daarentegen wist te midden van dat laatromantische geweld de Noorse folklore tenminste nog een overtuigende, eigen plaats te geven. Sibelius daarentegen had zelfs geen navolgers, maar hij kreeg wel een kolossaal monument in Helsinki, opgetrokken in de stijl die zijn muziek zo kenmerkt: eigenzinnig!
index | ||||||